vraag 2: kortfilms Flashcards

1
Q

kenmerken van jongerentaal

A
  • afkortingen
  • schrijven zoals je het zegt
  • gebruik van cijfers
  • woorden aan elkaar schrijven
  • Engelse afkortingen
  • letters schrappen
  • woorden in hoofdletters
  • emotiecons
  • woorden anders spellen
  • neologisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

voorbeeld afkorting

A

wss

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

voorbeeld schrijven zoals je het hoort

A

kado

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

voorbeeld gebruik van cijfers

A

suc6

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voorbeeld woorden aan elkaar schrijven

A

kben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

voorbeeld engelse afkortingen

A

idk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

voorbeeld letters schrappen

A

kheb

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

voorbeeld hoofdletters

A

WACHT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

voorbeeld emoticons

A

duimpje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

voorbeeld woorden anders spellen

A

komputer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

voorbeeld neologisme

A

skeer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waarom spreken niet alle jongeren dezelfde jongerentaal?

A

jongerentaal ontstaat in situaties waarin een groep jongeren vaak samen is en binnen de groep specifieke woorden en taalvervormingen tot stand komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe noem je zo’n taalvariant?

A

sociolect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

spreken we nu dezelfde jongerentaal als 20 jaar geleden?

A

nee jongerentaal veranderd van generatie op generatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly