Week 2 - 22 november t/m 26 november Flashcards
Hoeveel transmembraaneiwitten heeft een G-eiwit gekoppelde receptor?
7
Welke soorten G-eiwitten bestaan er?
- Stimulatoire G-ewitten: GS
- Inhibitoire G-eiwitten: GI
Welke soorten receptoren bestaan er?
- G-eiwit gekoppelde receptoren
- Ion-kanaal gekoppelde receptoren
- Kinase-gekoppelde receptoren
- Gen-transcriptie receptoren
Wanneer geldt Kd = [D]
Bij 50% receptorbezetting
Welke type agonisten bestaan er?
- Volle agonisten: bij lage bezetting = effect maximaal
- Partiële agonisten: hoge bezetting = niet-maximaal effect
- Inverse agonisten: inactiveren constitutionele receptoren (zijn van zichzelf actief) waardoor remming van activiteit ontstaat
Wat is constitutionele activiteit?
Het verschijnsel dat receptoren van zichzelf actief zijn
Wat is de pEC50?
Het negatieve logaritme van die concentratie agonist waarbij de helft van het eigen maximale effect bereikt wordt.
Welke typen antagonisme zijn er?
- Chemisch: onafhankelijk van receptor
- Farmacokinetisch: onafhankelijk van receptoren
- Receptor blokkade
- Niet competitief: bindt op andere plek op receptor dan agonist
- Fysiologisch: antagonist bindt op andere receptor en heeft tegengesteld effect aan agonist
Welke soorten receptor blokkade zijn er?
- Reversibel competitief: omkeerbaar antagonisme
- Irreversibel competitief: onomkeerbaar antagonisme
Wanneer gaat het om reversibel competitief antagonisme?
Wanneer er een rechte lijn ontstaat met een helling van 1
Wat is de pA2?
De concentratie antagonist waarbij blokkade optreedt. Het negatieve logaritme van die concentratie antagonist, waarbij 2 keer zo veel agonist nodig is om hetzelfde effect te bereiken.
Welke van de volgende verschijnselen worden geregeld door de parasympaticus?
- Verlagen hartslagfrequentie
- Verhogen speekselproductie?
- Erectie
- Verwijden pupil
- Verlagen mobiliteit darm
- Verlagen hartslagfrequentie
- Verhogen speekselsecretie
- Erectie
Welke van de volgende verschijnselen worden geregeld door de sympaticus?
- Bronchoconstrictie
- Verhogen speekselsecretie
- Contractie sfincter blaas
- Piloerectie
- Zwellen labia minora
- Positief inotroop effect hart
- Verhogen speekselsecretie
- Contractie sfincter blaas
- Piloerectie
- Positief inotroop effect hart
In welke hersenkern komt viscero-sensibele informatie (bloeddruk, O2, smaak, rekking etc) binnen?
Nucleus tractus solitarii
Bij welk type neuronen KAN acetylcholine de belangrijkste neurotransmitter zijn?
Preganglionair en postganglionair parasympatisch en sympatisch
In welke subsystemen is het autonome zenuwstelsel te verdelen?
- Parasympatisch systeem
- Orthosympatisch systeem
- Plexus entericus
Waaruit bestaat de parasympatische accomodatiereflex?
- Pupilvernauwing (miose: via m. sphincter pupillae)
- Accomodatie: vernauwing via m. ciliaris
- Convergentie: ogen dichter naar elkaar toe
Waaruit bestaat de sympatische pupilreflex?
Pupilverwijding -> mydriase: pupilverwijding om meer licht op te nemen via m. dilatator pupillae
Zorgt de sympaticus voor vasoconstrictie of voor vasodilatatie?
Vasoconstrictie
Wat is co-transmissie en waar komt het vaak voor?
Het verschijnsel dat één neuron meerdere soorten neurotransmitters kan afgeven. Komt vaak voor in postganglionaire vezels van het AZS
Hoe verloopt de activatie van de pacemakercellen?
- Depolarisatie door opening van Ca-kanalen
- Repolarisatie door K-kanalen
- Diastolische depolarisatiefase door oa funny current
Hoe zorgt de parasympaticus voor verlaging van de hartfrequentie?
- Remming van Ca-kanalen -> drempelwaarde halen duurt langer
- Activering van K-kanalen: hyperpolarisatie
- Remming funny-current: depolarisatie duurt langer
Hoe zorgt de sympaticus voor verhoging van de hartfrequentie?
- Stimulatie van Ca-kanalen: snellere depolarisatie
- Stimulatie van funny-current: sneller behalen van drempelwaare
Welke soort sensoren komen voor in het cardiovasculaire systeem?
- Baroreceptoren in a. carotis interna (sinus caroticus) en aorta (snelle invloed op hartslag en vaatweerstand)
- Volumereceptoren in atria en vena cava (lange termijn invloed op circulerend volume)
Wat gebeurt er met de bloeddruk bij activatie van de baroreceptoren?
Omlaag
Welke typen volumereceptoren zijn er?
- Type A vezels in RA: activeren bij atriumcontractie
- Type B vezels in VCI en VCS: hogere hartfrequentie en vasodilatatie nierarteriën
Welke symptomen kun je verwachten bij vergiftiging met cholinesteraseremmers?
- Diaphoresis (zweten) en diarree
- Urineren
- Miose
- Bronchorroe en bronchospasme
- Emesis
- Lacrimatie
- Salvation en secretie
In welke categorieën zijn farmaca op te delen?
- Parasympathicamimetica: activeren/bootsen werking van parasympaticus na
- Parasympathicolytica: remmen werking van parasympaticus
- Sympathicomimetica: activeren sympathicus
- Sympathicolytica: remmen werking van sympathicus
Welke soorten cholinerge receptoren bestaan er?
- Muscarine: M1, M2, M3, M4 en M5
- Nicotine
Wat is het effect van activatie van de muscarine receptoren op het hart?
- Verlaging hartfrequentie
- Verlaging inotropie
- Verlaging HMV
- Verlaging bloeddruk
Wat is het effect van activatie van de muscarine receptoren op arteriën?
Verwijding (verlaging BD)
Wat is presynaptisch het effect van activatie van de muscarine receptoren?
Verlaging van transmitter afgifte