Week 1 Flashcards
Wat wordt bedoeld met conceptueel onderzoek?
Onderzoek naar het verband tussen de manifeste en wetenschappelijke wereld, en hoe die zich verhouden tot elkaar
Wat wordt bedoeld met conceptuele verheldering?
Wetenschap gebruiken om concepten te gebruiken
Wat wordt bedoeld met geldigheidswetenschap?
De vraag of “fundamentele” concepten wel echt geldig zijn, aangezien de meeste mensen er nooit bij stil staan
Wat is de zoektocht naar de waarheid, en wat heeft Socrates hiermee te maken?
Filosofie/de waarheid ging vroeger vooral om gelijk krijgen en overtuigingskracht. Socrates zei dat er een objectieve waarheid is die belangrijker was dan overtuigingskracht
Wat is een quale?
What-it-is-likeness, een bewuste subjectieve ervaring van het fenomenale
Wat zijn cognities?
Mentale toestand met intentionaliteit, het gaat ergens over
Wat zijn proposities?
De betekenis van een zin (Ik hou van koffie -> over koffie is de propositie)
Wat zijn emoties?
Ervaringen met een cognitieve toestand. Een quale met aboutness. Je kan niet houden van iets wat niet bestaat (zonder cognitie)
Wat is een substantie?
Iets wat op zichzelf staat
Welke 2 substanties zijn er in het substantiedualisme?
Res cogitans en res extensa
Wie was grote voorstander van substantiedualisme?
Descartes
Wat is uitgebreidendheid?
Een essentieel eigenschap van de res extensa, het neemt plaats op in een ruimte
Hoe verliep Descartes proces van radicale twijfel?
Twijfelde overal aan -> het enige zekere is dat ik twijfel -> cogito ergo sum -> God is perfect, dus God bestaat -> God is goed -> alles wat je helder ziet, bestaat -> je lichaam is zeker
Wat is het interactieprobleem?
Hoe kan de res cogitas de res extensa aansturen, als de res cogitas immaterieel is?
Wat is causale geslotenheid?
Alle fysische gebeurtenissen hebben een fysische oorzaak, er is behoud van energie