College 1 - Presocraten (natuurfilosofen) Flashcards

1
Q

Op welke manieren is de antieke filosofie aan ons overgeleverd?

A
  1. ) Primaire overlevering: (meestal overgeschreven) originelen
  2. ) Secundaire overlevering: citaten oftewel “fragmenten”
  3. ) Polimiek: toneelstukken etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zet in chronologische volgorde:

  • Alexander de Grote
  • Hellenistische rijken
  • Griekse stadstaten
  • Romeinse keizerrijk
  • Archaïsche periode
  • Hellenisme
  • Keizertijd
  • Klassieke periode
  • Laat-antieke periode
  • Athene verwoest
  • Augustus
  • eerste optreden Plotinus
  • dood van Aristoteles
  • dood van Socrates
A
Griekse stadstaten (-600)
   - Archaïsche periode (-600)
      * dood van Socrates (-399)
   - Klassieke periode (-399)
Alexander de Grote (-333)
      * dood van Aristoteles (-322)

Hellenistische rijken (-322)

  • Hellenisme (-322)
    • Athene verwoest (-86)

Romeinse keizerrijk (27 - 475)

  * Augustus (27)    - Keizertijd (27)
  * eerste optreden Plotinus (240)    - Laat-antieke periode (240 - 600)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Zet in chronologische volgorde:

  • Aristoteles
  • Epicurisme
  • Midden Platonisme
  • Neo-Platonisme
  • Oude Academici
  • Plato
  • Presocraten
  • Pyrronisme
  • Sceptische Academici
  • Socrates
  • Sofisten
  • Stoa
A
  • Presocraten (-600 / -360)
  • Sofisten (-500 / -370)
  • Socrates (-470 / -400)
    • Plato (-420 / -350)
      • Aristoteles (-365 / -320)
    • Oude Academici (platoonse school) (-350 / -250)
      • Epicurisme (-300 / 150)
      • Stoa (-290 / 175)
    • Sceptische Academici (platoonse school) (-250 / -70)
      • Neo-Pyrronisme (-75 / 200)
    • Midden Platonisme (platoonse school) (-70 / 240)
    • Neo-Platonisme (platoonse school) (240/600)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke filosofen horen bij de archaïsche periode en in welke volgorde?

A

Natuurfilosofen:

  • Thales (Milesiërs)
  • Anaximander (Milesiërs)
  • Anaximenes (Milesiërs)
  • Xenophanes
  • Heraclitus

Pythagoras

Eleaten:

  • Parmenides
  • Zeno
  • Mellissus

Pluralisten:

  • Anaxagoras
  • Empedocles
  • Democritus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat was kenmerkend voor de filosofie van de natuurfilosofen?

A

De natuurfilosofen waren de eerste die de wereld/cosmos probeerden te verklaren niet aan de hand van verhalen (mythos) maar aan de hand van een samenhangende theorie (logos).

Ze zochten naar één beginsel (archê) / element (stoicheia) waaruit de rest van de wereld is ontstaan

Thales: water
Anaximander: apeiron
Anaximenes: lucht
Xenophanes: aarde en water 
Heraclitus: vuur
------
  • Verklarend (eenvoudig)
  • Beredeneerd
  • Compleet
  • Wetmatigheden (natuurlijke processen) -> ontstaan/vergaan/beweging/verandering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Achteraf gezien zijn de Milesiërs hylozoïsten, wat betekent dat?

A

Dat veranderingen voortkomen uit de stof/materie zelf.

hylê= materie
zoê = leven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat was vernieuwend/kenmerkend aan Thales?

A

Aristoteles zegt dat Thales de eerste filosoof was die met een theorie kwam waarin de beginselen van alle dingen te vinden zijn in materie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat was vernieuwend/kenmerkend aan Xenophanes?

A

Hij kwam met een nieuwe soort theologie:

  • Hij vond dat de goden veel te veel op mensen leken, net zo slecht.

Ook is hij de vader van de epistemologie:

  • Hij weest erop dat paarden paard-achtige goden zouden hebben als ze zouden kunnen tekenen: dat we dus beperkt zijn in onze voorstellingsvermogen.
  • Hij benadrukt het verschil tussen mening en waarheid (epistemologie/ontologie).

Daarmee lijkt hij ook een voorloper van het scepticisme:

  • Hij zegt dat alles wat we denken te weten, meningen zijn. Zelfs als het toevallig waar zou zijn, kunnen we niet weten dat onze meningen kloppen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat was vernieuwend/kenmerkend aan Heraclitus?

A

Hij bedacht het eenheid der tegendelen concept.

Dat er altijd tegelijkertijd iets wel en niet is en het allemaal constant in verandering is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly