Geneesmiddelen IBD Flashcards
1
Q
Aminosalicylaten
A
- Direct locaal ontstekings remmend –> prostalandine remmer, IL1 en TNFa
- Mesalazine
- Alleen colitis ulcerosa
2
Q
Calcineurineremmers
A
- Remt calcineurine –> betroken bij genexpressie cytokines
- Cyclosporine
- Colitis ulcerosa
3
Q
Corticosteroïde
A
- Verandert genexpressie –> meer inflamatie remmers, minder inflamatie cytokines
- 2e keueze behandeling, niet langdurig
- Prednison
- Beide
4
Q
Foliumzuurantagonist
A
- Remt omzetting foliumzuur –> belangrijk voor DNA productie dus afsterven cellen
- Niet langdurig gebruiken, wordt ook niet veel gebruikt
- MTX
- ZvC
5
Q
TNF- blokers
A
- Antibodies die TNF blokkerem –> stopt zo ontstekingsreactie
- NIet veel gebruikt, moeilijke toediening en mogelijk immuunreactie
- Infliximab
- Beide
6
Q
Purinederivaten
A
- remt purine nucleotide productie –> tekort en dus celdood
- oraal, ondehoudsbehandeling
- Mercaptopurine
- Beide
7
Q
Immunosupressieva
A
- Remt B- en T-cel proliferatie
- Azathioprine
- Beide
8
Q
Welke middelen worden als onderhouds behandeling gebruikt?
Welke voor remissie inductie, en welke voor biede?
A
Onderhoud:
* Aminosalicylaten (CU)
* Purinederivaten (ZvC)
Actief:
* Prednison (corticosteroïd)
Beide:
* TNF-a remmer