ZO.4: Inleiding pathologische begrippen Flashcards

1
Q

Pleiomorfie

A

Verschijnsel waarbij een groep cellen qua grootte, vorm of kleur sterk van elkaar verschilt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hyperchromasie

A

Een celkern die er donkerder uitziet dan normaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Anaplasie

A

Een kwalitatieve verandering van differentiatie. Anaplastische cellen zijn doorgaans slecht gedifferentieerd of ongedifferentieerd en vertonen geavanceerd cellulair pleomorfisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Differentiatie

A

Het proces waarbij een homogeen geheel wordt verdeeld in delen met verschillende eigenschappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Parenchym

A

Het werkzame deel van weefsel van een orgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Stroma

A

Het bindweefsel net onder het oppervlak van een orgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Tumor

A

Gezwel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Desmoplasie

A

Een door tumor geïnduceerde stromale reactie met bindweefselafzetting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Disseminatie

A

Verspreiding of uitzaaiing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Dysplasie

A

Abnormale veranderingen in cellen die eerste normaal waren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly