28-voegwoorden-nevenschikkend Flashcards
1
Q
ac
A
: en
2
Q
at
A
: maar
3
Q
atque
A
: en
4
Q
autem
A
: maar, echter
5
Q
ergo
A
: dus
6
Q
et
A
: en
7
Q
etiam
A
: zelfs, ook
8
Q
nam
A
: want
9
Q
sed
A
: maar