Week 8 Flashcards
Wat als je een probleem hebt met je RAG eiwitten?
Dan zal je al vroeg in de differentiatie van je B- en T-cellen problemen ondervinden (in het beenmerg al). Zijn betrokken bij recombinatie van DNA.
Maar RAG def geeft een breed spectrum aan ziektes, met als uiteindes SCID en CD4 cyytopenie
Welke markers bij flowcytometrie kan je waarvoor gebruiken?
-CD45 = alle witte bloedcellen
-CD3 = T-cellen
-CD19/20 = B-cellen
-CD16+56 (zonder CD3 +) = NK-cel
Aantallen hebben leeftijdsafhankelijke normaalwaarden
Wat zijn manieren om de voorloper B-cel differentiatie / perifere B-cel subsets te analyseren?
-Voorloper: dmv eiwit labeling kan je een verdeling maken hoeveel voorloper B-cellen er zijn, en kan je deze aantallen verdelen in elke subset (compartimenten). Zo krijg je een soort spectrum (0-100%), en dit kan je vergelijken met een gezonde controle.
-Perifeer: Kijken naar de aantallen perifeer ontstane B-cellen
Waarom zou je ook nog genetische analyse doen na bv flowcytometrie?
-Geeft exacte (moleculaire) diagnose
-Basis voor adequate behandeling en prognose
-Lange termijn preventiestrategie
-Genetic counseling (familieleden)
-Vereiste voor gentherapie
Hoe werkt hielprikscreening voor SCID?
Je wilt vaststellen dat er geen T-cellen aanwezig zijn in het bloed bij de geboorte door het aantonen van TRECs (bijproducten van T-cel recombinatie).
-Geen TRECs -> mogelijk scid
Welke systemen werken beter en welke minder bij de immuunrespons op zeer jonge leeftijd?
De immuunrespons tegen intracellulaire pathogenen werkt relatief minder goed (Th1) dan de immuunrespons tegen extracellulaire pathogenen (Th2, Th17), Ook is de Treg prominent aanwezig.
Waarom is er een trage afname van HIV bij een perinatale infectie?
-Tolerogene omgeving: meer activiteit Treg en verhoogde IL-10 productie
-Verlaging type 1 IFN
-Lage respons CD8+ T-cel en minder brede specifiteit
-CD4+ minder aanwezig
Wat is transiente hypogammaglobulinemie?
Een dalspiegel van IgG op ca 6 maanden omdat moederlijke IgG afneemt en de IgG van het kind op gang moet komen
Wat is immune senescence?
Geleidelijke aftakeling van het immuunsysteem, met schadelijke gevolgen voor de afweer
-Continue antigene druk
-Verhoging pro-inflammatoire cytokinen
-Laaggraadige chronische ontsteking -> schade (atherosclerose, Alzheimer, DM2)
Wat zie je bij immune senescence van de Innate cellen?
-Verlaging activteit neutrofielen en NK-cellen
-Toll like receptoren dysregulatie op monocyten en macrofagen -> verlaagde vaccinatierespons en hyperrespons op virussen
-Integratie tussen innate en adaptieve respons verminderd
Wat zie je bij immune senescence van de B- cellen?
-Minder voorloper B-cellen
-Minder naive B-cellen
-Minder folliculaire B-cellen (maar Marginale zone B-cellen gelijk) waardoor er verschuiving is van de B-cell receptor repertoire (incl meer autoantistoffen)
(ten opzichte van jong)
Wat zie je bij immune senescence van de T- cellen?
De thymus neemt af met leeftijd. Dus jonge mensen hebben relatief meer naive T-cellen (hoge output thymus) en minder geheugen T-cellen.
Oude mensen hebben minder naive T-cellen, maar deze differentieren zich sneller waardoor de geheugen T-cel pool groter wordt, maar niet perse diverser
Ook raken cellen uitgeput waardoor er lagere respons en signalling is
Wat is het effect van het CMV virus op de immuuncellen?
CMV blijft een soort persistent aanwezig waardoor de T-cellen tegen CMV toenemen in hoeveelheid en er in de pool minder ruimte is voor andere immuuncellen
Wat is ‘stroomlijnen’?
Het gaan van brede empirische therapie naar gerichte therapie na uitslag bv kweek
Wat zijn eigenschappen van de verdeling van het AB over de weefsels?
Eigenschappen AB:
-Oplosbaarheid in vet
-Binding aan plasma-eiwitten en weefselcomponenten
Gastheerfactoren:
-Vascularisatie van weefsels
-Natuurlijke barrieres (bloed-hersen barriere)
-Mate van ontsteking
Wat is de biologische beschikbaarheid?
Fractie van de dosis die onveranderd in de algemene circulatie komt. Daarbij is nodig:
-Vrijkomen uit toedieningsvorm
-Oplosbaarheid
-Afbraak door maagzuur of darmbacterien
-First pass effect
Waarom werken AB in abcessen minder goed?
Er is een fibreus kapsel, er is weinig zuurstof en een lage pH.
-Je moet het draineren (pus uit laten lopen)
Wat is de minimaal remmende concentratie van een AB?
De concentratie die minimaal nodig is waarbij een ziekteverwekker niet meer kan groeien in aanwezigheid van het AB.
Bv: 8 microgram per milliliter voor E.coli en amoxicilline
Wat is clostridium difficile enterocolitis?
Overgroei van Clostridium difficile in lumen colon door bepaalde AB die toxinen produceren
Wat kunnen tekenen zijn van een primaire immuundeficientie?
- 2 of meer pneumonie
- > 4 bacteriele infecties/ jaar
- Bronchiectasieen
-Therapie resistente astma
-Opportunistische infecties
-Infecties op ongewone plaatsen
-Te erg, te lang durende infecties
Wat voor ziektes zie je bij chronische granulomateuze ziekte (CGD) en wat is de behandeling?
Zeer zeldzaam. Vooral recidiverende bacteriele en schimmel infecties met granulomen en abcessen. X-linked vorm en autosomaal recessief.
Voornamelijk ziek van S. aureus, Salmonella en Aspergillus.
Probleem met super-oxide producite (NADPH-complex), dus infecties met katalase positieve micro-organismen. 1 Eiwit van complex is X-linked, en heeft slechtere prognose.
Behandeling: profylactisch AB + anti-schimmel therapie. Chirurgie voor abcessen.
Wat is het verschil tussen een auto-immuunziekte en een auto-inflammatoire ziekte?
Auto-immuun is er sprake van een humorale en een cellulaire auto-reactie (adaptief) en een auto-inflammatoire ziekte is er sprake van een auto-reactieve innate-respons.
Wat is cyclische neutropenie?
Mutatie in ELA2, elastase gen. Dus laag neutrofiel dus problemen met opportunistische bacteriele infecties. Is autosomaal dominant.
-Gingivitis, stomatitis, cellulitis, aftes.
Wat krijg je bij een te lage actie van STAT3?
Hyper IgE syndroom met herhaalde:
-Bacteriele infecties (staphylococcen)
-Cold abcess formatie
-Chronische mucocutane candidiasis
-Virale reactivatie van bv herpes, EBV of VZV
Ook osteoporose en eczeem
Wat krijg je bij een te hoge activatie van STAT3?
Normaal IgE, laag IgG.
-Herhaalde infecties met auto-immuniteit
-Inflammatie in maag/darmen
Wat is X-linked agammaglobulinemie (XLA)?
Door mutatie in het BTK gen wordt er vroeg in de ontwikkeling van de B-cel gestopt. Er zijn dus geen rijpe B-cellen (stopt bij pre-B-II cel) en dus geen immunoglobulinen.
Voornamelijk recidiverende bacteriele infecties, met name otitis, sinusitis en pneumonie in de eerste 2 levensjaren door S. pneumoniae en H. influenzae
Wat zie je bij CVID?
-Recidiverende luchtweg infecties
-Bronciectasieen (40%)
-Auto-immuunziektes (bv ITP en auto-immuun hemolytische anemie. Meer vrouwen dan mannen)
-Granulomateuze ziekte met splenomegalie en lymfadenopathie en niet verkazende granulomen
-Maligniteit (maligne lymfomen, maagkanker)
-Gastro-intestinale problemen
-Onrijpe B-cellen in perifeer bloed
Wat is de behandeling van immuundeficienties?
Intraveneus of subcutaan pomp met immuunglobulines. Je geeft geen levende vaccins
Wat zie je bij somatische hypermutatie of class-switching problemen?
Dan vindt je alleen IgM in het bloed, omdat de differentieatiestap niet gemaakt kan worden