Vrij spel >> spel met regels Flashcards

1
Q

Het kernidee

A
  • andere benaming
  • lokt …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Medespelers

A
  • hoort bij …
  • omschrijving / voorbeelden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Voorbeelden van New Games

A
  • treintje vormen en samen opdrachten uitvoeren
  • bal tussen twee kleuters in (tegen de buik) en moeten zo afstand afleggen
  • parachute spelletjes met bal en eronder door lopen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Stiltespelen

A
  • regelspelen waarbij kinderen fysiek tot rust komen
  • meestal in een kring
  • zintuigelijke spelen + relaxatiespelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kernideeën van balspelen

A
  1. de bal … (+ belangrijke term & voorbeeld)
  2. de bal … (+ voorbeeld)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Spelverloop tikspel met vrijplaatsen

A

de kleuters worden verdeeld over de vrijplaatsen, daarna wordt de tikker vrijgelaten, de kleuters verlaten op eigen initiatief de vrijplaatsen

ze mogen terugkeren naar de vorige vrijplaats

het spel kan verdergaan tot alle kleuters getikt zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kernidee wedloopspel

A

zo snel mogelijk opdrachten uitvoeren en teruggaan naar de eigen groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kenmerken van tikspelen met hindernissen

A
  • 1 tegen allen (eerst is de leerkracht de tikker, daarna een kleuter)
  • moeilijk gestructureerde ruimte: vrije looprichting, alle kleuters zijn de prooi, geen vrijplaatsen maar wel schuilplaatsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Problemen bij tikspelen situeren zich vooral …

A

in de noodzakelijke voorwaarden ve tikspel:
- ruimteoriëntatie
- bereidheid tot weglopen vd tikker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Gelijkenissen estafette / wedloopspel

A

1 zelfde opstelling
2 zelfde opdrachten kunnen gebruikt worden
3 gelijkaardige organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Algemene kenmerken van het vrij bewegingsspel

A
  • geen …
  • ontstaat … (+ vb)
  • biedt …
  • tijdens het spelen … (+ vb)
  • het spel kan …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Probleem: De tikker loopt achter 1 kleuter en loopt voorbij de anderen zonder te tikken

A

Oorzaak: onvoldoende ruimte-inzicht (wie is het dichtste bij mij)

Oplossing: tikspel vereenvoudigen (terug naar een vorig type tikspel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kenmerken van vrije tikspelen

A
  • 1 tegen allen (eerst is de leerkracht de tikker, daarna een kleuter)
  • moeilijk gestructureerde ruimte (vrije looprichting, geen vrijplaatsen of schuilplaatsen, alle kleuters zijn de prooi)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Speelse opdrachten

A
  • is een …
  • gaat over …
  • werkwijze
  • voorbeeld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Het type tikspel is afhankelijk van …

A

niet van de leeftijd, maar van de geoefendheid van de kleuters > door observatie kan je het juiste type tikspel kiezen (op basis van de beginsituatie)

Bij twijfel > gemakkelijker type kiezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Naarmate kinderen groeien …

A
  • welk soort spel?
  • het kind kan …
  • waarom?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Het letterlijk bewegingslandschap

A

Het materiaal dat je opstelt (bv een parcours)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

New games zijn …

A

samenwerkingsspelen waarbij iedereen wint of verliest en waarbij het competitieelement vervalt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

New Games in de kleuterklas

A
  • op eerste zicht …
  • maar …
  • waarom?
  • maar door aanbieden …
  • en dit heeft ook …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Kernidee tikspelen met vrijplaatsen

A

de kleuter verlaten op eigen initiatief hun vrijplaats en proberen naar een andere vrijplaats te lopen zonder getikt te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Kernidee hinkelspelen

A

(vaardigheidsspel)
al hinkelend zo goed en ver mogelijk het hinkelparcours doorkomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

kenmerken van tikspel met vrijplaatsen

A
  • 1 tegen allen (eerst leerkracht tikker, daarna 1 kleuter, daarna eventueel 2)
  • moeilijk gestructureerde ruimte (vrije looprichting, meerdere vrijplaatsen of 1 vrijplaats met speciale structuur)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wanneer zijn kinderen klaar voor een spel met regels?

A
  1. eerst … (+ wat is het?)
  2. daarna … (+ voorbeeld)
  3. kleuters krijgen stilaan … (+ voorbeeld)
  4. ze gaan zelf … (+ waarom & voorbeeld)
    » nu zijn ze klaar voor …
  5. spelen in … (evolueert van …&raquo_space; …)
    » MAAR … (belangrijke term + voorbeelden)
  6. einde 2e kleuterklas (welk soort spel?)
  7. in de lagere school …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Kernidee van tikspelen

A

het achterna zitten door of het ontwijken van 1 of meer tikkers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Probleem: Steeds dezelfde kinderen worden als eerste aangetikt
Oorzaak: minder goede motoriek, onvoldoende ruimte-inzicht, minder spelinzicht Oplossing: ervoor zorgen dat deze kinderen kunnen blijven spelen ipv getikt worden, 2 tikspelen parallel laten spelen (eentje makkelijker dan het andere), spelregels voor de tikker of lopers vereenvoudigen of verzwaren
26
Spelen is omgaan met vrijheid
- het betekent ... - door deze vrijheid ... (+ belangrijke term)
27
Hoe kan je als leerkracht helpen met "zich oriënteren in de ruimte" ivm tikspelen?
- het juiste type tikspel aanbieden (is de ruimte overzichtelijk zoals bij een basistikspel, of moelijk gestructureerd zoals bij een vrij tikspel?) - de tikker duidelijk herkenbaar maken (want hij is het bepalende element voor het kiezen van richting en tempo)
28
Kernidee van touwspringen
over het touw springen zonder het te raken
29
Zintuigelijke spelen is een wisselwerking tussen
sensomotoriek + psychomotoriek (een goede zintuigelijke waarneming zorgt voor een goede bewegingsontwikkeling + zorgt ervoor dat we de wereld rondom ons kunnen ordenen en ons erin kunnen oriënteren) = als onze orientatie niet goed is, kunnen we geen juist bewegingsantwoord geven (bv dronken = niet recht kunnen lopen)
30
Probleem: Kinderen lopen bij een overlooptikspel in een rechte lijn naar de overkant
Oorzaak: onvoldoende ruimte-inzicht, onvoldoende spelinzicht Oplossing: terug naar vorig type, leerkracht wordt tikker of neemt tikker bij de hand
31
Tijdstip
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
32
Voorbeelden van reactiespelen (+ kernidee erbij)
1 ... (+ vb) 2 ... (+ vb) 3 ... (+ vb) 4 ... (+ vb) 5 ... (+ vb)
33
Kernideeën van spel met regels
bv iemand tikken, je verstoppen, overlopen zonder getikt te worden
34
Wanneer is het tijd om over te gaan naar overlooptikspelen?
- wanneer de kleuters regelmatig het speelveld betreden - wannneer de kleuters zich royaal in de richting van de tikker begeven - wanneer ze het juiste moment kiezen om terug te gaan naar de veilige plaats
35
Kernidee reactiespelen
bv op een afgesproken signaal zo snel mogelijk een bepaald voorwerp pakken
36
Kernidee van basistikspel
één kind is de tikker en probeert alle kinderen uit de groep te pakken
37
Essentiële voorwaarden om samenwerkingsspel (new games) goed te laten verlopen
1 ... (+ omschrijving) 2 ... (+ omschrijving) 3 ... (+ omschrijving) 4 ... (+ omschrijving)
38
Toeschouwers
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
39
Spelverloop van vrije tikspelen
- de leerkracht laat de tikker los als alle kleuters verspreid zijn, de actie wordt ingezet door de tikker - moeilijk want kleuters moeten goed rondkijken en weglopen
40
Tikspelen
- zijn ... - waarbij ...
41
Voor wie zijn speelse opdrachten goed?
Elke leeftijdsgroep, bij oudste kleuters kan je vertrekken van een speelse opdracht die stapsgewijs een spel met regels word (door stapsgewijs) regels toe te voegen.
42
Inwendige structuur van een spel met regels
Het spelkader - ruimte = ... - tijdstip = ... - materiaal = ... - inkleding = ... - initiatiefnemer = ... - hoofdrolspelers = ... - medespelers = ... - toeschouwers = ... Het kernidee - voorbeelden De regels - zijn er regels? - wat doen deze regels? - wie zorgt ervoor dat ze nageleefd worden?
43
Speelse opdrachten
kernidee zonder verdere regels = voorloper en eenvoudige vorm van bewegingsspel met regels
44
voorbeeld overlooptikspel
schipper mag ik overvaren
45
Probleem: De tikker verplaatst zich niet
Oorzaak: tikken heeft nog geen betekenis (kernidee niet duidelijk) Oplossing: fantasie of de leerkracht tikt mee met de tikker
46
Het bewegingslandschap
- wat is het nut? - pas als het ... (+ voorbeeld) - bij het creëren van een bewegingslandschap ... (belangrijke term + voorbeeld)
47
Kenmerken van voorbereidende tikspelen
- 1 tegen 1 situatie (eerst is leerkracht de tikker, daarna 1 tikker vs 1 kleuter, daarna 1 tikker vs 2 of 3 kleuters) - eenvoudig gestructureerde ruimte (1 looprichting, 1 vrijplaats, 1 prooi)
48
Rol van de leerkracht bij bewegingsspel
voorzieningen treffen die het bewegingsspel van kinderen ondersteunen en stimuleren
49
Ruimte
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
50
Wanneer is het tijd om over te gaan op tikspelen met hindernissen?
- wanneer de vrijplaatsen slechts sporadisch gebruikt worden - wanneer ze de vrijplaatsen nuttig gebruiken
51
Mogelijke vormen van basistikspelen
1. vorm 1 - omschrijving - wat doet tikker, wat doen kleuters? - voorbeeld - de leerkracht ... 2. vorm 2 - omschrijving - wat doet tikker, wat doen kleuters? - voorbeeld - de leerkracht ...
52
Onderdelen inwendige structuur van een bewegingsspel, elk spel heeft ...
1 ... 2 ... 3 ...
53
Verloop vrij spel naar spel met regels
teken schema + voorbeelden
54
Waar is vrij bewegingsspel belangrijk?
In de kleuterschool
55
Volgorde van tikspelen
1 ... 2 ... 3 ... 4 ... 5 ... 6 ... >> deze volgorde gaat van ...
56
Balspelen
- zijn ... - waarbij ...
57
Kernidee van verstoppertje
Jezelf proberen te verstoppen door gebruik te maken van de omgeving en je te verplaatsen voor anderen die je zoeken.
58
Probleem: Kinderen lopen rond en letten niet op de tikker
Oorzaak: onvoldoende ruimte-inzicht Oplossing: terug naar vorig type tikspel (met vaste looprichting)
59
Initiatiefnemer
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
60
Het figuurlijk bewegingslandschap
De inkleding & fantasie die je gebruikt
61
Op een speelse manier bewegingsvormen herhalen
- is een ... - vorm 1 (+ vb) - vorm 2 (+ vb) - vorm 3 (+ vb) - jonge kleuters vs oudere kleuters
62
Waarden van het vrij bewegingsspel
1. ... (+ uitleg, welke waarde voor leerkracht?) 2. ... (+ uitleg, welke waarde voor leerkracht?) 3. ... (+ uitleg, welke waarde voor leerkracht?) 4. ... (+ uitleg, welke waarde voor leerkracht?) 5. ... (+ uitleg, welke waarde voor leerkracht?)
63
Wat is er niet bij vrij bewegingsspel?
Opdrachten
64
Uitleg bewegingsspel met regels
- regelspel met als bedoeling dat de kleuters meespelen - de leerkracht bepaalt het spelkader, kernidee en regels - deze spelen kunnen herhaald worden
65
Wanneer is het tijd om over te gaan naar basistikspelen?
- wanneer de bereidheid om van de tikker weg te lopen aanwezig is - wanneer de bereidheid om kinderen te pakken aanwezig is
66
Probleem: Kinderen laten zich tikken
Oorzaak: kernidee niet duidelijk, aangetikten worden beloond, situatie is rustiger aan de kant Oplossing: fantasie inschakelen, beurt laten afwachten, kleuter die zich laat tikken tikker laten zijn
67
Bewegingsspel is van belang voor ...
een harmonieuze, totale ontwikkeling
68
Kampend of zichzelf metend spelen
- is een ... - vorm 1 (+ vb) - vorm 2 (+ vb) - vorm 3 (+ vb) - vorm 4 (+ vb) - vorm 5 (+ vb) - welke wordt nog niet gedaan met kleuters?
69
Wat betekent "zich kunnen oriënteren in de ruimte" ivm tikspelen?
- goede waarneming van de ruimte is noodzakelijk om bewegingen doeltreffender te kunnen aanpassen - de kleuter moet de ruimte overzien, waarnemen en structureren
70
Nut van relaxatiespelen
- veel kinderen zijn overprikkeld door de omgeving - hierdoor ontwikkelt zich een spanning met als gevolg teruggetrokkenheid of overreageren - onrustige of gespannen kinderen missen een innerlijke basisveiligheid
71
Waarop ligt de klemtoon bij zintuigelijke spelen?
Bewust en gericht waarnemen adhv eenvoudige doe en bewingsopdrachten (de tijd krijgen om aandachtig te kijken en te luisteren)
72
Kernidee overlooptikspelen
het veld overlopen van de ene vrijplaats naar die aan de andere kant van de zaal, zonder getikt te worden (zelfverzonnen :D)
73
Speelse opdracht ivm stoeispelen
- wat? - is ... (belangrijke term) - wat leer je? - wat is het doel? - wat is belangrijk?
74
Op speelse manier bewegend vormgeven
- is een ... - vorm 1 (+ vb) - vorm 2 (+ vb)
75
Wat betekent "bereidheid tot weglopen van de tikker" ivm tikspelen?
wanneer de kleuter de tikfunctie begrijpt (als het kernidee met fantasie wordt duidelijk gemaakt) > bij jongste kleuters worden daarom fantasierijke speelse opdrachten gegeven, om het kernidee duidelijk te maken, zo wordt weglopen en pakken zinvol gemaakt door de fantasie (kat en muis) > als de kleuters de tikfunctie begrijpen is fantasie niet meer nodig
76
Voorwaarden om tot een tikspel te komen
1. zich kunnen orienteren in de ruimte 2. bereidheid tot weglopen vd tikker
77
Vaardigheidsspelen
- zijn ... - de bedoeling is ... of ...
78
Verschillen estafette / wedloopspel
1. De start 2. Startsignaal 3. Het vertrek 4. Winnen / verliezen 5. Einde
79
De regels bij bewegingsspel
- doen iets, namelijk ... - maar ...
80
Wedstrijdspelen bij kleuters
Niet bij kleuters, hebben geen groepsgevoel / kunnen ploeggeest niet begrijpen (door egocentrisme). Ze moeten zich concentreren op de gevraagde handelingen + de andere spelers de baas blijven (bv bij voetbal moet je scoren + verdedigen) = te moeilijk Alleen idividueel wedstrijspel.
81
Voordelen van competitie
1 ... 2 ... 3 ... 4 ... 5 ... 6 ...
82
Mogelijke kernideeën
1 ... 2 ... 3 ...
83
Relaxatiespelen zijn een vorm van ...
Stiltespelen
84
Kenmerken overlooptikspelen
- 1 tegen allen - gestructureerde ruimte (ook zijwaarts, 2 vrijplaatsen, alle kleuters zijn prooi)
85
Kernidee van tikspelen met hindernissen
de kleuters proberen niet aangetikt te worden door de tikker en gaan zich daarom verschuilen
86
Het doel van spelen
1 ... 2 ... 3 ... 4 ...
87
Spelverloop overlooptikspel
wachten op het signaal om over te lopen, dan wordt de actie ingezet door de kleuters en de tikker past zijn handelingen aan aan die acties eens je de vrijplaats hebt verlaten mag je niet terugkeren
88
Voorbeeld van stoeispelen
één tegen één gevechten = vanuit verschillende houdingen elkaar omverduwen, omvertrekken, over een lijn trekken, ... (bv een andere kleuter van de mat krijgen, andere kleuter loskrijgen van de grond, hanengevecht, ...)
89
Soorten wedstrijdspelen
1 ... 2 ... 3 ...
90
Wanneer is het tijd om over te gaan op vrije tikspelen?
- wanneer ze de tikker goed kunnen ontwijken - wanneer ze zich doeltreffend gaan verschuilen
91
Inkleding
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
92
Kenmerken basistikspel
- 1 tegen allen (eerst leerkracht tikker, daarna kleuter) - eenvoudig gestructureerde ruimte (1 looprichting, 1 vrijplaats, alle kleuters zijn de prooi)
93
Spel met regels
- betekent dat ... - wie bepaalt het spelkader, kernidee en regels? - je kan deze spelen ..., in tegenstelling tot ... (+ vb)
94
Spelen is nuttig voor de bewegingsontwikkeling
- bewegen tijdens ... - er worden geen ... - maar ... - haalbare ...
95
Wat kan aanleiding geven om het type tikspel te wijzigen?
De reactie van de kleuters (dus goed observeren), dan kan je kiezen om: - onmiddelijk een stap verder te gaan - toch te blijven bij het gekozen type - een stap terug keren
96
In bewegingsspel kom je tegemoet aan ...
de bewegingsdrang van kleuters
97
Hoe is de bewegingsintensiteit bij voorbereidende tikspelen
Laag
98
Vormen van bewegingsspel
1 ... 2 ... 3 ...
99
Waar / wanneer kan je bewegingsspel doen?
Overal, in elke fantasievorm
100
Wat valt helemaal weg bij New Games?
Competitie-element
101
Nadelen van competitie
1 ... 2 ... 3 ... 4 ... 5 ... 6 ... 7 ...
102
Wedstrijdspelen
- regelspelen waarbij alle kleuters dezelfde opdracht krijgen behalve de hoofdrolspelers (123 piano, stoelendans, ...) - waarbij op het einde of tijdens het spel wordt bepaald wie de opdracht het beste heeft volbracht = de winnaar (bv wie eerst aankomt is de winnaar)
103
Oudere kinderen doen vooral aan ...
complexere regelspelen, hiervoor moet er een vast kernidee en afspraken zijn
104
Wat biedt vrij bewegingsspel?
Initiatieven en invullingen van de kleuter zelf
105
Wanneer is het tijd om over te gaan naar tikspelen met vrijplaatsen?
- als de kinderen het juiste moment kiezen om over te lopen - als de kinderen de tikker op de juiste manier kunnen vermijden
106
Gevolgen / resultaten van bewegingsspel
- zelfvertrouwen winnen - leren hun mogelijkheden en grenzen kennen - worden zich bewust van hun kennen en kunnen
107
Jongere kinderen doen vooral aan ...
- welk soort spel? - hoe doen ze dat?
108
Soorten vaardigheidsspelen
- wedloopspelen - reactiespelen - verstoppertje - hinkspelen - touwspringen
109
Bij tikspelen zijn er altijd ...
2 partijen - lopers = proberen in het spel te blijven - tikker = proberen te lopers "uit" te maken
110
Kernidee van voorbereidende tikspelen
1 tikker probeert een ander (of 2 of 3) te pakken
111
Wat doet een kind bij vrij bewegingsspel?
Kiest zelf wat en waarmee hij speelt
112
Onderdelen van het spelkader
- andere benaming 1 ... 2 ... 3 ... 4 ... 5 ... 6 ... 7 ... 8 ...
113
Bewegingsintensiteit bij zintuigelijke spelen
weinig beweging, niet instensief toch een bewegingsactiviteit want > zintuigelijke spelen verbeteren de waarneming, dit kan ook het bewegen tijdens bewegingssituaties doeltreffender maken
114
Waar ligt de klemtoon op bij relaxatiespelen?
- bewegingsenergie doseren (spanning vs ontspanning) > denkt aan spierspanning te hoog & laag - aangepast ademen - tot rust komen
115
Voorbeeld van een tikspel met vrijplaatsen
- wie durft er door de kamer van de poes? - wisselen met iemand van vrijplaats (boompje verwissel)
116
Spelen is ...
1 ... 2 ... 3 ... 4 ....
117
Wedloopspelen
= een individueel wedstrijdspel - de leerkracht speelt positief in op egocentrisme vd kleuter - waardoor kleuter zich geleidelijk aan identificeert met zijn groepje - aanleren op einde van 2e kleuterklas - verloopt vlot in de 3e kleuterklas
118
Estafette vs wedloopspel bij kleuters
- welke wel, welke niet? - waarom?
119
Soorten wedstrijdspelen
- vaardigheidsspelen - balspelen - stoeispelen
120
Individuele wedstrijdspelen
omschrijving + voorbeeld
121
Spelen is actief bezig zijn
- een spelend kind ... - spelen vertrekt ... - een kind is ...
122
We spreken over bewegingsspel als ...
mogelijkheid om aan de bewegingsbehoeften van kinderen tegemoet te komen
123
Wat kan je altijd doen bij tikspelen?
Teruggaan naar een makkelijker / vorig type, dit is zelfs noodzakelijk, want: - je kan het gebruiken als opwarming voor een bewegingsactiviteit - om de zwakkere kleuters te blijven motiveren - om kleuters tactischer te laten spelen (ze hebben het spel nog beter door nu)
124
Voorbeeld van vrij tikspel
Kat & muis met touwtje achter broek dat moet afgepakt worden of 2 tikkers geven handje en moeten de rest gaan aantikken met hun vrije hand
125
Synoniemen voor New Games
samenwerkingsspelen, spelen zonder winnen, coöperatieve spelen, ...
126
Inwendige structuur van een vrij bewegingsspel
Het spelkader - ruimte = ... - tijdstip = ... - materiaal = ... - inkleding = ... - initiatiefnemer = ... - hoofdrolspelers = ... - medespelers = ... - toeschouwers = ... Het kernidee - hangt af van ... - kan tijdens het spel ... De regels - zijn er regels? - wat voor regels?
127
Zintuiglijke spelen is een vorm van
stiltespelen
128
Overlooptikspelen
- kernidee = ... - kenmerken * opstelling van de kleuters * spelverloop * gestructureerde ruimte - voorbeeld
129
Stoeispelen
- zijn ... - wat staat centraal?
130
Voorbeelden van voorbereidende tikspelen (opstelling)
- in kringopstelling (bv zakdoek leggen) - vanuit een kringopstelling (bv de reus en de kabouter) - in de zaal (bv de reus en de kabouter)
131
Kernidee van vrije tikspelen
de kleuters proberen niet aangetikt te worden door de tikker
132
Materiaal
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
133
Voorbeelden van speelse opdrachten ivm stoeispelen
1 ... (+ vb) 2 ... (+ vb) 3 ... (+ vb) 4 ... (+ vb) 5 ... (+ vb)
134
Overgang van basistikspel naar overloop tikspel
- door ... >> de kleuters ... >> ze worden dus ... >> voorbeeld adhv "moeder hoe laat is het" 1. makkelijk = 2. moeilijker = 3. nog moeilijker =
135
Voorbeeld van een relaxatiespel
- liggend met knuffel knuffelen - liggend rustig in en uit ademen >> bootje op buik = de zee
136
Hoofdrolspelers
- hoort bij ... - omschrijving / voorbeelden
137
Spelverloop van een tikspel met hindernissen
de kleuters verspreiden zich over de zaal, daarna wordt de tikker losgelaten, als de tikker niet in jouw buurt komt kan je blijven staan, het is de tikker die de actie inzet > de reactie van de kleuters is een antwoord op de actie van de tikker
138
Spelverloop basistikspel
na elke tikpoging begint het spel opnieuw
139
Kenmerken van een tikspel
- wordt altijd in een afgebakend veld gespeeld - alle kinderen bewegen intensief (met uitzondering de voorbereidende tikspelen)
140
Probleem: tikker loopt mee met groep zonder te tikken
Oorzaak: kernidee is nog niet duidelijk (tikken heeft geen betekenis) Oplossing: fantasie inschakelen
141
Wat is er wel bij vrij bewegingsspel?
Een vorm van sturing / begrenzing, maar daarbinnen helemaal vrij
142
Spelverloop voorbereidende tikspelen
na elke tikpoging begint het spel opnieuw
143
Zelfsturing tijdens spelen
door de vrijheid bij vrij bewegingsspel ontstaat de behoefte om zelfgekozen afspraken te maken waar iedereen zich vrijwillig aan houdt
144
Spelen is totaal bezig zijn
het kind kiest zelf want hij speelt, maakt dus op een geïntegreerde manier gebruik van zijn mogelijkheden (taal, bewegen, sociale vaardigheden, ...)
145
Vrij bewegingsspel
- is een ... - gaat over ... - werkwijze
146
Evolutie van speelse opdracht naar spel met regels
zie schema
147
Voorbeeld van tikspel met hindernissen
Kat en muis in kring: de kinderen in de kring vormen poortjes met de armen (= de hindernis), kat en muis mogen in en uit de kring