Blok 6 deel 3 Flashcards

1
Q

kenmerken monopsonie

A
  • uiterste geval sprake van 1 inkoper
  • veel invloed op hoeveelheid en kwaliteit –> heel weinig inkopen, aanbieders laag inkomen, slechte kwaliteit
  • vrager = prijszetter, misbruik inkoopmacht, P te laag
  • Counterweight: consument wordt beschermd tegen hoge prijzen door machtige aanbieders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Herfindahl-herschman index (HHI)

A

indicator machtsconcentratie –> HHI = Som MA2.
Marktaandeel alle aanbieders gekwadrateerd en gesommeerd

10000 = 1 marktpartij 
0 = groot aantal marktpartijen 
2000 = vuistregel behoorlijke concentratie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hinderpaalcriterium

A

de vergoeding voor zorg die niet gecontracteerd is, mag niet zo laag zijn dat ze niet naar een niet gecontracteteerde zorgaanbieder gaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Tarieven moeten faire zijn

A

minstens kostendekkend, anders nagatieve effecten op kwaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ACM

A

toezicht naleving mededingswet: algemene toezicht op kartel verbod, verbod misbruik economische machtspositie, toetsing voorgenomen fusies –. concentratie toezicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

NZa

A

toezicht op naleving wet marktordering gezondheidszorg. Sector speciefieke toezicht: generieke verplichting opleggen aan dominante partijen

Ex ante (vooraf) handelen: eerlijke concurrentie op de markt in gang houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

NZa onderzoekt aanmerkelijke marktmacht in 4 stappen

A
  1. relevante markt bepalen
  2. positie marktpartije in kaart brengen
  3. mededingingsproblemen die tot gevolgen van fusie kunnen zijn duidelijk maken
  4. mogelijke verplichtingen die potienteel zijjn in kaart brengen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

inkoop van zorg

A

zorginkoop: zorg die inkopers kopen bij zorgaanbieders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

inkoop voor zorg

A

producten en diensten voor zorgaanbier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Triple/quadruple aim

A

waar laten we keuzes vanaf hangen

  1. verbeteren van gezondheid populatie
  2. verbeteren ervaren kwaliteit van zorg
  3. verlagen kosten per hoofd van bevolkingg
  4. verbeteren tevredenheid zorgverleners

in NL: kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Het inkoopproces

inkoopwiel van zorg

A
  • Het proces is interactief
  • drie fases: strategic, tactical en operational
  • Na stategic en tactical fase worden contacten gesloten en zorg gedeclareerd in de operational fase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Binnen cirkel

inkoopwiel van zorg

A

het proces van relaties tussen zorginkoper en zorgleverancier.

  • ontwikkeling aanbieders
  • relatiebeheer
  • prestatie evaluatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

10 stappen inkoopproces

inkoopwiel van zorg

A
  1. inkoop analyse
  2. specificatie van behooefte
  3. ontwikkeling zorginkoop strategie
  4. selectie vaan aanbieders
  5. contracteren
  6. diagnose
  7. starten van zorgtraject
  8. leveren van zorg
  9. declaratie verwerking
  10. betaling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Voor en nadelen Fee-for-service

A

Betaling per zorgactiviteit

Voordelen: arbeidsproductiviteit, prikkel helpen en transparantie

Nadelen: overbehandeling en geen prikkel preventie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

voor en nadelen Bundled payment

A

Voordelen: prikkel preventie,

Nadelenen: risicoselectie, onderbehandeling, ggen prikkel kwaliteit en preventie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

voor en nadelen capitation payment

A

voordelen: kosten beheersing, primaire preventie lonend

Nadelen: risico selectie, onderbehandeling, geen prikkel kwaliteit

17
Q

voor en nadelen budget/salaris

A

voordelen: zekerheid zorgkosten

Nadelen: innovatie niet lonend, wachtlijsten, afstraffen doelmatigheid

18
Q

incentives

A

relatie tussen presentatie en beloning

19
Q

trapsgewijsmodel:

A

per catogorie van behandelduur tarief toe te kennen, geen onnodig zorg later, overbehandeling in begin fases