3.3 Verworven (specifieke) immuunsysteem Flashcards
verworven (specifieke) immuunsysteem
lichaam leert indringer herkennen en bestrijden
Derde verdedigingslinie
fagocyten met Antigeen Presenterende Cellen (APC’s)
Antigeen Presenterende Cellen (APC’s)
cellen die een speciaal stukje van bacterie aan andere cellen presenteren waardoor de afweerreactie op gang komt
Leg het begrip fagocytose wat uitgebreider uit.
bacterie ingesloten in fagosoom (voedselvacuole) en versmelt met lysosoom tot fagolysosoom
antigenen
kenmerken eiwitten in celwand bacterie
Major Histocompatability Complex - II (MHC-II)
- speciale eiwitmoleculen aan binnenzijde membraan fagolysosoom
- aan uiteinde zit een speciale hechtingsplaats antigen
- na hechten blaasje fagolysosoom afgesnoerd en verplaatst zich naar celmembraan APC en versmelt
- MHC-II zit met antigeen in buitenmembraan APC en APC presenteert antigeen die hij gevonden heeft.
Wat zit er in membraan pre-T-helpercellen?
T-cel-receptoren
Hoe gebeurt gebeurt de controle van de pre-T-helpercellen?
door hechting membraaneiwit (CD4) aan MHC-II
Hoe worden macrofagen geactiveerd waardoor ze extra bacteriedodende stoffen aanmaken?
de ontstane T-helpercellen type 2 geven cytokines af
Wat zit er in membranen pre-B-lymfocyten?
specifieke antistoffen (antilichamen), eigen type antistof die zich aan een specifiek antigeen kan binden
Wat gebeurt er als een bacterie tegen een pre-B-lymfocyt botst?
fagocyteert en pre-B-lymfocyt presenteert antigeen in MHC-II net zoals dendritische cellen
Wat gebeurt er als de TH2 cellen zich ook hechten aan de pre-B-lymfocyten?
Ze worden geactiveerd door cytokines: stoffen betrokken in intercellulaire communicatie
B-lymfocyt reageert met rijping tot plasmacel en gaat klonen
T-geheugencellen en B-geheugencellen
ontwikkelen zich naast respectievelijk T-helpercellen type 1 en plasmacellen uit de T-helpercellen en B-lymfocyten
‘Boosting’
aanmaak van extra geheugencellen zodat bij hernieuwde infectie nog meer antistoffen worden gemaakt
Waaruit is een antistof (antilichaam of immunoglobuline (ig)) opgebouwd?
uit één Fc deel en twee Fab-delen, waardoor ze specifiek zijn
Wat zijn de verschillende antistoffen?
- igD
- igE
- igA
- igM
- igG
igD
samen met igM’s in membranen pre-B-lyfocyten
igE
- zitten met Fc deel vast aan bepaalde witte bloedcellen in slijmvliezen en op mestcellen in andere weefsels
- geeft histamine af
igA
- twee aan twee aan elkaar (dimeer) als ze worden afgegeven
- middenstuk is nodig om door membranen te transporteren
igM
- opgebouwd uit 5 identieke moleculen die aan elkaar zitten (pentameer)
- vooral belangrijk in beginfase bestrijding antigeen
igG
- vormen de bulk van antistoffen in het lichaam
- kunnen ook door placenta, baby krijgt antistoffen van moeder
autofagie
afbraak eiwitten en celorganen
Major Histocompatability Complex I-moleculen (MHC-I)
hierin worden eiwitdelen die ‘eigen’ zijn gepresenteerd
Pre- cytotoxische-T-lymfocyten
hebben in membraan T-celreceptoren (TCR) voor MHC-I met lichaamsvreemde eiwitdelen
- controleren of het écht MHC-I is, hechtingsmolecuul van T-cel op MHC-I: CD-8
- rijpt tot volwaardig cytotoxische-T-lymfocyt: kan afwijkend eiwit doden