WEEK 3 Flashcards
hoe mensen verschillen in de neigingen op bepaalde emoties te vertonen in reactie op bepaalde gebeurtenissen:
temperament
In vergelijking met (A) zijnER strategieën van (B) meer sophisticated en meer passen bij situaties
A. kinderen
B. adolescenten
In vergelijking met (A) zijn eigenschappen van (B):
- reageren sterker op emotionele situaties
- ervaring negatieve en mixed emoties vaker
- fluctueren meer en sneller in emotional states
A. volwassenen
B. kinderen
fysieke veranderingen
maturity, cogn. groei, social changes & emotional changes zijn relevante factoren van ER voor …
adolescenten
Directed at optimizing well-being
Prohedonic ER motivatie
Dwell on or intensify negative emotional experiences
Contrahedonic ER motivatie
Theoretisch perspectief dat stelt: negative affect is useful → deepening relationships
Instrumental perspective
Theoretisch perspectief dat stelt: neg emoties zijn gemixt met positieve ervaringen / aspecten
Mixed-affect perspective
Better psychological adjustment in kindertijd en adolescentie bij … focused strategies
antecedent
- minder hulpzoekend
- meer cognitive escaping (gamen), rumination
- meer verbale agressie, venting
- less positive appraisal
- less refocus on planning
Kenmerken van …
Kinderen t/m 13 jaar oud
(A) hebben in vergelijking met (B):
- verschil in hersenstructuur: meer activiteit in PFC
- cardiovascular: kleinere toename in heart rate in response to stressors, greater increases in blood pressure
- neuroendocrine functioning: more time is needed to return to baseline (HPA as)
A. Oudere volwassenen
B. Jongere volwassenen
Positivity effect: level van positieve emoties & openness to new experiences op 70/80 jarige leeftijd is gelijk aan/meer/minder dan bij late adolescentie
gelijk aan
Theorie over Positivity effect die het effect verklaart door bewustzijn van beperkte tijd die je nog maar hebt (focus less on negatieve aspecten, appraise ambiguous or unpleasant events more benignly)
Socioemotional Selectivity Theory (SST)
Theorie over Positivity effect die het effect verklaart door gebruik van ER strategieën om exposure aan negatieve gebeurtenissen te ontwijken
SAVI
Hypoarousal, optimal arousal, hyperarousal; kenmerken van:
Window of Tolerance (Siegel)