Bruyn H3 Flashcards

1
Q

Wat is het diagnostisch scenario?

A

De geordende volgorde van typen onderzoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de eerste stap ik elk diagnostisch scenario?

A

Verhelderend onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Aan de hand waarvan wordt een scenario genoemd wanneer er diagnostisch onderzoek plaatsvindt?

A

Aan de hand van het aantal overgangen dat er plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de 6 fasen van de diagnostische cyclus?

A
  1. Aanmelding
  2. Klachtanalyse
  3. Probleemanalyse
  4. Verklaringsanalyse
  5. Indicatie-analyse
  6. Advies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Is het mogelijk om in de cyclus een van de stappen tweemaal achter elkaar te doen?

A

Ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurt er in de klachtenanalyse?

A

Je verzamelt de klachten die de cliënt en zijn omgeving aangeven.
Je checkt ook of jouw
verwoording van de klachten overeenkomt met dat wat de cliënt en zijn omgeving bedoelen.
Je vraagt ook aan de cliënt welke hulpvragen hij heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de uitkomst van de klachtenanalyse?

A

Een geordend overzicht van de klachten waar de cliënt het mee eens is en waarop de
hulpvragen betrekking hebben: de verhelderende diagnose.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat gebeurt er in de probleem analyse?

A

In de probleemanalyse legt de diagnosticus

verbanden tussen klachten en problemen en clustert hij de problemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de uitkomst van de probleemanalyse?

A

Een benoeming van het probleem (of de problemen): de onderkennende
diagnose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er in de verklaringsanalyse?

A

In de verklaringsanalyse stelt de diagnosticus hypothesen op die hij daarna gaat toetsen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de uitkomst van de verklaringsanalyse?

A

Een samenhangend beeld waarin één of meer condities de problemen verklaren: de verklarende diagnose.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn indicaties?

A

Indicaties zijn empirisch of theoretisch onderbouwde aanbevelingen voor één of meerdere
interventies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er in de indicatie-analyse?

A

In de indicatieanalyse formuleert de diagnosticus in samenwerking
met de cliënt een globaal interventiedoel en beslissen ze samen welke (typen of soorten)
interventies de beste opties zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de uitkomst van de indicatie-analyse?

A

Een lijst van

aanbevelingen voor mogelijke interventies: de indicerende analyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Leg de klinische cyclus uit

A

Onder de klinische cyclus vallen de diagnostische en de therapeutische cyclus. Onder de diagnostische cyclus vallen de klachten-, probleem- en verklaringsanalyse.
Onder de therapeutische cyclus vallen planning, uitvoering en beoordeling van het effect.
De indicerende analyse verbindt deze twee cycli.
Uit beiden cycli komt evaluatie voort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is causale (actor-observator) attributie?

Geef een voorbeeld uit de klachtenanalyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

We wijzen ons eigen gedrag toe aan omgevingsfactoren en het gedrag van andere wijzen we toe aan hun persoonlijkheid.

De klacht van de moeder dat ze moeilijk contact kan leggen met
de leerkracht wordt door de diagnosticus geïnterpreteerd als een kenmerk van haar
persoonlijkheid.

KA, VA en IA

17
Q

Wat is gedragsconfirmatie?

Geef een voorbeeld uit de probleemanalyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

Je behandelt personen op een manier waardoor je gedrag uitlokt wat je al van hen verwachtte.

De diagnosticus bemoedigt de cliënt steeds als die iets vertelt
over angst omdat de diagnosticus denkt dat er sprake kan zijn van een angststoornis

KA, PA en VA

18
Q

Wat is beschikbaarheid?

Geef een voorbeeld uit de verklarende analyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

Het oordeel over hoe vaak iets voorkomt wordt beïnvloed door het gemak waarmee men voorbeelden kan bedenken.

De diagnosticus is theoretisch georiënteerd op de
gezinssysteemtheorie en kan zich hierdoor goed voorstellen dat kind-problemen het
gevolg zijn van gezinsproblematiek. Om deze reden worden gezinsfactoren als de
meest waarschijnlijke verklaring voor de kind-problemen naar voren geschoven.

PA, VA, IA

19
Q

Wat is representativiteit?

Geef een voorbeeld uit de indicerende analyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

Het oordeel over de kans waarmee een verschijnsel optreedt, wordt geleid door de mate waarin het te beoordelen verschijnsel overeenkomt met wat als daarvoor typerend wordt opgevat.

De diagnosticus adviseert een behandeling omdat de cliënt goed beantwoordt aan het beeld van cliënten die doorgaans bij die behandeling baat vinden. Hij denkt daarom dat de kans van slagen van deze behandeling van deze cliënt hoog zal zijn.

PA, VA en IA

20
Q

Wat is verankering?

Geef een voorbeeld uit de probleemanalyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

Oordelen over de frequentie of ernst van verschijnselen blijven sterk verankerd in de aanvangswaarden die de beoordelaar hanteert.

Een diagnosticus wie tot voor kort met verstandelijk beperkte kinderen heeft gewerkt, werkt sinds kort bij een eerstelijnspraktijk en vindt dat de cognitieve problematiek van de kinderen bij de nieuwe praktijk wel meevalt.

Allemaal

21
Q

Wat is een confirmatorische teststrategie?

Geef een voorbeeld uit de verklarende analyse.

In welke fasen van de diagnostische cyclus moeten we hier het meest voor oppassen?

A

Het opzoeken van informatie die bij je eigen mening aansluit.

De diagnosticus denkt dat de gedragsproblemen van een kind verklaard worden door een permissieve opvoedingsstijl. Hij laat de ouders van het kind een vragenlijst invullen en ze scoren inderdaad hoog op de permissieve opvoedingsstijl. De diagnosticus gaat echter niet na hoe vaak een dergelijk hoge score ook voorkomt bij ouders van kinderen zonder gedragsproblemen.

PA, VA en IA