ALGEMENE REGELS VOOR GIFTEN: BEKWAAMHEID OM TE KRIJGEN

Question 1

WIE KAN NIET KRIJGEN?

Answer 1

Onbestaande personen
Ongeboren niet verwekte kinderen
Verenigingen en vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid
Rechtspersoon in oprichting

Je moet bestaan op ogenblik dat de gift uitwerking krijgt
 Schenking- Dag van de schenking
 Legaat- Dag van overlijde

Question 2

Onbestaande personen

Answer 2

UITZONDERINGEN:
1. Contractuele erfstelling (art. 4.233 BW)
2. Gift met bewaarplicht t.v.v. derden
3. Stichting van openbaar nut en
private stichting
4. Beding ten behoeve van een derde
Kijk dia 27 voor artikels

Question 3

2. Onbepaalbare personen

Answer 3

 Op ogenblik waarop gift uitwerking krijgt is onduidelijk wie begiftigde is-geen gift bij gebrek aan begiftigde!
 >< gift aan onbepaalde, maar bepaalbare persoon
identiteit persoon is niet omschreven, maar o.b.v. objectieve criteria kan worden bepaald wie begiftigde is
Bv.: de persoon waarmee ik bij overlijden getrouwd ben, de persoon waarmee mijn zoon bij mijn overlijden getrouwd is, de persoon die mij tijdens mijn laatste ziekte heeft verzorgd,…

 Interpretatie wil testator door rechter

In testatement mag vaagheid bestaan. Persoon wordt bepaald bij overlijde

Question 4

VOOR WIE GELDEN BIJZONDERE VOORWAARDEN?

Answer 4

Minderjarige personen (art. 4.163 BW)

Question 5

VOOR WIE GELDEN BIJZONDERE VOORWAARDEN?:Meerderjarige beschermde persoon

Answer 5

Rechter bepaalt omvang van de onbekwaamheid (art. 492/1, §2 BW
 Sommige handelingen mag een bewindvoerder maar stellen na machtiging van de rechter (art. 499/7, §2 oud BW

Question 6

VOOR WIE GELDEN BIJZONDERE VOORWAARDEN?: Gehuwden

Answer 6

 Aanvaarden voor de gemeenschap moet door beide partners samen (art. 2.3.32, 6° BW)
 Machtiging familierechtbank bij weigering zonder wettige reden of onmogelijkheid tot wilsuiting (art. 2.3.34 BW)

Question 7

VOOR WIE GELDEN BIJZONDERE VOORWAARDEN:Rechtspersonen (art. 4.143 BW)

Answer 7

-Vennootschappen: geen machtiging of goedkeuring

-Verenigingen en stichtingen: geen machtiging of goedkeuring voor legaat, handgiften, schenking ≤€100.000
machtiging Minister v. Justitie voor schenking >€100.000 (art. 9:22, eerste lid WVV)

-Afgezwakte vrees voor “dode hand” bij rechtspersonen van privaatrecht

 Rechtspersonen van publiekrecht: afhankelijk van toepasselijke federale en gewestelijke regels

Question 8

VOOR WIE GELDEN BIJZONDERE VOORWAARDEN:Bijzondere onbekwaamheden om te krijgen

Answer 8

Onweerlegbaar vermoeden dat gift het voorwerp uitmaakt van captatie: Ze hebben de schenker sowieso beinvloed.
* Maar met relatieve nietigheid als sanctie - Kan enkel ingeroepen worden door de rechtsopvolgers

Voogden bij giften van pupil (art. 4.140 BW)
 Zowel voor schenking als testament
 Tot aan de aanzuivering van de slotrekening van de voogdij (zelfs als pupil al meerderjarig is)
Uitzondering: wel schenken of testeren t.v.v. ascendenten die voogd (geweest) zijn