Ziektebeelden Flashcards

1
Q

Wanneer spreek je van een aneurysma?

A

diameter 1,5 keer de wijdte van de normale aorta groter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Pathofysiologie AAA

A

door degeneratie waarbij de collageenvezels van het bindweefsel van de adventitia fragmenteren > stevigheid verloren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Symptomen AAA

A

silent killer tot gevaar: pijn in abdomen, mogelijk uitstralend naar rug of flanken, vegetatieve verschijnselen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Risicofactoren AAA

A

roken, mannen, hogere leeftijd, hypertensie, hyperlipidemie, positieve familieanamnese

risicofactoren atherosclerose

diabetes mellitus NIET

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Diagnostiek AAA

A

echo, CT, MRI met angiografie
- vaak na echo alsnog CT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Behandeling AAA

A

afweging tussen operatierisico en ruptuur risico
- open operatie of endovasculaire operatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Meest voorkomende allergieën

A

oraal allergiesyndroom, voedselallergie, allergie huisstofmijt, hooikoorts, insectengif, contact allergie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pathofysiologie allergische rhinitis

A

IgE gemedieerde allergie voor inhalatie allergenen > mestcellen > histamine > oedeemvorming vaatbed > verstopping neus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Symptomen allergische rhinitis

A

tranende ogen, niezen, snotteren, verstopte neus, jeuk, benauwdheid en kortademigheid, zwelling tong, sufheid, galbulten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Risicofactoren allergische reactie

A

familie met allergie, hebben van eczeem/astma, overmatige hygiëne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behandeling allergische rhinitis

A

vaak niet medicamenteus, anders corticosteroidneusspray of antihistaminicum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

appendicitis acuta

A

oorzaak vaak onbekend

lumen van appendix wordt afgesloten > appendixwand gaat ontsteken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Symptomen acute appendicitis

A

vage, slecht te lokaliseren pijn in de epigastrico of rond de navel, die verplaatst naar rechtsonder en heftiger wordt, lichte koorts, braken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Diagnostiek acute appendicitis

A

CRP, echo, CT of MRI als het niet zichtbaar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

astma pathofysiologie

A

chronische, vaak eosinofiele inflammatie van de mucosa van de geleidende luchtwegen
- bij ontsteking treedt verdikking van basaalmembraan op door collageendeposities, net als oedeemvorming van mucosa en submucosa
- > reversibele luchtwegvernauwing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

symptomen astma

A

dyspnoe, piepende ademhaling, hoesten
- bij kinderen vaak piepen, hoesten en verminderd ademhalingsvermogen
- klachten snachts ergst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

risicofactoren astma

A

vrouw, atopie, inhalatie stoffen waar je gevoelig voor bent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

diagnostiek astma

A

longfunctie en provocatietest
- obstructie: FEV1/FVC <-1,64 SD of <0,7
- reversibiliteit na bronchodilator: FEV1 neemt af met >200 mL en >12%
- peakflow: als het verschil over de dag 10% of groter is > reversibel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

behandelen astma

A

leefstijlveranderingen, beta2 agonisten en inhalatiecorticosteroid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

acute bronchitis

A

virale BLWI die naar beneden uitbreidt
- vaak na verkoudheid/griep
- acute bronchiolitis bij kinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

symptomen acute bronchitis

A

minder dan 3 weken hoesten, slijm (niet meer dan 2 weken), benauwdheid/koorts max 1 week en thoracale pijn kan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

risicofactoren acute bronchitis

A

na verkoudheid of griep, roken, verminderde werking immuunsysteem, aanwezigheid astma/COPD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

LO acute bronchitis

A

hoesten, vermoeide patiënt
- auscultatie: expiratoire ronchi of crepitaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

behandeling acute bronchitis

A

geneest binnen 4-8 weken, bij aanhoudende klachten antibiotica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
cholelithiasis
galstenen
26
patho cholelithiasis
stenen ontstaan meestal uit cholesterol dat neerslaat door onverzadiging
27
symptomen cholelithiasis
pijn rechter bovenbuik, koliekpijn met uitstraling naar rug of schouderblad, pijn na vette maaltijd, icterus, ontkleurde ontlasting, donkere urine, misselijkheid, bewegingsdrang
28
wat gebeurt er met bilirubine bij cholelithiasis
kan niet meer wegvloeien > verhoogde bilirubine gehalte in bloed
29
risicofactoren cholelithiasis
fat, female, forty, fertile, fair, positieve fam anamnese, recent veel gewichtsverlies, DM, voorgeschiedenis met galsteenkolieken
30
LO cholelithiasis
icterisch, drukpijn onder rechter ribbenboog
31
diagnostiek cholelithiasis
afwijkende leverwaarden, soms echo
32
behandeling cholelithiasis
zonder symptomen niks, bij symptomen analgetica en cholecytectomie
33
cholecystitis
ontsteking galblaas wand, vaak door obstructie > gal stuwt in de galwegen > ontsteking
34
symptomen cholecystitis
acute, continue pijn rechtsboven in buik, kan uitstralen naar rechter schouderblad, misselijkheid/braken, koorts - geeft op zichzelf geen koliekpijn maar kan wel door stenen > peritoneale prikkeling
35
risicofactoren cholecystitis
galstenen
36
LO cholecystitis
matig ziek, misselijkheid en braken, pijnlijke en palpabele galblaas
37
diagnostiek cholecystitis
hydrops, galstenen, verdikking van wand galblaas en dilatatie d. cysticus op echo te zien
38
behandeling cholecystitis
analgetica en antibiotica, afh van ernst galstenen cholecystectomie
39
COPD
niet reversibele luchtwegobstructie die in het algemeen progressief is en veroorzaakt wordt door een abnormale ontstekingsreactie van de longen op schadelijke deeltjes en gassen, vaak door roken veroorzaakt
40
patho COPD
chronisch inflammatoir proces dat is gelokaliseerd in de centrale en perifere luchtwegen, het longparenchym en bloedvaten - verstoord evenwicht in hoeveelheid proteasen en antiproteasen en oxidanten en antioxidanten > obstructie
41
kenmerken COPD
vooral bij rokers ouder dan 40 - chronisch hoesten en toenemende dyspnoe - ernst GOLD criteria en mMRC score
42
chronische bronchitis
bronchiën blijvend ontstoken > meer slijmproductie > benauwdheid en hoesten
43
longemfyseem
longblaasjes gaan stuk, zit meer distaal dan chronische bronchitis > zuurstof minder goed opgenomen
44
symptomen COPD
- langdurig hoesten (>3 mnd), productieve - kortademigheid - POB - benauwdheid - vermoeidheid - gewichtsverandering - vermindering spierkracht
45
risicofactoren COPD
roken, schadelijke stoffen, erfelijk, leeftijd en geslacht (>40 en man), astma/allergie/infecties, vertraagde longgroei
46
LO COPD
piepende ademhaling, cyanose en nicotinevlekken, voorovergebogen met gebruik hulpademhalingsspieren, tonvormige thorax en halsvenen - hypersonore percussie met laagstaande longgrenzen en verminderde beweeglijkheid - ausculatie: verlengd experium met expiratoire ronchi en grove crepitaties
47
diagnose COPD
- FEV1/FVC <0,7 en niet met 200 mL en >12% verbetering
48
Hoe wordt ernst en prognose bepaald bij COPD?
- ernst: FEV1 gemeten tov verwacht - prognose: BODE index
49
behandeling COPD
leefstijladvisering - B2 agonisten, muscarine antagonisten - inhalatiesteroïden - fosfodiësterase remmer - griepvaccin
50
coronaire insuf (SAP en ACS (MI en IAP)
coronairen onvoldoende doorbloed
51
ACS oorzaak
acute afname of blokkade van coronaire doorbloeding door instabiele plaque of erosie endotheelwand icm lokale trombose
52
niet-STEMI en IAP
geen totale afsluiting van coronair, hoeven geen afwijkingen op ECG te zien te zijn - klachten in rust
53
Welke medicatie remt trombocytenaggregatie
- acetylsalycilzuur/P2Y12 remmers (prasugrel, ticagrelor of clopidogrel)
54
SAP
drukkend gevoel op de borst bij inspanning en verdwijnt binnen 15 min in rust - licht atherosclerotische afsluiting dus alleen klachten bij verhoogde behoefte aan zuurstof
55
symptomen coronair insufficiëntie
drukkend gevoel op de borst, pijn met uitstraling, dyspnoe, vegetatieve verschijnselen
56
risicofactoren coronair insuf
eerder doorgemaakt hartinfart/ACS, hoge leeftijd, roken, dyslipidemie, hypertensie, hoog BMI, positieve familieanamnese, DM, rematoide artritis
57
LO
- vegetatieve verschijnselen - tekenen acute decompensatie - cardiogene shock - polsdruk - bloeddruk - pols - palpatie hart: drukopwekbare pijn pleit tegen ACS - souffles over hart, pericardwrijven (pericarditis of transmuraal infarct) - longen: reutel geluid, crepitaties, nauwelijks/geen ademgeruis (oedeem)
58
diagnostiek coronair insuf
ECG, CK-MB en troponine in bloed, angiografie coronairen, echo cor voor pompfunctie
59
behandeling SAP
leefstijlmanagement, erna pas medicatie, eventueel revascularisatie - medicatie: beta blokker, Ca antagonist en langwerkende nitraten/aspirine en statines
60
IAP/NSTEMI
golden five: - statine - beta blokker - ACE remmer - acetylsalicylzuur - plaatjesaggregatieremmer
61
Wanneer plaats je stent?
als patiënt in shock of niet pijnvrij is meteen, anders binnen 24 uur
62
STEMI
zo snel mogelijk PCI of CABG - in acute fase golden fice
63
volgorde behandelen ACS
recascularisatie, medicamenteus, lifestyle, cardiale revalidatie
64
decompensatie cordis
klachten die veroorzaakt worden door verminderde pompfunctie van het hart > vocht vasthouden
65
patho DC
- systolische dysfunctie: onvoldoende samentrekking van het hart (LV) door MI of myocarditis - diastolische dysfunctie: stugger worden van het hart, door langdurige hypertensie en op hogere leeftijd
66
Wat kan gebeuren bij disfunctie LV
stuwing en vochtuittreding in de longen
67
Wat kan gebeuren bij disfunctie RV
stuwing en vochtuittreding in extremiteiten en buik
68
symptomen linkszijdig hartfalen
orthopnoe, dyspnoe, duizeligheid, plotselinge hartdood, inspanningsintolerantie, vegetatieve verschijnselen, koude-intolerantie
69
symptomen rechtszijdig hartfalen
verhoogde CVD, ascites, perifeer oedeem, nycturie, hepatomegalie
70
risicofactoren DC
- cardiovasculaire risicofactoren - doorgemaakt hartinfarct - hartritmestoornissen - klepafwijkingen - longziekten - alcoholmisbruik - DM - positieve familieanamnese - recente chemo
71
LO DC
oedeem enkels, kortademige patient, mogelijk verlengde capillairy refill, verhoogde CVD, tachycardie, hypotensie, apex buiten mid claviculaire lijn, heffend/verbrede ictus, vergroot hart, evt ruis, vergrote lever, ascites, pulmonale crepitaties, demping onderste longvelden
72
diagnostiek DC
NT-pro BNP, ECG, Xthorax/echo
73
behandeling DC
diureticum, ACE remmer - bij overvulling beta blokker
74
DVT
in diepe venen onderbeen, proximaal van v. poplitea, vaak asymptomatisch
75
patho DVT
trias Virchow - statis in de bloedstroom door immobiliteit - verandering van bloedsamenstelling - beschadigingen vaatwand meestal in kuitvenen
76
longembolie
als stolsel DVT losraakt - acute kortademigheid, pijn bij ademhaling, tachypnoe en tachycardie
77
symptomen DVT
- pijn en/of zwaar gevoel in een been - glanzend, rood, gezwollen en warm been - uitgezette venen - subfebriele temperatuur enkelzijdig klachten
78
complicaties DVT
longembolie, posttrombotisch syndroom doordat DVT heeft geleid tot veneuze klepinsufficientie
79
symptomen posttrombotisch syndroom
(pitting)oedeem, jeuk, pijn, trofische stoornissen, hyperpigmentatie en dilatatie subcutane venen
80
risicofactoren DVT
eerdere DVT/longembolie, oestrogeengebruik, maligniteit, operatie/trauma, zwangerschap, immobilisatie, recent reizen, stollingsproblemen (familie)
81
LO DVT
eenzijdig dik been, pijnlijk, uitgezette venen, drukpijn over venen, pleurawrijven bij longembolie
82
diagnose DVT
klinische kansschatting - echo als al waarschijnlijk is, anders D-dimeren - als D-dimeren hoog alsnog ecgo - CT scan is gouden standaard
83
behandeling DVT
vit K antagonist, LMWH of DOAC
84
diverticulose
uitstulpingen van mucosa en submucosa van colon, ten gevolge van verhoogde intraluminale druk
85
diverticulitis
ontsteking van een uitstulping van mucosa en submucosa van colon - door verhoogde druk en verminderde mobiliteit colon en gebrek aan vezels
86
diverticulose patho
verhoogde druk in darmlumen icm verlaagde kracht collageenvezels in de darmwand
87
symptomen diverticulitis
buikpijn linksonder, verandering in deficiatiepatroon, koorts, misselijkheid/braken/opgezette buik, eventueel rectaal bloedverlies
88
risicofactoren
obstipatie, vet/vezelarm eten, NSAID, weinig bewegen, bindweefselziekte, positieve familieanamnese, ouder dan 60
89
LO diverticulitis
koorts, peritoneale prikkeling, infiltraat linkeronderbuik
90
diagnostiek diverticulitis
CRP, urine, echo niet echt nuttig, CT of MRI
91
behandeling diverticulitis
leefstijlveranderingen, laxantia
92
endocarditis
door bacteriën die in het hart komen en op de binnenbekleding en kleppen van het hart gaan zitten bacteriën komen in bloed door: - verwondingen huid, mondslijmvlies of tandvlees - ontstoken tandvlees - spuiten in aders - huidinfecties - medische ingrepen
93
symptomen endocarditis
hoge koorts, tachycardie, algehele malaise, janeway laesies, osler noduli, opgezette milt, verwardheid
94
risicofactoren endocarditis
al eerder gehad, hartklepprothese, aangeboren hartafwijking - preventief antibiotica bij ingrepen mondholte, BLW, spijsverteringskanaal, urinewegen en geslachtsorganen en ontstoken weefsel
95
LO endocarditis
Osler noduli en Janeway laesies, dyspnoeisch en souffle
96
diagnose endocarditis
BSE en CRP, bloedkweken voor oorzaak, echo en CT, DUKE-criteria
97
behandelen endocarditis
antbiotica
98
major Duke
bloed positief voor endocarditis, bewijs van betrokkenheid endocard
99
minor Duke
- Predisposing heart condition or injection drug use - Fever - Vascular phenomena - Immunologic phenomena - Microbiological evidence
100
gastro-enteritis (buikgriep)
door virussen, bacteriën of parasieten, meest voorkomende oorzaak is rota en norovirus
101
symptomen gastro-enteritis
diarree, misselijkheid, braken, koorts, buikklachten, verminderde eetlust, algehele malaise
102
risicofactoren gastro-enteritis
kinderleeftijd, slechte hygiëne, reizen naar tropen, antibioticagebruik, immunosuppresiva
103
LO gastro-enteritis
matig zieke patient, mogelijk tekenen van uitdroging, gehele buik pijnlijk - percussie hypersonoor od gedempt door vochtverlies en gasvorming - normale peristaltiek
104
diagnose gastro-enteritis
meestal niks, soms feces
105
behandeling gastro-enteritis
rehydratie - soms loperamide of anti-emetica
106
contra-indicaties diarreeremmer
leeftijd <3, koorts icm bloederige diarree, diarree na antibiotica, zwangerschap of geven borstvoeding
107
GER oorzaken
- disfunctie onderste oesophagus sfincter - verhoogde secretie maagzuur - gestoorde motiliteit van oesofagus en maag - vertraagde maagontlediigng - verhoogde abdominale druk
108
symptomen GER
- typische retrosternale pijn na maaltijd/liggen - verergering bij vet/pittig voedsel, alcohol, cafeïne of grote maaltijd - regurgitatie - zuurbranden - misselijkheid - oesten
109
alarmsignalen ernstige oesofagitis
passagestoornissen, bloedbraken, melena
110
risicofactoren GER
- hoge leeftijd - kinderen <1 - hernia diafragmatica - obesitas - zwangerschap - roken - overmatig alcoholgebruik - medicatie - positieve familie anamnese
111
LO GER
gevoelige epigastrico regio
112
behandeling GER
leefstijlveranderingen, protonpompremmer, antacidium en/of H2-receptorantagonist chirurgisch: fundoplicatie
113
Hartritmestoornis
berust op een stoornis in prikkelgeleiding, prikkelvorming of combi van beide
114
DD bradycardie hartritmestoornis
sporthart, geleidingstoornis bij beschadigd hart
115
DD tachycardie hartritmestoornis
- onregelmatig: AF - regelmatig: extracardiale oorzaak als continu aanwezig, sinustachycardie of VF
116
DD normale hartfrequentie en hartritmestoornis
ventriculaire extrasystole of atriale extrasystole bij overslaan, hartklepafwijking zonder overslaan
117
symptomen hartritmestoornis
hartkloppingen, algehele malaise, syncope, duizeligheid, vermoeidheid, misselijkheid, braken POB, verminderde inspanningstolerantie
118
risicofactoren hartritmestoornis
vrouwelijk geslacht, positieve fam anamnese, hartafwijkingen, hypertensie, diabetes, hyperthyreoidie, obesitas, slaapapneu, hoge leeftijd, bloedarmoede, gebruik bepaalde medicatie
119
LO hartritmestoornis
irregulaire en inadequatie pols - ausculatie geeft wisselende luidheid van harttonen met extrasystolie en souffles eventueel
120
diagnostiek hartritmestoornissen
ECG maken en x-thorax, echo-cor kan meer duidelijkheid geven
121
behandeling hartritmestoornis
medicamenteus, cardioversie, ablatie, ICD of pacemaker
122
hepatitis
A: voedsel en drinkwater B: bloed-bloed contact C: bloed-bloed contact D: variant van B, geen behandeling voor E: in vlees en ontlasting wild > ribavirine auto-immuun: auto-antilichamen tegen hepatocyten, vooral bij vrouwen > azathioprine en corticosteroïd
123
symptomen acute hepatitis
algehele malaise, spier en gewrichtspijn, braken, diarree, koorts, verminderde eetlust, icterus, hepatosplenomegalie
124
chronische hepatitis symptomen
algehele malaise, vermoeidheid, icterus
125
risicofactoren hepatitis
- kind - IV drugs - onbeschermd seksueel contact - infectie hep B - vrouwelijk geslacht
126
LO hepatitis
icterus, vergrote lever
127
diagnostiek hepatitis
leverwaarden
128
oorzaken hypertensie
primair vaak onbekend, secundair: - slaapapneu - endocriene ziektebeelden - dieet - vasculair - geneesmiddelen - monogenetisch
129
symptomen hypertensie
vaak asymptomatisch - hoofdpijn - hartfalen bij vergevorderd - retinopathie - symptomen bij oorzaak secundaire hypertensie
130
risicofactoren hypertensie
- laag geboortegewicht - hoge leeftijd - positieve fam - obesitas - roken - atherosclerose - insulineresistentie - overmatige zoutinname - overmatig alcoholgebruik - stress - etniciteit - lage K inname
131
behandeling hypertensie
- <50: ACE - 50-70: thiazidediureticum of Ca antagonist - >70: diureticum - diabetes: thiazidediureticum - chronische nierschade: ACE remmer - Afrikaans: Ca antagonist
132
colitis ulcerosa
beperkt zich tot de dikke darm, rectum is vaak aangedaan, diffusie ontsteking waarbij alleen mucosa is aangedaan
133
symptomen ulcerosa
diarree en bloedbijmenging, zeurende buikpijn, loze aandrang, darmkrampen, systemische symptomen, extra-intestinale symptomen
134
risicofactoren ulcerosa
positieve fam anamnese, stoppen met roken
135
LO ulcerosa
algemene indruk, koorts, opgezette buik, evt erythema nodosum, diffuus drukpijnlijke buik, rectaal toucher
136
diagnose ulcerosa
labonderzoek, ontlastingonderzoek en endoscopie
137
wat is te zien op endoscopie ulcerosa
mucosa verdikt, pseudopoliepen, bloedingen en pussige ulcera
138
behandeling ulcerosa
corticosteroiden, thiopurines, biologicals, mesalazine
139
crohn patho
chronische inflammtoire darmziekte in gehele maag-darmstelsel, breekt door de mucosa, kan fistelvorming hebben vooral in terminale deel van dunne darm, er kunnen ook uitingen zijn buiten tr. digestivus
140
symptomen crohn
obstipatie, subileus, loze aandrang, darmkrampen, anale klachten, malabsorptie, systemische symptomen, extra-intestinale symptomen
141
risicofactoren Crohn
positieve fam anamnese, roken, stress
142
LO Crohn
opgezette buik, gootsteeengeruis, afwezigheid peristaltiek, voelen ontlasting
143
diagnostiek Crohn
lab, ondtlasting, endoscopie - endoscopie: verspreide aftoide ulcera en longitudinale ulcera tussen normaal weefsel
144
behandeling crohn
corticosteroiden, thiopurines, biologicals
145
longembolie patho
embolus in a. pulmonalis zorgt ervoor dat achterliggende longweefsel niet/gedeeltelijk van zuurstof kan worden voorzien
146
symptomen longembolie
plotselinge dyspnoe, pijn op borst, pijn vast aan ademhaling, hemoptoë, pleurawrijven, hypotensie
147
risicofactoren longembolie
hoge leeftijd, obesitas, veneuze trombo-embolie in VG, pil, maligniteiten, immobilisatie, recente operatie, DVT, trombofilie of stollingsproblemen in de fam
148
LO longembolie
pijnlijke indruk, hulpademhalingsspieren, hypotensie en verlaagde saturatie, mogelijk pleurawrijven, aanwijzingen DVT
149
diagnostiek longembolie
Wells criteria: >4 punten > CT, <4 punten D-dimeer als d-dimeer >0,5 ook CT
150
behandeling longembolie
ligt aan de ernst - ernstig: fibrinolytica - kleiner: LMWH, coumarinederivaten of DOAC - bij verdenking ontstold worden
151
symptomen obstipatie
deficatie <2/week, hard persen, keutelige deficatie, incomplete deficatie, anorectale obstructie gevoel
152
risicofactoren obstipatie
onderliggende somatische oorzaak, zwanger, weinig beweging, weinig drinken, onvoldoende vezels, niet toegeven aan deficatiedrang
153
LO obstipatie
opgezette buik, gootsteengeruis, levendige/afwezigheid peristaltiek, harde ontlasting
154
behandeling obstipatie
leefstijladvisering, klysma/laxeermiddel
155
orthostatische hypotensie
gevolg van vasoconstrictief falen - daling >20 mmHg systolisch of 10 mmHg diastolisch
156
symptomen orthostatische hypotensie
licht gevoel hoofd, duizelig, neiging tot vallen, syncope
157
risicofactoren orthostatische hypotensie
hogere leeftijd, bedrust, laag BMI, medicatie, hypertensie
158
acute pancreatitis
door te vroege activatie van proteolitische enzymen en breken pancreasweefsel af > inflammatie, galstenen, toxinen, trauma, ERCP, erfelijk
159
chronische pancreatitis
fibrosering pancreas > insufficient, vaak door galstenen en alcohol, kan ook door CF, hemochromatose, genetisch, auto-immuun of maligniteit > verlies vet en eiwit via ontlasting
160
symptomen acute pancreatitis
pijn epigastricum, uitstralend naar rug, neemt toe na eten, beweging maakt erger, misselijk en braken, drukpijn, koorts, icterus
161
symptomen chronische pancreatitis
buikpijn, gewichtsverlies, steatorroe, malabsorptie, DM, icterus, ascites, pseudocystevorming
162
risicofactoren pancreatitis
acuut: - choledocholithiasis - alcoholmisbruik - idiopatisch - medicamenteus - trauma chronisch: - alcoholmisbruik - hemochromatose - maligniteit
163
diagnose acute pancreatitis
symptomen, serum amylase/lipase >3x hoger dan normaal
164
diagnose chronische pancreatitis
beeldvormende technieken: meestal calcificaties bij echo amylase en lipase meestal niet verhoogd, ontlasting kan ook aanwijzing geven
165
behandeling acute pancreatitis
therapie en antibiotica, chirurgie bij uitgebreide necrose, ERCP bij galsteen
166
behandeling chronische pancreatitis
pijnbestrijding, ERCP bij galsteen en eventueel pancreasresectie
167
pericarditis
ontstaat altijd secundair aan een bacteriele of virusinfectie, openhart operatie, hartinfarct, auto-immuunaandoening, medicatie of radiotherapie acute pericarditis meest bij virale (luchtweg)infectie
168
symptomen pericarditis
scherpe pijn op de borst, mogelijk met uitstraling naar linkerschouder of arm, pijn vermindert door voorover buigen, angstig gevoel, koorts, kortademigheid
169
risicofactoren pericarditis
mechanische of biologische kunstklep, congenitale afwijkingen, virale/bacteriele infecties, systemische ziekten, verwondingen borst/slokdarm/hart
170
LO pericarditis
pijnlijke indruk, vochtophoping buik en benen, oppervlakkige ademhaling, snelle pols, koorts, pericardwrijven of multinodulair struma
171
Diagnostiek pericarditis
ST depressies, pericardeffusie, bloedkweken voor oorzaak
172
behandeling pericarditis
pijnstilling en antibiotica, indien nodig drainage van pericard
173
PAV
verminderde arteriele doorbloeding door vernauwing/afsluiting vaten - acute ischemie: acute afsluiting, direct trombolyse geven of revascularisatie - claudicatio intermittens: bestaande vernauwing, geeft pijn bij inspanning die verdwijnt in rust > Fontaine voor behandeling - kritieke ischemie: ernstigere vorm van claudicatio intermittens > revascularisatie
174
symptomen PAV
- pijn (vaak kuitspier) - ulceraties - gangreen - verminderde of afwezige pulsaties - verkleuring huid
175
risicofactoren PAV
roken, hypertensie, hogere leeftijd, man, dyslipidemie, DM, positieve fam, obesitas, gebruik vaatvernauwende medicatie (beta blokkers en ergotamine)
176
LO PAV
souffle over a. femoralis, distale pulsaties kunnen verminderd zijn of ontbreken, ledemaat kouder, wondjes, spierzwakte
177
Diagnose PAV
enkel-arm index <0,9 is PAV
178
Wat geeft de ernst van PAV aan
Fontaine 1. Geen klachten 2a. max. loopafstand 100 meter 2b. max. loopafstand <100 meter 3. rust- en/of nachtpijn 4. necrose of gangreen
179
behandeling PAV
claudicatio: leefstijladvisering, looptraining - acute ischemie: revascularisatie (direct)
180
pneumonie
door bacterie of virus, meestal via neus-keelholte
181
symptomen pneumonie
acute dyspnoe, koorts, rillingen, sputumproductie, pijn bij ademhaling, crepitaties
182
risicofactoren pneumonie
man, leeftijd <1 of >75, roken, DM, HVZ, HIV, aspiratie
183
LO pneumonie
mate van ziekzijn beoordelen aan koorts, tachypnoe, intercostaal intrekkingen, neusvleugelen, tachycardie, huidskleur, tekenen dehydratie pleurawrijven, crepitaties, éénzijdige ausculatoire afwijkingen en demping, bij percussie kan demping
184
diagnose pneumonie
verhoogde CRP, BSE en leukocyten, bloedkweek voor verwekker, X-thorax kan consolidaties tonen, bij productieve hoest sputumkweek
185
behandeling pneumonie
antibiotica vaak voldoende, soms IV bij ernstig geven, bij heel ernstig opname op IC
186
pneumothorax
trauma: door trauma of iatrogeen spontaan: zonder/met onderliggende aandoening primair: door zwakke plekken secundair: door hoge druk en parenchym destructie spannings: lucht wordt aangezogen maar kan niet meer weg > gezonde long wordt verdrongen - hypotensie teken van spanning
187
symptomen pneumothorax
acuut ontstane dyspnoe, scherpe thoracale pijn, hypoxie, tachycardie
188
risicofactoren pneumothorax
roken, tengere bouw, man, chronische longziekten, infectie, trauma, iatrogeen, maligniteit, bindweefselziekte
189
LO pneumothorax
dyspnoeisch en pijnlijk, hoge ademhalingsfrequentie - asymmetrische thoraxexcursies, hypersonore geluiden bij percussie - bij auscultatie ademgeruis minder of afwezig
190
diagnostiek pneumothorax
X-thorax, CT scan bij twijfel
191
behandeling pneumothorax
kleine herstelt vaak zelf, grote vaak een thoraxdrain 1:3 krijgt recidief
192
PDS
geen bekende oorzaak, ROME III criteria 1. minimaal 3 dagen per maand in 3 maanden buikpijn 2. klachten >6 maanden voor diagnose 3. minimaal 2 van deze criteria: vermindering na deficatie, verandering in frequentie en consistentie hangt samen met klachten
193
symptomen PDS
dyspepsie, zuurbranden, misselijk, opgeblazen, slijm bij ontlasting, spier- en gewrichtsklachten, moeheid, hoofdpijn
194
risicofactoren PDS
jong, gastro-enteritis doorgemaakt, angststoornissen, stemmingsstoornissen, positieve fam, vrouw
195
ulcus duodeni
doordat slijmvlies van duodenum oiv maagzuur en of NSAID/acetysalicylzuur gebruik veranderingen onder gaat
196
symptomen peptisch ulcus (maag en duodenum)
buikpijn, misselijkheid, braken met klachtvermindering, oprispingen, vol gevoel, verhoogde speekselproductie ulcus ventriculi: pijn bij eten en gewichtsverlies typerend ulcus duodeni: nacht en hongerpijn, neemt af bij eten
197
risicofactoren ulcus pepticum
H. pylori, roken, alcoholmisbruik, medicatiegebruik, hoge leeftijd
198
diagnostiek ulcus
H. pylori kan aangetoond worden met C13 ureumtest of met gastroduodenoscopie met biopt
199
behandeling ulcus pepticum
leefstijlaanpassingen, protonpomp remmer, bij H. pylori deze elimineren