ALGEMENE REGELS: VOORWERP VAN DE GIFT Flashcards

1
Q

Wat is het voorwerp van de gift?

A

Schenking:
 Eigendomsrecht of ander zakelijk recht op
goederen (diensten)
 Actuele of tegenwoordige goederen, zie art.
4.168 BW (toekomstige goederen, m.u.v.
contractuele erfstelling)
 Eigen goederen (andermans goederen)

Legaat:
Eigendomsrecht of ander zakelijk recht op
goederen (diensten)
 Goed moet bij openvallen nalatenschap in
vermogen aanwezig zijn
 Eigen goederen (andermans goederen, wel
mogelijkheid om last aan legaat te verbinden
om bv. goed van derde te kopen en het aan
gekozen begunstigde over te dragen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vereisten voorwerp van de gifT

A

 In de handel
 Bepaalbaar
 Geoorloofd
 Gever moet beschikkingsbevoegdheid zijn over het geschonken voorwerp

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly