Elektriciteitsleer Flashcards

1
Q

De relatie tussen spanning, stroomsterkte en weerstand:

A

Wet van Ohm: U = I x R

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Relatie tussen stroom, elektrische lading en tijd:

A

I = Q/t

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Relatie tussen vermogen, spanning en stroomsterkte:

A

P = U x I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Relatie tussen vermogen, energie en tijd

A

P = E/t

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Relatie tussen spanning, elektrische lading en energie

A

U = E/Q

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de betekenis van spanning?

A

Spanning (U) is een potentiaalverschil in Volt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is elektrische stroomsterkte/ stroom?

A

Elektrische stroomsterkte is de hoeveelheid stroom (I) (in coulomb) die per seconde door de elektrische leiding vloeit
Wordt uitgedrukt in Ampère

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is weerstand?

A

Weerstand (R) is een belemmering voor stroom.
Hoe groter de weerstand, hoe lager de stroom
Wordt uitgedrukt in Ohm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het vermogen?

A

Het vermogen (P) is de hoeveelheid energie die er per seconde wordt verbruikt of wordt geleverd.

Het elektrisch vermogen geeft aan hoeveel elektrische energie er per sec. wordt omgezet in Watt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat kun je zeggen over stroom ?

A

Stroom is verplaatsing van lading in tijd
Stroom is het aantal coulombs per seconde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Beschrijf de wet van Ohm

A

Hoe hoger de spanning, hoe hoger de stroom.
Hoe hoger de weerstand, hoe lager de stroom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly