Voedingsstoffen En Eigenschappen Flashcards

1
Q

Koolhydraten

A

Alleen monosachariden gelijk opgenomen in bloed;
Brandstof (/reservestof in de vorm van glycogeen);
Kun je halen uit brood; aardappelen, fruit, groente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vetten

A

Niet direcht opgenomen in bloed;
Bouwstof/brandstof/reservestof;
Kun je halen uit olie, boter, margarine, noten, vette vlees- en vissoorten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Eiwitten

A

Niet direct opgenomen in bloed, eerst afgebroken tot aminozuren;
Bouwstof/reservestof;
Kun je halen uit vlees, eieren, melk, peulvruchten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Water

A

Direct opgenomen in bloed;
Reservestof;
Kun je halen uit alles, maar vooral de kraan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vitamines

A

Direct opgenomen uit het bloed;
Bouwstof;
Zie deck vitamines en kenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Mineralen

A

Niet altijd direct opgenomen in bloed;
Bouwstof;
Al het eten, bijv JoZo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Vezels

A

Helemaal niet opgenomen in het bloed;
Geen voedingsstof, maar belangrijk voor darmperistaltiek;
Kun je halen uit brood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly