4.1 What Went Wrong? The Downfall Of Arthur Andersen And The Contruction Of Controllabillity Boundries Surrounding Financial Auditing. - Gendron En Spira Flashcards

1
Q

Waar gaat het artikel over?

A
  1. De val van het kantoor Arthur Andersen
  2. de commercialiteit vs controlekwaliteit,
  3. het vertrouwen in eigen kunnen en extern toezicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke twee manieren kan controlekwaliteit beheerst worden volgens de schrijver?

A
  1. Het vertrouwen in eigen organisatie (eigen kunnen)
  2. Het vertrouwen in de kracht van extern toezicht (controle kwaliteit borgen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De medewerkers van Arthur Andersen zijn in te delen in 3 soorten mensen, en wat houden ze in?

A
  1. Unwavering: Veel vertrouwen in eigen toezicht
  2. Restoring members: Veel vertrouwen in eigen toezicht, maar zien waar het fout is gegaan
  3. Skeptical members: Vertrouwen in extern toezicht en het belang hierbij
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke 5 factoren hebben volgens de schrijver de mislukking van AA veroorzaakt?

A
  1. Rol van Commercialiteit
  2. Organisatorische veranderingen
  3. Interne kwaliteitsbeheersing
  4. Houding t.o.v. extern toezicht
  5. Rol van professional accounting bodies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke 3 control philosophies zijn er en wat houden ze in?

A
  1. Market control: (Output) monetary output: revenue target om te beoordelen of een persoon promotie maken.
  2. Bureaucratic control: (Proces) The use of rules, policies en toezicht om te beoordelen of iemand promotie kan maken.
  3. Clan control: (input) Gedeelde normen en waarden of te beoordelen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly