Wondverzorging Flashcards

1
Q

Wat is de definitie van een acute wond?

A

Een (acute) wond is een verstoring van de continuïteit (anatomische en functionele samenhang) van
weefsel, veroorzaakt door externe factoren (trauma), waarbij al of niet weefsel verloren is gegaan

Van een acute wond is sprake wanneer de huid zich naar verwachting binnen enkele weken spontaan sluit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van een complexe wond?

A

Wanneer wonden in hun genezing (ernstige) vertraging oplopen of zelfs stagneren, worden het complexe wonden. De genezing verloopt veel trager, of de wond kan soms zelfs helemaal niet genezen. De meest voorkomende complexe wonden zijn: decubitus, ulcus crura, diabetische wonden en oncologische wonden/ulcera. Indien de huid zich niet spontaan sluit noemen we de wond een complexe (chronische) wond (drie weken na ontstaan nog steeds niet genezen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn voorwaarden voor het primair sluiten van een wond?

A
  • Gladde wondranden
  • Schone wond, geen necrose e.d.
  • Goede doorbloeding wondranden
  • Bij diepere wond soms gelaagde sluiting nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de voordelen van het primair sluiten van een wond?

A
  • Alle lagen liggen aan elkaar en zijn gesloten
  • Nauwelijks tot geen granulatievorming
  • De incisie geneest in korte tijd zonder wijkende wondranden en met minimale littekenvorming
  • Wondranden in circa 48 uur dusdanig verkleefd dat de huid ondoordringbaar is voor micro
    organismen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn redenen voor het secundair sluiten van een wond?

A
  • De wond kan niet primair gesloten worden
  • Groot defect
  • Sluiting door granulatie en contractie
  • Na trauma, weefselverlies , niet aanliggen van het weefsel en risico op wondinfecties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de 4 fasen van wondgenezing?

A
  1. Reactiefase (bloeding stopt, bloedvaatjes vernauwen zich en er word een bloedstolsel gevormd)
  2. Inflammatiefase (hemostase en ontsteking)
  3. Proliferatiefase (bestaat uit reparatie van beschadigd weefsel en vorming van granulatieweefsel (ook wel reparatiefase of
    granulatiefase genoemd)
  4. Remodelleringsfase ( vorming van littekenweefsel en contractie
    van de wond (rijping van het litteken)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het doel van een curatieve wondbehandeling?

A
  1. Debrideren: Uitgangspunt is een schone wondbodem
  2. Granuleren: Beschermen en stimuleren van granulatieweefsel
  3. Epithelialiseren: Beschermen van de wondranden tegen verweking en behandelen van hypergranulatie.

Creëren van vochtig wondmilieu is belangrijk in al deze fasen!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zit er in wondvocht?

A

Wondvocht bevat:
- Afweercellen en afbraakcellen
- Eiwitten
- Enzymen
- Groeifactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Benoem de wondbehandelingsstappen aan het hand van het TIME-model

A

Stap 1: Zorg voor een vitale wondbodem:
Rood: beschermen
Geel: reinigen
Zwart: verwijderen dood weefsel

Stap 2: Infectiebestrijding:
Antibacteriële wondbehandelingsproducten. Bij koorts is een systemische behandeling noodzakelijk.

Stap 3: Zorg voor een vochtig wondmilieu:
Droog wondmilieu: vocht toedienen
Vochtig wondmilieu: vochtig milieu behouden
Nat wondmilieu: overtollig vocht absorberen

Stap 4: Zorg dragen voor een intacte wondrand en gezonde wondomgeving:
Bescherm zo nodig de wondomgeving
Zorg voor vitale wondranden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waaruit bestaat de wondclassificatie?

A
  • Vitaal weefsel (rood)
  • Niet- vitaal weefsel met fibrine (geel)
  • Niet- vitaal weefsel met necrose (zwart)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Het spoelen van de wond kan op 3 manieren:

A
  • Spoelen van de wond onder de kraan of douche;
  • Spoelen van de wond met een spuit met NaCl 0,9%
  • Spoelen van de wond met een spuit met kraanwater.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar staat ALTIS voor?

A

A: Aard van de klacht
L: Lokalisatie van de wond
T: Tijd en tijdsbeloop
I: Intensiteit
S: Samenhang van de klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn uitzonderingen op de wondkaart?

A
  • Geldt niet voor o.a. brandwonden en oncologische ulcera
  • Droge hielnecrose niet verwijderen (decubitus)
    (Zwarte harde necrosekorst zonder ontstekingsverschijnselen,
    hieronder geneest het weefsel probleemloos)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly