week 5 Flashcards
Het vestibulaire orgaan
- “balans”
- verlengde van de gehoorgang
- registreert:
Rotatie
Translatie
Zwaartekracht
Vestibulair periferie
- Twee sensoren - 6 graden van vrijheid
Semi-circulaire kanalen – rotatie (versnelling)
Otoliet organen – translatie en hoofdorientatie
Vestibular hair cells
Hair cells – sensors in both otoliths and semicircular canals
kinocilium – stereocilium – vestibulaire ganglion
- Bending of hair cells
- Potassium channels
open - Membrane depolarizes
due to K+ ions - Depolarization triggers
inflow of Ca2+ ions - Synaptic vesicles fuse
with membrane - Neurotransmitter
diffuses to afferent
Lateral vestibulospinal tract
(LVST)
Ontstaat in de laterale vestibulaire nucleus, geeft meestal een otolith signaal voor handhaven van houding
- Projecteert naar cervicale, thoracale en lumbale segmenten lumbale segmenten
- Volledig ipsilateraal.
- Stelt de benen in staat zich aan te passen beweging.
- Geeft een prikkelende toon aan de strekspieren spieren.
Medial Vestibulospinal Tract
(MVST)
- Ontstaat in de mediale vestibulaire nucleus
en is meestal een kanaalsignaal. - Projecteert voornamelijk naar cervicale segmenten via de mediale longitudinale
fasciculus. - Overwegend ipsilateraal.
- Houdt het hoofd stil in de ruimte
- Bemiddelt vestibulo-collic reflex.
Functionele bijdragen van vestibulaire signalen
Uniek sensorisch systeem
Detecteert hoofdbeweging
en oriëntatie in de ruimte
Bij normaal functioneren
zijn we ons er niet van
bewust
Functionele bijdragen van vestibulaire signalen
Twee sensorische systemen - 6 vrijheidsgraden (of 9)
Halfcirkelvormige kanalen - rotatiesignalen
Otolieten - lineaire versnelling en hoofdoriëntatie
Aan weerszijden van het hoofd gespiegeld
Fylogenetica van het vestibulaire systeem
Fylogenetisch, het oudste deel van het binnenoor
Alleen erkend als zijnde
verschillend van het
slakkenhuis in het midden van de 19e eeuw
De grootte correleert met het voortbewegingstype (zoogdieren)
Dieren met behendige, snelle en schokkerige voortbeweging hebben grotere kanalen (in verhouding tot lichaamsgrootte)
Anatomie evenwichtsorgaan
Structurele anatomie
Benig labyrinth
Perilymfe
Vliezig labyrinth
Endolymfe
Ampulla
Otolithische ruimte
Haarcellen
Haarcellen - bestaan in halfcirkelvormige kanalen en otolieten
Haarcellen zijn ingebed in ondersteunende cellen en projecteren op vestibulaire afferente neuronen
Twee soorten haaruitgangen: kinocilium en stereocilia
werking van haarcellen
- Vestibulaire afferenten
behouden een baseline
vuurfrequentie (~ 100 spikes / s). - Door het buigen van de
haarcellen wordt de
vuurfrequentie van de
vestibulaire afferenten
gemoduleerd.
Haarcellen – cellulaire processen
- Buigen van haarcellen
- Kaliumkanalen openen
- Membraan depolariseert
als gevolg van influx van K+ ionen - Depolarisatie triggert influx van Ca2+ ionen
- Synaptische blaasjes
versmelten met membraan - Neurotransmitter
diffundeert naar afferent - Actiepotentiaal
Twee sorten haarcellen
- Type II-cellen kwamen eerste
- Type I-cellen kwamen tevoorschijn tijdens de evolutie van stamtetrapoden
tot amnioten (vogels, reptielen en zoogdieren).
Afferenten (neuronen)
Regular and irregular (regelmatige en onregelmatige vuurfrequentie)
- Irregular
Hooger sensitivitiet (meer gevoelig) voor alle beweging frequenties - Regular
Laager detectiedrempel
voor alle beweging frequenties
Samen geven ze een beter indruk van hoe wij in de ruimte bewegen
Eind organen - semicirculaire kanalen
Organisatie van de kanalen– rotatiesignalen
Drie kanalen – horizontaal, anterior, posterior – orthogonal
Gespiegeld aan weerszijden hoofd
Overbodige aan (bilateraal) informatie
Verhoogde resolutie van informatie
Eind organen - semicirculaire kanalen
Hoofd rotatieversnelling activeert de kanalen
Eind organen - semicirculaire kanalen
Bilaterale bron van informatie
Kanalen aan weerskanten werken in een duw-trek verhouding
Excitatie aan de ene kant zorgt voor inhibitie aan de andere kant
Links anterior-rechts posterior (LARP)
Rechts anterior-links posterior (RALP)
Eind organen - semicirculaire kanalen
Vloeistof stroom en polariteit richting
Vloeistof stroom richting
Ampulofugaal – endolymfe stroomt weg van ampulla
Ampulopetaal – endolymfe stroomt naar ampulla
Polariteit richting
Horizontale kanalen
Ampulofugaal – inhibitoir
Ampulopetaal – excitatoir
Anterior en posterior kanalen
Ampulofugaal – excitatoir
Ampulopetaal – inhibitoir
Eind organen - otolieten
Organizatie van de otolieten – lineaire versnellingen
Two maculaire oppervlaktes – utriculus en sacculus
Gespiegeld aan weerszijden (overbodige maar resolutie)
Eind organen - otolieten
Organisatie van de otolieten – lineaire versnellingen
Twee maculaire oppervlaktes – utriculus en sacculus
Gespiegeld aan weerszijden (overbodige maar hooger resolutie)
Eind organen - otolieten
Omzetten lineaire versnellingen signalen
Hoge dichtheid kristallen rusten op gelatineuze laag – otoconia
Traagheid van de kristallen veroorzaak buiging van de haarcellen
Eind organen - otolieten
Omzetten lineaire versnellingen signalen
Einstein (equivalentieprincipe): zwaartekracht en lineaire versnellingen zijn niet te onderscheiden
Vestibulo-oculaire reflex
Drie neurone reflex boog
Compenseert voor hoofdbewegingen
Beoordeling van het vestibulair systeem
Klinische testen - vestibulair opgeroepen oogbewegingen
Beweging
Kenmerken
Interactie met zicht
Meerdere graden van vrijheid
Bilaterale activatie
Meest fysiologische input
Toepassingen
Onderzoek
Klinisch
Klinische testen - vestibulair opgeroepen oogbewegingen
Calorisch
Kenmerken
Unilaterale activatie
Bidirectioneel
– warm/koud
Aanhoudende input
Toepassingen
Onderzoek
Klinisch
Asymmetrie