6.4 informatieoverdracht tussen neuronen (enkel vanaf 4.2) Flashcards

1
Q

stap 1 impulsoverdracht tussen neuronen

A

impuls bereikt de eindknopjes van een axon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

stap 2 impulsoverdracht tussen neuronen

A

neurotransmitter komt vrij uit de synaptische blaasjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

stap 3 impulsoverdracht tussen neuronen

A

neurotransmitter bindt zich aan specifieke membraanreceptoren dendrieten = chemisch signaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

stap 4 impulsoverdracht tussen neuronen

A

chemisch signaal veroorzaakt een ladingsverandering en leidt zo naar een nieuw elektrisch signaal (impuls)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

gaat de impulsoverdracht slechts in een richting?

A

ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

motorische eindplaat

A

synaps die gevormd wordt tussen het axon van een motorisch neuron en de aansluitende spiervezel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

synaps

A

plaats waar informatieoverdracht tussen twee neuronen plaatsvindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welk elektrisch signaal wordt door de spiervezel beantwoord met een spiercontractie

A

neurotransmitter bindt op een membraanreceptor, er ontstaat een ladingsverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een spiercontractie

A

samenspannen van spier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bij een impulsoverdracht tussen het eindknopje van het ene neuron naar de dendriet van een ander neuron is de volgorde van de signalen

A

elektrisch signaal -> chemisch signaal -> elektrisch signaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

langs waar gaat de impulsoverdracht bij sensorisch en motorisch neuron

A

via een synaps

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly