week 2 Flashcards
Welke soorten blootstelling en schade kan gerepareerd worden door BER?
Blootstelling: ioniserende straling, zuurstofradicalen, alkylerende stoffen en spontane reacties.
->
Schade: uracil, abasische sites en 8-oxoguanine ssDNA breuken
Welke soorten blootstelling en schade kunnen gerepareerd worden door NER?
Blootstelling: UV licht en polycyclische aromaten
->
Schade: 6-4 fotoproducten, pyrimidine dimeren en bulky abducts
Welke type puntmutaties zijn er?
- transities: A <-> G en C <-> T
- transversies: C of T verandert in A of G of andersom.
- kleine inserties en deleties.
Wat is een missense mutatie?
Als gevolg van een puntmutatie wordt er op één plaats een ander aminozuur ingebouwd.
Wat is een nonsense mutatie?
Als gevolg van een puntmutatie wordt het codon omgezet in een stopcodon waardoor het eiwit korter zal zijn.
Welke chromosomale afwijkingen zijn er?
- Translocaties: uitwisseling van chromosoom strengen. Gebalanceerd: netto geen DNA-verlies; ongebalanceerd: netto wel DNA verlies
- Amplificaties: vermeerdering (van de mutatie)
- Deleties
- Numerieke afwijkingen: te veel of te weinig kopieën van een chromosoom
Wat zijn oorzaken van DNA schade?
- foutieve replicatie
- chemische instabiliteit
- chemische verbindingen
- biologische stoffen
- fysische agentia
Via welke twee manieren kan chemische instabiliteit (spontaan) zorgen voor DNA-schade?
- Spontane hydrolyse: Hierdoor kan de N-glycosylverbinding tussen suikers en base verloren gaan, waardoor een suiker ontstaat waar geen base meer aan vast zit (abasische site): depurinatie. Bij de replicatie van DNA wordt de abasische site overgeslagen, waardoor een deletie plaatsvindt van 1 bp.
- Deaminatie van vasen: Hierbij verdwijnt een aminogroep van de base. Cytosine kan overgaan in uracil, wat uiteindelijk lijkt tot T-A puntmutatie (transitie). Verder kan A -> G; G -> A; C -> T. Dit zijn transities.
Wat is het werkingsmechanisme van Base excisie reparatie (BER)?
- DNA herkent schade door een specifieke DNA glycosylase. Deze verwijdert de base.
- Endonuclease herkent de AP (abasische plaats) en maakt een knip in het DNA: AP site wordt verwijdert.
- Herstel: DNA-polymerase en ligase.
Welke twee vormen van nucleotide excisie reparatie heb je?
Globaal genoom NER (traag proces) en transcriptie gekoppeld NER (sneller)
Welke verschillende templates kunnen er gebruikt worden bij DNA reparatie?
- De complementaire DNA-streng: wanneer alleen één van beide DNA-strengen is beschadigd (mismatched baseparen, instrastreng DNA-crosslinks en enkelstreng DNA-breuk)
- Zusterchromatide: wanneer beide DNA-strengen zijn beschadigd (interstrengs DNA-crosslinks en dubbelstrengs DNA-breuken)
- Homoloog chromosoom: wanneer beide DNA-strengen zijn beschadigd.
Welke reparatiemechanismen kunnen gebruikt worden bij dubbelstrengs DNA-breuken?
Niet-homologe DNA eind verbinding (NHEJ) en homologe recombinatie (HR)
Wat zijn de verschillen/eigenschappen tussen NHEJ en HR?
NHEJ:
- Direct aan elkaar ligeren van de twee uiteinden van een DNA-breuk
- Geen template
- Onnauwkeurig
Homologe recombinatie:
- Uitwisseling van DNA-strengen tussen DNA-moleculen
- Zusterchromatide
- Nauwkeurig
Wat is de werking van niet-homologe DNA eind verbinding?
Een dubbelstrengs breuk wordt herkent door het KU70/80 eiwit. Hierna wordt hierop een complex van vier eiwitten gebouwd. Een ligase bindt wast het DNA weer aan elkaar zet. Er is dus een kleine deletie. NHEJ is vooral actief in de G1 fase.
Wat is de werking van homologe recombinatie?
- Enzymen maken van de dubbelstrengs uiteinde een enkelstrengse staart. Vanaf de 5’ uiteinde wordt DNA ‘weggegeten’.
- Vervolgens gaat de staart opzoek naar de identieke zusterchromatide: base pairing.
- Er vindt DNA-synthese plaats en ligatie van de gebroken streng.
- Vervolgeng vindt resolutie plaats van de verbonden zusterchromatide.