Arm en Rijk 1.1 Flashcards

1
Q

WOZ waarde

A

De waarde van de woning volgens de gemeente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Arbeiderswijk

A

Kleine woningen, in rijen aan elkaar (gebouwd voor fabrieksarbeiders)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Villawijk

A

Grote, vrijstaande huizen met veel tuin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Achterstandswijk

A

Wijk met hoge werkloosheid en veel armoede.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lagelonenland

A

Land waar, de naam zegt het al, de lonen laag zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe meet je welvaart van de wijk?

A
  1. Aantal Koopwoningen 2. De WOZ waarde van de woningen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Huurwoning

A

Eigenaar verhuurt de woning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Koopwoning

A

Eigenaar woont er in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

4 manieren om Welzijn te meten

A
  1. Onderhoud 2. Bebouwingsdichtheid 3. Autodichtheid 4. Aantal voorzieningen in de wijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bebouwingsdichtheid

A

Aantal woningen per vierkante meter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Autodichtheid

A

Aantal auto’s per vierkante meter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welvaart

A

Rijkdom of armoede uitgedrukt in een $$$ bedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welzijn

A

Rijkdom of armoede uitgedrukt in terman van geluk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly