Vragen Week 1 + 6 Flashcards
Wat is het verschil tussen een actor en een stakeholder? (Week 1)
Een actor ondervindt geen invloed (positief of negatief) of oefent geen invloed uit op een ICT-toepassing in ontwikkeling.
(Denk aan: Tester, systeembeheerder, eindgebruiker, systeem in een keten)
Welke 2 methoden om eisen aan een ICT-oplossing te prioriteren worden meestal gebruikt?
- MoSCoW
2. Kwadrantenmatrix
Welke soorten eisen zijn er?
A: Functionele en niet-functionele eisen
B: Gebruikerseisen en Systeemeisen
Wat is het verschil tussen een functionele en een niet-functionele eis?
Een functionele eis gaat over de werking van een programma.
Een niet-functionele eis gaat over de resterende zaken, zoals hoe een programma eruitziet.
Wie formuleren de eisen in een Plan van Eisen?
De stakeholders
Wie stelt het Plan van Eisen op?
De ICT’ers (ICT- of bedrijfsanalist, ICT-ontwerper)
Wat is het verschil tussen een white en een black boxtest?
Bij een white boxtest weet de tester hoe het programma of systeem werkt. Bij een black boxtest heeft de tester geen kennis over de werking van het programma of systeem.
Extra: bij een blackbox test wordt de goede en foute invoer geselecteerd en de goede uitvoer wordt bepaald.
Waarom is een goede implementatie van belang?
- Fouten voorkomen
- Imago schade voorkomen
- Kosten om problemen op te lossen zijn hoger des te langer het duurt voor je erachter komt.
- Mogelijke impact op andere systemen voorkomen.
- Mogelijke verstoring van productie voorkomen.
- Je hebt maar 1 kans voor je 1e indruk.
Hoe werkt de PDCA-cyclus?
De PDCA-cyclus is een proces van vier uitvoerende stappen met een herhalend patroon van verbeteringsinspanningen dat leidt tot een kwaliteitsverbetering.
Wat is het verschil tussen een doel en een doelstelling?
Een doel is het resultaat wat je nastreeft. Een doelstelling is het stellen van een meetbare norm die nagestreefd kan worden door voorschriften, controles, etc. (om het doel te bereiken).
Benoem 2 rollen die tijdens de implementatie fase niet relevant zijn en leg uit waarom.
- Testers: Het programma is in deze fase al getest en geïmplementeerd.
- Ontwerpers: Het systeem is al ontworpen.
Benoem de ICT-elementen van een Geautomatiseerd Informatiesysteem. (Week 1)
- Mensen
- Processen / Procedures (verschilt per powerpoint)
- Hardware
- Software
- Data
- Telecommunicatie
Wat is het belang van een goede analyse? (Week 1)
- Het correct bepalen van wat er geleverd moet worden.
- Het inschatten van de kosten en de benodigde tijd.
- Het blijven analyseren van de huidige situatie (denk aan ontwikkelingen in de technologie, maar ook aan nieuwe problemen)
- Het correct en nauwkeurig identificeren van het probleem.
- Het maakt aan beide partijen duidelijk wat er verwacht wordt.
DEZE IS VERPLICHT!
6. Weten wat je moet aanpakken (namelijk de bron-oorzaak of -oorzaken die de rest tot gevolg geeft.)
Wat zijn de eisen van informatie? (Week 1)
A: De gevraagde informatie moet op de juiste tijd en plaats, en in de juiste vorm beschikbaar zijn.
B:
1. Je moet te allen tijden over de informatie kunnen beschikken.
2. Je moet te allen tijde de informatie kunnen uitwisselen.
3. Je informatie dient te allen tijde veilig opgeslagen te zijn.
4. De informatie dient te allen tijde veilig benaderbaar te worden.
Wat is het verschil tussen verificatie en validatie? (Week 1)
Verificatie is het bevestigen dat het product de klanteisen levert/voltooit . Dit wordt door ICT’ers gedaan.
Validatie is het bevestigen dat het programma is wat de klant wilt. Dit wordt niet door de ICT’ers gedaan.
Benoem de eigenschappen van een (goed) proces. (Week 6)
De eigenschappen van een goed proces zijn:
- Het heeft een doel.
- Het heeft een begin en einde.
- Het levert hetzelfde resultaat onder gelijke omstandigheden.
- Het heeft een eigenaar.
Benoem enkele of alle elementen van een proces. (Week 6)
- Activiteiten
- Trigger
- Keuzes
- Doel
- Actoren
- Informatie
- Resultaat
Benoem de risico’s van een procedure.
Week 6
- Starheid (“Zo doen we het nou eenmaal.”)
- “Not my job”
- Up-to-date houden (niet updaten ==> verliest waarde)
Wanneer kan je naar de beheerfase gaan? (Week 6)
Als de volgende zaken gecheckt zijn:
- Is de opleiding van de gebruikers afgerond?
- Zijn er geen openstaande Must Haves meer?
- Zijn de Should Haves ingepland?
- Is de kennisoverdracht van het project naar beheer gereed?
- Is de SLA goedgekeurd/ aangepast?
- Is de beheerdocumentatie in orde?
Wat kan er gebeuren als iemand zich niet aan een werkinstructie houdt? (Week 6)
- Fouten. (Denk aan het in elkaar zetten van meubels)
- Problemen (Denk aan veiligheidsvoorschriften of tijdsverspilling)
- Ergernis en schade
- Ontevreden klanten
- Onvoorspelbare uitkomst procedures
- Kwaliteitsproblemen
Wat zijn de voorwaarden van een (goede) werkinstructie? (Week 6)
- Het is zodanig beschreven dat iemand het werk kan uitvoeren, ook als zij het voor het eerst doen.
- De mate van detaillering past bij de mate van vakbekwaamheid van de uitvoerende.
Tekenregels Flowchart (Week 6)
- Start met procesnaam (Trigger apart benoemen)
- Unieke nummering van activiteiten of subprocessen
- Subnummering
- Naam proces en activiteit:
- Controle activiteit –> Beslissing
- Eén einde, waarin het resultaat apart benoemt wordt.
- Aantal activiteiten > 10? Apart schema maken met subprocess.
- Subprocessen dienen een eigenaar te hebben.
Motiveer waarom Ontwerpen-Ontwikkelen-Testen geen vaste volgorde is (gebruik het debiele antwoord van het uitwerkingenvoorbeeld)
Testen is een iteratief proces en gedurende elke stap worden testen uitgevoerd.
1 Realisatie van PvE wordt GEVALIDEERD dmv acceptatietest
2 Ontwerp van systeem GEVERIFIEERD dmv systeemtest
3 Ontwerp deelsysteem GEVERIFIEERD dmv unittest & integratietest
4 Ontwikkeling dmv acceptatietest