Week 2 Flashcards
Welke soorten aanvullende diagnostiek zijn er binnen de MDL?
- laboratorium: bloed, urine, feces, adem
- pathologie: biopt endoscopie
- microbiologie
- radiologie: MRI, CT, echo
Welke MDL-specifieke diagnostiek is er?
endoscopie= buis m camera n binnen en kijken -> anatomie en behandeling
- maag, slokdarm en duodenum: gastroscopie
- dunne darm: enteroscopie, videoscopie
- dikke darm: colonoscopie
- HPB-endoscopie: EUS, ERCP
X-slokdarm passage: barium ingeslikt -> anatomie en functie
Functieonderzoek
- manometrie= drukmeting in slokdarm op vers plekken tijdens slikken -> motaliteit
- pH-metrie -> reflux
Welke soorten preventie zijn er binnen de MDL?
Bevolkingsonderzoek
- darmkanker: fecestest in 55-75jr, als positief(bloed in ontlasting) endoscopie
Screening
- Barett oesofageus: gastroscopie
- levercirrose - HCC: echo abdomen, MRI
Wat is de indicatie voor endoscopie?
Melena, reflux, ulcus, passageklachten, coeliakie, ferriprieve anemie, rectaal bloedverlies, IBD(mn ziekte v Crohn), bevolkingsonderzoek, >50jr veranderd defecatiepatroon
Wat kun je op gastroscopie zien?
- reflux oesofagitis
- oesfageus carcinoom: surveilleren, classificatie, evt ook verwijderen
- varices slokdarm
- uclus pepticum
Hoe kun je onderzoek bij de colon doen?
colonosocpie of CT-colonografie m contrast.
Opsporen en behandelen poliepen via een snaar, EMR, endoloop of stents.
Hoe werkt HPB-endoscopie?
- lever: echo, fibroscan
- CT
- MRCP(MRI v/d pancreas en galwegen)
- ERCP: contrast in galwegen -> stents, galstenen verwijderen
- EUS= endo-echografie, van mediastinum of abdomen -> lymfeklieren zichtbaar, stents
Welke fasen zijn er in het slikproces? Welke functies hebben de pahrynx, U/LES en slokdarm?
Orale, faryngeale en oesofagiale fase. Alleen de orale fase is vrijwillig.
pharynx: bolus n slokdarm.
UES: poortwachter, beschermt luchtpijp t voedsel en reflux.
Slokdarm: bolus n maag(peristaltiek), verwijderd refluxmateriaal
LES: poortwachter, beschermt slokdarm t reflux
Hoe werkt de peristaltiek?
- Gelijktijdige inhibitie via cDMN en NO gehele slokdarm -> relaxatie
- sequentiele excitatie via rDMN en ACh -> contractie
Dit zijn slow waves.
Distale deel slokdarm bestaat uit unitary vezels gladde spier via EZS aangestuurd via interneuronen.
Input (para)sympaticus via dorsale motorkern.
Wat zijn oorzaken van dysfagie?
- slokdarmtumor: beligne of maligne → passagestoornis, leeftijd en afvallen
- Ontsteking: GERD
- Extra-oesofagale tumor: schildklier, mediastinum
- Hiatus hernia: veelvoorkomend
- Stricturen= vernauwingen agv ontsteking
- Divertikel: agv motaliteitsstoornis, cervicaal of epifrensich thv sfincter
- Motiliteitsstoornis: achalasie
- Neuromusculair/systemisch
Wat is dysfagie? Wat vraag je bij anamnese?
Passageklachten, voedsel blijft in slokdarm hangen. Alarmsymptoom, dus doorverwijzing.
- alleen vast voedsel of ook vloeibaar?
- intermittend of persistent?
- soort klachten(alarmsymptomen)
- eerdere bestraling
- systemische/neuro-musculaire ziekten
geeft richting, vaak aanvullend onderzoek nodig.
Wat is achalasie? Hoe behandel je dit?
Zeldzame motaliteitsstoornis in jonge pt.
Verlies ganglioncel plexius myentericus waardoor dysfunctie inhibitie neuronen LES -> geen peristaltiek en relaxatie LES.
Op een x-slokdarm passage geeft dit Bird’s beak sign en dilatatie.
Behandeling: LES pressure reduction
- medicatie
- pneumastische dilatatie
- myotomie en fundoscopie
- POEM(endoscopisch).
Wat is dyspepsie? En een uclus?
Verzamelnam maag-gerelateerde klachten bovenbuik zoals misselijkheid en pijn.
Wond epitheel d>0,5cm en in submucosa, anders aften/erosies
- ulcus ventriculi = in maag
- ulcus duodeni = in duodenum
Welke oorzaken van ulcera zijn er?
- infectie H. Pylori
- NSAID/aspirine: helft erosies maag, 15-30% ulcera bij endoscopie, ook risico bij lage dosis
Andere oorzaken - Maagkanker
- Andere infecties
- Andere medicatie
- Ziekte v Crohn
- Zollinger-Ellison syndroom= endocriene tumor produceert gastrine
- Ischemie
Hoe werkt de behandeling van een maagbloeding?
- gastroscopie
- injectie adrenaline(vasoconstrictie) + thermische(coagulatie)/mechanische(clip) therapie
- voorkomen shock: NaCl infuus, evt bloedtransfusie
- PPI: stolling beter bij hogere pH
Hoe werkt de medicamenteuze therapie van zuurgerelateerde problemen?
- zuurremmers: H2(histamine)-blokkers, PPI’s(= protonpompremmers)
- anti-H. Pylori therapie: PPI + 2 antibiotica
- stop NSAID of COX-2 selectief NSAID + PPI
Wat is zure reflux? Welke risicofactoren en consequenties zijn er?
Opkomen maagzuur agv open staan LES.
Hernia diafragmatica, overgewicht en roken.
- reflux oesofagitis
- Barett oesdageus
- adenocarcinoom