A1S1 Infrastructure Services Flashcards

1
Q
De module A1S1 Infrastructure Services is afgestemd op de bovenste layers van het OSI-model.
Benoem de layers die tot de module A1S1 gerekend worden
A

Application layer

Transport layer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe noem je een omgeving waarin alle vormen van

communicatie zijn geïntegreerd.

A

Unified Communications

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
Tijdens de module A1S1 is een
aantal protocollen besproken
zoals DHCP, SSL/TLS en TCP.
Deze protocollen passen bij de
7 afgebeelde elementen. Plaats
de gegeven protocollen bij de
elementen waar ze bij passen.
A

DHCP: End user Services

SSL/TLS: IT Security

TCP: Networks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem twee positieve effecten die bereikt kunnen worden door het OSI-model te
gebruiken.

A

Standaardiseren van de interfaces.
Staat snelle ontwikkelcycli toe.
Gemakkelijker te begrijpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Van welke OSI-layer wordt gezegd dat die een logische connectie tussen processen (applicaties)
realiseert?

A

Antwoord: Transport layer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt het proces van het toevoegen van een header genoemd?

A

encapsulation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem 2 relevante protocollen die tot de Transport layer gerekend worden.

A

TCP en UDP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem drie eigenschappen die behoren tot de Peer-to-Peer architectuur

A
no dedicated roles
peers ‘intermittently on’
dynamic IP-addresses
complex management
heterogeneous hardware. / Hardware kan samenwerken met elkaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de primaire taak van het DHCP protocol?

A

clients voorzien van een IP-configuratie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het nut (de noodzaak) van portnumbers?

A

onderscheid kunnen maken van verschillende applicatie datastromen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem twee velden in de TCP-header die NIET in de UDP-header zitten.

A

acknowledgement number
sequence numbers
recive window

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom is het gedrag van UDP ‘unfair’?

A

Omdat er geen sprake is van geen Congestion-Control

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Één van de typen DNS Resource Records heet CNAME (Canonical Name). Waar is dit type RR voor
bedoeld?

A

om aliassen te maken. Een alias is een vervangende benaming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly