1C3 tentamen Flashcards

1
Q

in welke type genen is het vaakst een mutatie bij hypofyse adenomen?

A

G-eiwitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

bij welk schildklier neoplasie komen Orphan Annie eye kernen voor of ground glass kernen?

A

papillair carcinoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

bij een profylactische schildklierverwijderingen wordt vaak een voorloper laesie gevonden. hoe heet deze?

A

C-cel hyperplasie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

waarom krijg je geen bijnieratrofie bij aldosteron producerende bijnieradenomen?

A

er is geen suppressie van ACTH, bij cortisol producerende bijnieradenomen wel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke moleculaire afwijking hoort bij folliculaire carcinomen?

A

PAX8/PPARg fusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de meest voorkomende oorzaak van endocriene hypertensie?

A

primaire hyperaldosteronisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn de zachtste nierstenen?

A

struvietstenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kan een proximale uretersteen van 4mm spontaan geloosd worden?

A

ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waardoor wordt osteoperose gekenmerkt?

A

verlaging van de botmassa. NIET onvoldoende mineralisatie van het bot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

bij wie wordt een meting van de botmineraaldichtheid aangeraden?

A
  • mensen boven de 50 met een eerdere fractuur
  • mensen > 60 zonder fractuur maar hoog risicoprofiel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke medicijngroepen kan je gebruiken bij osteoperose?

A
  • stimulatoren van de botaanmaak (anabolica)
  • remmers van de botafbraak (antiresorptiva)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is het nadeel van gebruik van denosumab?

A

het stoppen zorgt zonder nabehandeling tot wervelfracturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn 2 zeldzame bijwerkingen van bisfosfonaten?

A
  • osteonecrose van de kaak
  • atypische femurfractuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

noem aandoeningen die hypercalciemie kunnen veroorzaken?

A
  • hyperparathyreoidie
  • botmetastasen
  • sarcoidose
  • hyperthyreoidie
  • gebruik thiazide diuretica
  • bedlegerigheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

noem 2 hypothalame hormonen die de ACTH productie stimuleren of remmen
en 2 die de GH productie stimuleren of remmen

A

ACTH: CRH is stimulerend en vasopressine is stimulerend

GH: GHRH is stimulerend en somatostatine is remmend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waarom maakt de zona glomerulosa geen cortisol aan?

A

ze missen het enzym CYP17 (17-hydroxylase)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

wat gebeurt er met de patient bij een niet goed werkende cortisol receptor?

A
  • verhoogde bloeddruk
  • verhoogde androgeen spiegel
  • verhoogde ACTH spiegel
18
Q

wat voor metabole effecten heeft cortisol?

A

stimuleert de gluconeogenese en de glycogenolyse en remt de eiwitsynthese. EN verlaagt de insulinegevoeligheid

19
Q

wat voor advies geef je een vrouw met hypothyreoidie en een positieve zwangerschapstest?

A

de dosering levothyroxine met 25-50% ophogen en dan TSH en FT4 bepaling doen

20
Q

wat voor testen doe je in welke volgorde bij verdenking hyperthyreoidie?

A

TSH meten daarna FT4 meten

21
Q

welke 4 behandelingen doe je bij gedifferentieerd schildkliercarcinoom?

A
  1. thyreoidectomie
  2. halsklierdissectie op indicatie
  3. radioactief jodium behandeling
  4. TSH suppressieve therapie met levothyroxine
22
Q

kan pseudoCushing veroorzaakt worden door een manische depressie?

A

ja

23
Q

wat zijn kenmerken van urinezuurstenen?

A

niet zichtbaar op rontgen
HU van onder de 400
oplosbaar in alkalisch milieu
kan gepaard gaan met jicht

24
Q

op welke leeftijd wordt de piekbotmassa bereikt?

A

30 jaar

25
Q

wat doet sclerostine?

A

remt de botaanmaak en wordt geproduceerd in het bot door osteocyten

26
Q

welke complicatie komt het meest voor na een totale thyreoidectomie?

A

hypoparathyreoidie/hypocalciemie.
tintelingen in de vingers en rond de mond

27
Q

voor welke eindstoffen heb je CYP21 en CYP17 nodig?

A

CYP21: voor cortisol en aldosteron

CYP17: voor cortisol en geslachtshormonen

27
Q

welke 3 veranderingen in de schildklierfysiologie vinden plaats tijdens de zwangerschap?

A
  1. placenta verbruikt meer + foetale behoefte
  2. schildklier wordt gestimuleerd d.m.v. hCG meer productie dus lagere TSH
  3. stijging TBG waardoor meer gebonden T4 (totaal T4)
28
Q

welke 4 fasen kunnen optreden tijdens een thyreoiditis?

A

1 thyreotoxische fase
2 euthyreote fase
3 hypothyreote fase
4 herstelfase

29
Q

wat voor botafwijking verwacht je bij een patient met TRalfa1 resistentie in de botten?

A

vertraagde botgroei en verhoogde botdichtheid

30
Q

waarom is TSH een gevoeligere parameter voor de schildklierstatus dan FT4?

A

TSH varieert 10-voudig binnen de normaalwaarde en T4 2-voudig. TSH is veel gevoeliger voor fluctuaties

31
Q

hoe worden congenitale hypothyreoidie opgespoord tijdens de hielprik en wat is het voordeel?

A

eerst T4 meten, als afwijkend ook TSH.

Hierdoor worden secundaire en tertiaire hypothyreoidie niet gemist

32
Q

wat zijn de belangrijkste financieringsbronnen van de gezondheidszorg?

A

ZVW en WLZ

33
Q

wat zijn o.a. voorspellers voor valincidenten?

A
  • eerdere valincidenten
  • sarcopenie
  • visusproblemen
34
Q

welke 3 gebieden zijn vooral aangedaan bij ziekte van Alzheimer?

A

hippocampus
frontaalkwabben
occipitaalkwabben

35
Q

waar mondt de rechter bijniervene uit?

A

in de vena cava inferior

36
Q

door welk eiwit in de schildklier wordt schildklierhormoon gesynthetiseerd?

A

door Tg

37
Q

wanneer krijgt een kind ontwikkelingsdefecten bij jodiumtekort?

A
  • moeder moet laag T4 hebben door jodiumtekort
  • de foetus maakt zelf geen T4 dus afhankelijk van de moeder
  • foetale schildklier heeft jodium nodig voor schildklierhormoonproductie
38
Q

wat is de beste behandeling voor toxische nodus?

A

I-131 behandeling

39
Q

wat voor soort mutaties kunnen hypofyse adenomen vaak hebben?

A

G-proteine mutaties

40
Q

wat is de afstand tussen opbouw en afbraak bij modelling en remodelling?

A

modelling: fysiek gescheiden
remodelling/BMU: in hetzelfde gebied