A1: Les 2: Veelvoorkomende Woorden En Uitdrukkingen Flashcards
1
Q
Hallo (informeel)
A
Привет
2
Q
Hallo (formeel)
A
Здравствуйте
3
Q
Goedemorgen
A
Доброе утро
4
Q
Goedemiddag
A
Добрый день
5
Q
Goedenavond
A
Добрый вечер
6
Q
Goedenacht
A
Спокойной ночи
7
Q
Doei (informeel)
A
Пока
8
Q
Tot ziens
A
До свидания
9
Q
Tot ziens (informeel)
A
Увидимся
10
Q
Tot snel
A
До скорого
11
Q
Dank je
A
Спасибо
12
Q
Alsjeblieft (bij geven)
A
Пожалуйста
13
Q
Alsjeblieft (bij verzoek)
A
Пожалуйста
14
Q
Graag gedaan
A
Не за что
15
Q
Привет
A
Hallo (informeel)