3.2 T/m 3.4 Flashcards

1
Q

Beurs

A

Gebouw waar kooplieden handeldrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Gouden eeuw

A

Lange bloeiperiode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Grachtengordel

A

Deel van Amsterdam langs de grachten uit de 17e eeuw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Handelskapitalisme

A

Kapitalisme waarbij handelaren de leiding hadden in de economie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kapitalisme

A

Economisch systeem waarin mensen geld in bedrijven steken om winst te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Oorlogsrecht

A

Regels die gelden tijdens oorlogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Stapelplaats

A

Plaats waar goederen in pakhuizen worden opgeslagen om vandaar te worden verhandeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Volkenrecht

A

Regels die gelden tussen staten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Werkgelegenheid

A

Mogelijkheid voor betaald werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Batavia

A

Hoofdkwartier van de VOC op Java

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Compagnie

A

Handelsbedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Factorij

A

Handelspost met kantoren en pakhuizen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Gouverneur-generaal

A

Hoogste bestuurder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Monopolie

A

Alleenrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

VOC

A

Verenigde Oost-Indische Compagnie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wereldeconomie

A

Economisch systeem van wereldwijde handelscontacten

17
Q

Werkgever

A

Iemand die mensen tegen loon in dienst heeft

18
Q

Werknemer

A

Iemand die in loondienst is bij een werkgever

19
Q

WIC

A

West-Indische Compagnie

20
Q

Emigreren

A

Een land voorgoed verlaten

21
Q

Gedogen

A

Toelaten

22
Q

Gereformeerd

A

Calvinistisch

23
Q

Gewetensvrijheid

A

Recht om te geloven wat je wilt

24
Q

Immigrant

A

Iemand die verhuist vanuit een ander land

25
Q

Literatuur

A

Verhalen en gedichten die bedoeld zijn als kunst

26
Q

Pullfactor

A

Reden om je ergens te vestigen

27
Q

Pushfactor

A

Reden om een plaats te verlaten