blok2 Flashcards

1
Q

Waarom is de grondwet een belangrijk uitgangspunt van strafrecht?

A

Grondrechten bieden de burgervrijheid en ruimte ten opzichte van de overheid. Grondrechten worden ook wel mensenrechten genoemd. Grondrechten bieden de politie een kader waarbinnen de politie haar werkzaamheden verricht en wanneer zij mag optreden tegen bepaalde gedragingen. De werking van het strafrecht is in de grondwet geregeld. Uitgangspunt is dat niemand kan worden gestraft voor een feit dat niet bij wet strafbaar is gesteld op het moment dat hij dit feit pleegt. (Artikel 16 van de grondwet). Verder geeft de grondwet bij sommige artikelen ook aan wie de bevoegdheid heeft om bepaalde grondrechten te beperken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat wordt verstaan onder het gelijkheidsbeginsel?

A

Artikel 1 van de grondwet begint met een belangrijk uitgangspunt: ‘Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld’. Het gelijkheidsbeginsel geeft aan dat de overheid er in de praktijk naar streeft om mensen in gelijke gevallen gelijk te behandelen. In de praktijk is er geen één geval gelijk en zal de overheid regelmatig moeten verschillen. De overheid mag dit verschil echter niet willekeurig maken. (verbod op willekeur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat wordt verstaan onder legaliteitsbeginsel?

A

Legaliteitsbeginsel heeft te maken met art 16 van de grondwet. Het geeft de burgers de garantie dat zij alleen gestraft kunnen worden als ze iets gedaan hebben dat al via een wet strafbaar is gesteld voordat de daad gepleegd is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens?

A

UVRM (Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens) noemt mensenrechten waar alle staten die aangesloten zijn bij de Verenigde naties zich zouden moeten inzetten. Dit verdrag vormt de basis voor het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). In dit verdrag zijn ook een groot aantal universele mensenrechten opgenomen. Het Europees verdrag kent een eigen rechter, het Europese hof voor de rechten van de mens in Straatsburg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem vijf grondrechten? (klassiek en/of sociaal)

A

Onderscheid wordt gemaakt tussen klassieke grondrechten en sociale grondrechten. Voorbeelden van klassieke grondrechten zijn: Recht op privacy, gelijkheidsbeginsel, kierecht, vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting. Voorbeelden van sociale grondrechten zijn: Sociale zekerheid, Toegang tot de rechter, milieubescherming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem een aantal voorbeelden waarbij je als politieambtenaar inbreuk maakt op de grondrechten?

A

Aanhouden: beperk je burgers in hun vrijheid, binnentreden woning: inbreuk op huisrecht, afname DNA materiaal: inbreuk onschendbaarheid lichaam etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent de stelling “iedereen heeft recht op een eerlijk proces”?

A

Artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens beschermt hert recht op een eerlijk proces d.w.z. het recht op een openbare zitting voor een onafhankelijke rechtbank binnen een redelijke termijn, de aanname van schuld en andere basisrechten voor verdachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is ‘materieel strafrecht’ en op welke vragen geeft het antwoord?

A

Het materiële strafrecht is het geheel aan rechtsvoorschriften. Het regelt de inhoud van het recht en geeft aan welke gedragingen strafbaar zijn en welke straf erop staat. Het geeft antwoord op de vragen:

  • welke gedragingen zijn strafbaar?
  • wie kunnen worden gestraft?
  • welke omstandigheden zijn van belang voor de strafbaarheid?
  • welke straf mag er worden opgelegd?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen ‘materieel’ en ‘formeel’ strafrecht?

A

het materiële strafrecht aangeeft welke gedragingen strafbaar zijn en welke straf op welke strafbare gedraging van toepassing is. het formeel strafrecht daarentegen aan geeft welke procedure gevolgd moet worden als iemand het materiële strafrecht heeft overtreden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

In welk wetboek staan de belangrijkste bepalingen van het ‘materieel strafrecht’?

A

Het materiële strafrecht wordt voor een belangrijk deel geregeld in het Wetboek van strafrecht en bestaat uit drie boeken:

  • boek 1: Algemene bepalingen
  • boek 2: Misdrijven
  • boek 3: Overtredingen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waaruit kan een ‘wettelijke strafbepaling’ bestaan?

A

Een wettelijke strafbepaling bestaat uit:

  • een delictsomschrijving (de norm)
  • de bestanddelen
  • een sanctie
  • en soms een kwalificatie (de “naam / aanduiding’)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is ‘materieel strafrecht’ en op welke vragen geeft het antwoord?

A

Het materiële strafrecht is het geheel aan rechtsvoorschriften. Het regelt de inhoud van het recht en geeft aan welke gedragingen strafbaar zijn en welke straf erop staat. Het geeft antwoord op de vragen:

  • welke gedragingen zijn strafbaar?
  • wie kunnen worden gestraft?
  • welke omstandigheden zijn van belang voor de strafbaarheid?
  • welke straf mag er worden opgelegd?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen ‘materieel’ en ‘formeel’ strafrecht?

A

Het verschil tussen ‘materieel’ en ‘formeel’ strafrecht is dat:

  • het materiële strafrecht aangeeft welke gedragingen strafbaar zijn en welke straf op welke strafbare gedraging van toepassing is.
  • het formeel strafrecht daarentegen aan geeft welke procedure gevolgd moet worden als iemand het materiële strafrecht heeft overtreden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

In welk wetboek staan de belangrijkste bepalingen van het ‘materieel strafrecht’?

A

Het materiële strafrecht wordt voor een belangrijk deel geregeld in het Wetboek van strafrecht en bestaat uit drie boeken:

  • boek 1: Algemene bepalingen
  • boek 2: Misdrijven
  • boek 3: Overtredingen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waaruit kan een ‘wettelijke strafbepaling’ bestaan?

A

Een wettelijke strafbepaling bestaat uit:

  • een delictsomschrijving (de norm)
  • de bestanddelen
  • een sanctie
  • en soms een kwalificatie (de “naam / aanduiding’)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bij de vraag welk strafbaar feit er gepleegd is, speelt causaliteit een belangrijke rol. Wat wordt daarmee bedoeld?

A

In het strafrecht is er sprake van causaliteit wanneer de verdachte een bepaald feit heeft veroorzaakt en daarvoor redelijkerwijs verantwoordelijk kan worden gesteld.

17
Q

Waarin kunnen strafbare feiten worden onderscheiden en hoe worden deze feiten ook wel genoemd?

A

Strafbare feiten of delicten worden door de wetgever onderscheiden in misdrijven, ook wel rechtsdelicten genoemd en overtredingen, ook aangeduid als wetdelicten. De wet geeft geen exacte omschrijving van beide begrippen, maar geeft wel aan welke strafbare feiten misdrijven zijn en welke overtredingen.

18
Q

Noem enkele verschillen tussen ‘misdrijf’ en ‘overtreding’?

A

Verschillen tussen misdrijf en overtreding

MISDRIJF OVERTREDING

Rechtsdelict Wetsdelict

Meestal opzet Opzet speelt geen rol

Poging meestal strafbaar Poging niet strafbaar

Medeplichtigheid strafbaar Medeplichtigheid niet strafbaar

19
Q

Wanneer is er sprake van ‘bewuste’ of ‘onbewuste’ schuld of ‘roekeloosheid’?

A

Van ‘bewuste schuld’ is sprake als de dader grof of aanmerkelijk onvoorzichtig, nalatig of onnadenkend heeft gehandeld. Hij heeft vooraf aan de mogelijke gevolgen van zijn handelen gedacht, maar daar onvoldoende rekening mee gehouden.

Van ‘onbewuste schuld’ is sprake als de dader grof of aanmerkelijk onvoorzichtig, nalatig of onnadenkend heeft gehandeld, maar in het geheel niet aan de gevolgen van zijn handelen gedacht.

Van ‘roekeloosheid’ is sprake als de dader zich bewust is van het risico op ernstige gevolgen en er op lichtzinnige wijze van uitgaan dat die niet zullen intreden.

20
Q

Noem enkele synoniemen van schuld?

A

Veel gebruikte synoniemen van schuld zijn:

  • redelijkerwijs had moeten weten
  • terwijl hij had moeten vermoeden
  • redelijkerwijs moet vermoeden.
21
Q

Wanneer is er sprake van ‘opzet als oogmerk’, ‘opzet bij noodzakelijkheidbewustzijn’ of ‘voorwaardelijke opzet’.

A

Van ‘opzet als oogmerk’ is sprake als iemand handelt met opzet als oogmerk en hij met zijn handelingen een bepaald gevolg beoogt. Als een verdachte verklaart dat hij opzettelijk een ander heeft geslagen om hem pijn te doen, is er sprake van opzet als oogmerk.

Van opzet bij noodzakelijkheidsbewustzijn is sprake als het de dader niet om een bepaald gevolg is te doen, maar ziet hij dit als een noodzakelijk gevolg van zijn handelen. Als een man een brildragende vrouw mishandelt door haar op het gezicht te slaan en daarbij de bril stukslaat, dan heeft hij ook vernieling van de bril gepleegd (meerdaadse samenloop). Het was hem daar weliswaar niet om te doen, maar het breken van de bril was een noodzakelijk gevolg van zijn handelen.

Van voorwaardelijke opzet is sprake als het de dader niet om een bepaald gevolg is te doen en dit ook niet ziet als noodzakelijk gevolg van zijn handelen. Voldoende is dat hij bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat een bepaald gevolg zou intreden. Als de vrouw uit het voorbeeld glassplinters in haar oog krijgt en blind wordt, is er sprake van zware mishandeling als de rechter bewezen acht dat er een aanmerkelijke kans op blijvend oogletsel bestond en dat de man die kans bewust heeft aanvaard.”;Dutch”

22
Q

Wanneer is poging strafbaar en wanneer niet?

A

Poging is strafbaar als het voornemen van de dader zich door een begin van uitvoering heeft geopenbaard en het misdrijf niet is voltooid buiten zijn wil om. Niet strafbaar is het vrijwillig stopt met de verdere uitvoering van het misdrijf. Van vrijwilligheid kan alleen sprake zijn als de dader bij min of meer gelijkblijvende omstandigheden zelf besluit om niet door te gaan

23
Q

Wat wordt onder ‘het voornemen van de dader’ en ‘een begin van uitvoering’ verstaan?

A

Onder het ‘voornemen van de dader’ en een begin van uitvoering wordt verstaan het doen of nalaten van handelingen waarbij:

  • een of meer bestanddelen van het misdrijf worden vervuld of
  • een situatie ontstaat die gericht is op voltooiing van het misdrijf.
24
Q

Wie kunnen als daders van een strafbaar feit worden gestraft?

A

Als daders van een strafbaar feit kunnen worden gestraft zij die het feit plegen, doen plegen, daartoe uitlokken of het feit medeplegen.

25
Q

Wanneer is er sprake van ‘wederspannigheid’?

A

Van ‘wederspannigheid’ is sprake indien de dader zich met geweld of bedreiging met geweld verzet tegen een ambtenaar werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, of tegen personen die hem daarbij krachtens wettelijke verplichting of op zijn verzoek bijstand verlenen. Wordt in politiejargon vaak verzet genoemd.

26
Q

Wat wordt onder ‘geweld’ verstaan?

A

Onder geweld wordt verstaan elke dwangmatige kracht (slaan, schoppen, rukken en trekken ect.) van meer dan geringe betekenis uit geoefend op personen of zaken.

27
Q

Wanneer is er sprake van ‘eenvoudige belediging’ en wanneer is dit strafbaar?

A

Van eenvoudige belediging is sprake bij elke opzettelijke belediging die niet het karakter van smaad of smaadschrift draagt en is strafbaar als die, hetzij in het openbaar mondeling of bij geschrift of afbeelding, iemand, in zijn tegenwoordigheid mondeling of door feitelijkheden, hetzij door een toegezonden of aangeboden geschrift of afbeelding, wordt aangedaan.

28
Q

Wanneer is er sprake van belediging van een ambtenaar in functie?

A

Van belediging van een ambtenaar in functie is sprake als:

  • de dader zijn belediging uit tijdens of naar aanleiding van de werkzaamheden van de ambtenaar
  • de dader weet dat hij met een ambtenaar te maken heeft en
  • de ambtenaar in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening is.
29
Q

Noem het essentiële verschil tussen een schuld- en een rechtvaardigingsgrond.

A

Schulduitsluitingsgronden zijn de strafuitsluitingen die de schuld van de dader wegnemen. Het gepleegde strafbare feit blijft strafbaar maar het is redelijkerwijs niet aan diens schuld (in de zin van verwijtbaarheid) te wijten. Het strafbare gedrag wordt de dader in strafrechtelijke zin niet aangerekend. Rechtvaardigingsgronden zijn de strafuitsluitingen die de wederrechtelijkheid van de gepleegde gedraging wegnemen. Het feit is daarmee niet langer strafbaar; één of meerdere bestanddelen van het artikel ontbreken waardoor er geen sprake meer is van strafbaar handelen.”;Dutch”

30
Q

Wat is het verschil tussen noodweer- en noodweerexces?

A

Noodweer betreft de geboden noodzakelijke verdediging tegen een ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding (van eigen of andermans lijf-eerbaarheid of goed). Dit betreft een rechtvaardigingsgrond.

Noodweerexces gaat een stap verder: de grenzen van die geboden verdediging worden overschreden, bijvoorbeeld doordat een te zwaar middel wordt gebruikt of anderszins de tegenactie niet meer in verhouding staat tot de inbreuk op het eigen of andermans lijf e.a. Noodweerexces start in een noodweersituatie en wordt gedreven vanuit een hevige gemoedsbeweging door die aanranding veroorzaakt. In dit geval betreft het een schulduitsluitingsgrond.