carcinomen Flashcards

1
Q

Lynch syndroom

A

MMR mutatie (MLH1, MSH2)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

FAP

A

APC mutatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

erfelijke vormen colorectaal carcinoom

A

FAP en Lynch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

APC mutatie

A

rol in WNT signalering > b-catenine destruction complex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

MMR mutatie

A

geen error-free mismatch repair systeem meer > stapeling mutaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

b-catenine

A

zet cel aan tot transcriptie > celdeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

driver mutation (voorbeelden)

A

LOF p53, LOF APC, LOF BRCA en GOF k-Ras

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

tumor suppressor genen

A

2 hits (APC, p53, MMR, BRCA)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

oncogenen

A

1 hit (b-catenine, E6, E7, k-Ras)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

BRCA

A

HDR (dubbel strand break repair)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

verlies E2

A

geen controle over E6 en E7 > ongecontroleerde celgroei
verlies L1/L2 > geen virale partikels meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

PARP inhibitor

A

blokkeert de error prone systemen > opstapelingen DSB > apoptose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

antilichamen

A

op receptor (EGFR) zitten (internalisatie of apoptose induceren), kunnen evasie immuunsysteem voorkomen en diagnostiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

ovarium carcinoom type I

A

endometrium (retrograde menstruatie) of ovarium origine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ovarium carcinoom type II

A

maligne tumor in tuba spreidt zich (exfoliatie) naar ovarium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

risicofactoren cervix carcinoom

A

roken, meerdere seksuele partners en immuungecomprimeerd

17
Q

risicofactoren colorectaal carcinoom

A

westers dieet (veel rood vlees, weinig vezels), overgewicht, alcohol, IBS, DM roken, familiaire belasting

18
Q

risiofactoren ovarium carcinoom

A

familiaire belasting, meer ovulaties (vroege menarche, late menopauze)

19
Q

E6

A

remt p53 > geen cel arrest voor herstel of apoptose > veel meer proliferatie

20
Q

E7

A

voorkomt binding pRb aan E2F > continue transcriptie factoren > continue celdeling induceren