WC 3 - tolerantie Flashcards
Wat gebeurt er wanneer een B-lymfociet een zelfantigeen herkent in de periferie?
De mature B-cel zal geen hulp krijgen van T-helper cellen (deze zijn hopelijk goed afgesteld en herkennen geen lichaamseigen antigenen), heeft nu vier opties:
* Deletie: apoptosis
* Anergie: word in feite inactief, doet niks meer
* Signalen door remmende receptoren: FC receptor remmen activeren –> leid tot apoptosis
* Sequestration: Geen interactie met T-cel in cortex en paracortex, verlaat dan de lymfeknoop en kan niet meer terug komen want geen receptor voor CCR7/CCR21
Wat gebeurt er wanneer een B-lymfociet een zelfantigen herkent in het centrale lymfesysteem?
Bij sterke herkenning van zelfantigeen:
* Apoptosis
* Receptor editing
Bij zwakke zelfherkenning:
* Anergie
Hoe komt anergie tot stand in een T-cel?
Anergie in een T-cel kan tot standkomen op twee manieren:
* Afwezigheid van co-stimulatoren op een DC met zelfantigen
* Aanwezigheid van remmende receptoren
Remmende receptoren:
* CTLA4: bind competitatief aan CD28, maar activeert niet zoals B7(CD80/86).
- PD-1: zit op de T-cel, en herkent PD-L1 en PD-L2 die op APC’s en weefsel zitten. Inactiveert de T-cel
Hoe heten de weefsels die “afgeschermd” zijn van het immuunsysteem, en om welke gaat het?
Dit heet immune-privliged tissues
Weefsels:
* Ogen: bloed-retina barriëre
* Hersenen: Blood-brain barrier
* Testes: Bloed-testes barriëre
* Foetus: Placenta barriëre
Hoe ondergaan zelf-reactieve T-lymfocieten apoptosis?
Twee routes:
* Intrinsieke pathway(mitochondrial pathway): De T-cel ontvangt geen overlevingsfactoren meer, waardoor er geen anti-apoptotic eiwitten Bcl2 en Bcl-x meer aanwezig zijn. Hierdoor zullen Bax en Bak niet meer geremd worden –> mitochondrisch membraam open –> cytochoom C uit –> caspase cascade.
* Extrinsieke pathway: T-lymfociet heeft FAS of een TNF analoog in membraam zitten. Bij activatie ondergaat de cel een caspase cascade.
Hoe ontstaan Tregs? Hoe reguleert een Treg het immuunsysteem?
Vooral door zelfantigeenherkenning in de thymus, en in mindere maten zelfherkenning in het perifere weefsel. Expressen veel FOXP3 en gebruiken veel IL2.
Reguleert immuunreacties door:
* Produceren immunosupressive cytokines: TGF-b, IL10
* Verminderd vermogen APC om reactie te stimuleren –> door hoge expressie CTLA4 –> haalt B7 weg van APC
* Hoog verbruik IL2: stopt proliferatie van andere cellen
* Onderdrukken B-cellen, T-cellen, NK cellen
Wat zijn de belangrijkste Treg cytokines en wat doen ze?
IL10:
* Remt productie IL12 –> belangrijk voor IFNy productie –> belangrijk voor aangeboren en adaptieve systeem tegen intracellulaire microben
* Remt expressie MHCII op DC’s en macrofagen
TGF-b:
* Remming en proliferaties effector T-cellen
* Invloed differentiatie Th1, Th2, Th17. Th1 en Th2 worden geremd, Th17 wordt bevorderd
* Stimuleert productie perifere Tregs
* Stimuleert productie IgA
* Bevorderd weefselherstel