Week 1 Flashcards
welke 5 algemene functies zijn er van het zenuwstelsel?
- regulatie van activiteiten van weefsels en organen–> geremd of gestimuleerd in hun activiteiten als er veranderingen buiten/binnen zijn.
- coordinatie van activiteiten van weefsels en organen –> samenwerking tussen weefsels en organen en tussen organen onderling
- regulatie en coordinatie van vegetatieve functies–> de 5 functies zijn= circulatie, spijsvertering, uitscheiding, ademhaling en begrenzing van de huid
- coordinatie van contacten met de buitenwereld–> reageren op dingen in de buitenwereld
- coordinatie van psychische functies–> emoties, denken, zelfbewust zijn
hoe werkt het vegetatieve zenuwstelsel?
autonoom en onwillekeurig, regelt zowel de bloeddruk en ademhalingssnelheid. wordt aangestuurd door gladde spieren.
hoe werkt het animale zenuwstelsel?
vooral uit invloeden uit de omgeving, aangestuurd door dwarsgestreepte spieren. gericht op bewuste handelingen zoals sporten of rennen.
uit welke drie fasen bestaat de werking van het zenuwstelsel?
- sensorische input –> waarneming door sensoren
- verwerking –> doorgeven van informatie naar een bepaalde plaats in de hersenen of het ruggenmerg
- motorische output–> wanneer het lichaam moet of wil reageren, sturen hersenen of ruggenmerg impulsen naar die organen (effectoren)
wat is een sensor?
vertaald de prikkel in een impuls en stuurt ze via zenuwen naar het CZS.
wat zijn effectoren?
organen die worden aangestuurd door de hersenen of ruggenmerg, die reageren op een impuls. dit zijn altijd spieren of klieren
welke 2 zenuwstelsels zijn er en waar bestaan ze uit?
- centrale zenuwstelsel–> hersenen en ruggenmerg
- perifere zenuwstelsel–> schedel, wervelkolom, hersenzenuwen, ruggenmergzenuwen en zenuwen van vegetatieve zenuwstelsel.
waaruit bestaan de hersenen?
grote hersenen, tussenhersenen, hersenstam en kleine hersenen
wat zijn de effectoren van het vegetatieve zenuwstelsel?
glad spierweefsel, hartspierweefsel en klierweefsel
uit welke twee delen bestaat het vegetatieve zenuwstelsel?
- parasympatische= rust, stimuleert spijsvertering
- sympathische= actief, hartslag en ademhaling gestimuleerd
uit welke twee celen bestaat het zenuwweefsel?
neuronen en neuroglia
waaruit bestaat een neuron?
groot cellichaam en meerdere zenuwvezels(uitlopers)
welke twee typen zenuwvezels zijn er? (+functie)
axon–> vervoert impulsen van cellichaam af
dendriet–> omgeven door myelineschede, ontvangen impulsen van andere zenuwcellen en vervoeren die naar eigen cellichaam
in welke drie soorten kan je neuronen indelen? (afferent, efferent?)
- sensibele neuronen –>afferente neuronen, vervoeren impulsen vanaf de sensoren naar CZS. Heeft maar een zenuwvezel. Sensibele neuronen hebben maar een dendriet.
- schakelneuronen –> zenuwcellen, impulsen van de ene op de andere zenuwcel over te dragen. Hebben korte dendrieten en kort axon. Meestal te vinden in CZS.
- motorische neuronen –> efferente neuronen, vervoeren impulsen van het CZS naar de periferie; de spieren en klieren. Hebben lang axon.
wat is afferent?
hele lichaam –> CZS