3.4 Immunisatie Flashcards
immunisatie
lichaam raakt beschermt tegen bepaalde ziektes en heeft daardoor minder last van symptonen
actieve immunisatie
lichaam gaat zelf actief antistoffen en/of geheugencellen aanmaken
passieve immunisatie
lichaam krijgt antistoffen toegediend
Wat voor immunisatie is ‘bootsing’?
natuurlijke immunisatie (actief)
vaccinatie
mensen inspuiten met verzwakte ziekteverwekkers
- kunstmatige immumisatie (passief)
Wat gebeurt er als de baby via moeder melk igA’s binnenkrijgt?
bacteriële bindinseiwitten worden afgeschermt: darm infecties nemen af
serumtoediening
ingespoten met dierlijke stoffen tegen bepaald gif
- kunstmatig en passief
Waar moet je bij bloedtransfusies naar kijken?
ABO(null)-systeem en resusfactor
Waardoor is O een universele donor?
er treden geen fatale klonteringen op, maar na 1/2 L gat het wel voor problemen zorgen
Welke resusfactoren heb je?
D, C, E
Resuspositieve (Rh+) mensen
bezitten antigen en geen antistof
Resusnegatieve (Rh-) mensen
maken antistoffen zodra ze Rh+ bloed ingespoten krijgen
hyperacute afstotingsreactie
bij bloedgroepen antistoffen in het lichaam van ontvanger cellen/eiwitten donor aanvallen
acute afstoting
als eiwitstukjes in MHC-I-moleculen zitten die voor ontvanger vreemd zijn gaan donorcellen aanvallen
Wat is MHC in donorwereld?
HLA