week 4 Flashcards
1
Q
virale verwekkers diarree
A
rotavirus
norovirus
adenovirus
astrovirus
2
Q
kenmerken virale diarree
A
acuut
waterig
geen bloed & koorts
3
Q
bacteriële verwekkers diarree
A
campylobacter
salmonella
shigella
4
Q
kenmerken bacteriële diarree
A
acuut
bloed
koorts
5
Q
parasitaire verwekkers diarree
A
giardia lamblia
entamoeba histolytica
6
Q
kenmerken parasitaire diarree
A
langzaam beloop
geen bloed
7
Q
wanneer tonsillectomie
A
slaap-apneu met snurken en hypoxie
belemmering slikken en eten
acuut reuma
8
Q
kenmerken laryngitis subglottica
A
hese stem
progressieve stridor
9
Q
kenmerken meningitis als gevolg van meningokokken
A
petechiën
nekstijfheid
koorts
hoofdpijn
lichtschuw
10
Q
kenmerken sepsis als gevolg van meningokokken
A
gestoorde stolling
koorts
malaise
pijn benen
gastro-intestinale klachten
