Week 1 Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

beschrijf de primary appraisal theory

A

stelt dat mensen situaties eerst subjectief evalueren om te bepalen of deze relevant zijn voor hun welzijn. Deze eerste beoordeling, of “primary appraisal,” bepaalt of een gebeurtenis als bedreigend, uitdagend, of neutraal wordt gezien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is het idee van Frijda’s functionalistic view op emoties?

A

emoties sturen ons gedrag. Gericht op het veranderen of onderhouden van een persoonlijke relatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kunnen lichamelijke signalen gekoppeld worden aan specifieke emoties?

A

Nee, Er is weinig bewijs dat specifieke lichamelijke sensaties gekoppeld zijn aan een specifieke emoties. Lichamelijke sensaties kunnen gekoppeld worden aan vele verschillende emoties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het verschil tussen primary en secondary appraisal?

A

primair
* quasi automatisch
* eerste beoordeling van een situatie die bepaalt of de gebeurtenis een bedreiging, uitdaging of onbelangrijk is.
* VB:

secondair
* quasi bewust
* komen meer op latere leeftijd
* beoordeling van jouw eigen vermogen om met de situatie om te gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

volgens Scherer. Wat zijn de 5 functionalistische kenmerken van emoties

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe verschilt onze emotionele expressie over het algemeen tussen mensen die we kennen en mensen die we niet kennen.

A

Mensen die we kennen:
*intensere emoties
* band versterken
* kans op afwijzing kleiner

Mensen die we niet kennen:
* minder intense emoties
* willen band niet versterken
* grotere onzekerheid over reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly