16. Sheeber (2009) Flashcards
1
Q
depressie is een
A
emotieregulatiestoornis
2
Q
Bij depressie is er sprake van
A
een verhoogd aversive system en een verlaagd appetitive system
3
Q
depressie zorgt voor deze neurale veranderingen
A
- minder activiteit in de linker prefrontale cortex
- actievere amygdala
- minder actief beloningssysteem
4
Q
drie dimensies
A
duur, frequentie, intensiteit
5
Q
geluk
A
minder lang, minder vaak en minder intens
6
Q
dysforie en woede
A
langer, vaker en intenser