CARDIO 3 - Coronaire Hartaandoeningen Flashcards
LET OP! ANATOMIE HART OEFENEN OP ANATOMIE ONLINE
Coronaire hartaandoening (definitie)
- wordt ook wel coronairlijden of ischemische hartziekte genoemd
- Dit wordt meestal veroorzaakt door vernauwingen of blokkades in de kransslagaders door atherosclerose (slagaderverkalking), trombose (bloedprop in kransslagader) of vasospasme (vernauwing in de kransslagader)
- Bij atherosclerose vormen zich plaques in de wand van de kransslagaders.
- Deze plaques kunnen het bloedvat gedeeltelijk of volledig afsluiten.
- Een afsluiting veroorzaakt zuurstoftekort in het hart, wat kan leiden tot een hartinfarct.
Acuut Coronair Syndroom (ACS)
VERZAMELNAAM VOOR ONDERSTAANDE AANDOENINGEN:
STEMI (ST-Elevatie Myocardinfarct):
Een hartinfarct waarbij de bloedtoevoer naar een deel van het hart volledig is geblokkeerd.
Dit is te zien op een ECG (ST-elevatie) en vereist onmiddellijke behandeling, zoals een dotterprocedure of een trombolyse.
NSTEMI (Non-ST-Elevatie Myocardinfarct):
Een hartinfarct waarbij de bloedtoevoer naar het hart gedeeltelijk is verminderd, maar geen ST-elevatie te zien is op het ECG.
Vaak minder ernstig dan STEMI, maar nog steeds gevaarlijk en vereist behandeling.
Instabiele angina pectoris:
Ernstige vernauwing van de kransslagaders zonder dat er blijvende schade aan het hartspierweefsel ontstaat.
Kan een voorbode zijn van een hartinfarct en moet serieus worden genomen.
Bij symptomen van ACS wordt er troponine geprikt. Bij schade komt er extra troponine vrij. Dit blijft zo 1-2 wk na het infarct. Er wordt ook CK-MB en myoglobine geprikt. Een hoog CK-MB wijst op spierschade.
Agina Pectoris
betekent “beklemming op de borst”
2 verschillende variaties:
Stabiele AP
Instabiele AP
De hartspier krijgt te weinig O2.
Stabiele AP
Komt vaak voor bij oudere mannen
Geen gezond hart maar is stabiel
Gaat over in rust
Bij inspanning krijgen de coronaire te weinig O2.
Nitrochlycirine of een tabletje onder de tong helpen.
Vaak pijn aan de kaak.
Instabiele AP
Klachten zijn hetzelfde als bij stabiele variant
Reden tot acuut handelen. Vaak voor het eerst bij iemand of de klachten gaan niet over in rust of bij medicatie.
Klachten blijven langer dan 10 minuten > instabiele AP.
Zou over kunnen gaan op infarct
Voor AP bij vrouwen gelden andere klachten
kortademigheid
duizeligheid
abnormale moeheid en slecht slapen
misselijkheid
benauwdheid
overgeven
last van maag
pijn aan de rechterschouder
transpireren
klachten worden vaak over het hoofd gezien!
AP Aanval
Hartspier is tijdens een aanval ischemisch (een deel van het hartspierweefsel krijgt onvoldoende bloedtoevoer)
Hartspier heeft extra O2 nodig maar de coronaire kunnen dit onvoldoende aanvoeren.
Er is een vernauwing in de coronaire (meer vraag dan aanbod).
Komt vaak door leefstijl: atherosclerose
Atherosclerose
Binnenwand van slagader is niet glad
In de loop van het leven beschadigd
Op de beschadiging zit vet. trekt ontstekingscellen aan. Daar hoopt zich plaque op.
Plaque vult zich met nog meer vetten, ontstekingscellen, bloedplaatjes en kalk. Slagader wordt nauwer > doorbloeding neemt af
Plaque scheurt: lichaam komt in actie om scheurtje te dichten. Er vormt stolsel. Stolsel sluit arterie af. Uiteindelijk gaat het kapot > blijft kapot. Plaque wat los schiet noem je stolsel.
Hartinfarct oorzaak
Atherosclerose
Vasospasme in kransslagader
Embolie: bloedstolsel of vetdeeltje afkomstig van een andere plek in het lichaam blokkeert de bloedstroom
Hartinfarct Symptomen
POB
Dyspnoeitisch (kortademig)
Transpireren
Misselijkheid of emesis (braken)
Vermoeidheid
Agitatie (onrust) of angst
Asymptomatisch (geen duidelijke symptomen)
Hartinfarct diagnose
ECG (elektrocardiogram)
Bloedonderzoek (tropo’s, CK-MB)
Beeldvorming (echocardiografie, coronaire angiografie)
Röntgenfoto
Hartinfarct behandeling
Acute fase
Medicamenteus: bloedverdunners, trombolytica, nitraten, pijnstillers
Dotteren (percutane coronaire interventie - PCI) (openen van een geblokkeerde slagader met een ballonnetje en soms het plaatsen van een stent)
Bypassoperatie (omweg aanleggen voor de bloedstroom)
Langetermijnbehandeling
Cholesterolverlagers (statines)
Bloeddrukregulatie (ACE-remmers, betablokkers)
Leefstijlinterventies
Hartinfarct complicaties
Direct:
Hartritmestoornis (AF of VF)
Hartfalen (door beschadiging hartspier)
Cardiogene shock (ernstig hartfalen met onvoldoende bloedcirculatie)
Indirect
Pericarditis (ontsteking van het hartzakje)
Aneurysma van het hart (verzwakte hartwand)
Hernieuwde infarcten (door niet-opgeloste risicofactoren)
Hartinfarct preventie
Leefstijlveranderingen (bewegen, stoppen met roken, gezonde voeding, stressreductie)
Medische controle (controle RR, cholesterol en bloedsuiker)
Medicatie zoals stanines of bloeddrukverlagers zo nodig
Gewicht reguleren (overgewicht verminderen)
Alcohol beperken (max. 1 glas per dag voor vrouwen, max. 2 voor mannen)
Depolarisatie
Hartspiercellen worden positief geladen