Vocabulary Unit 1 (films and fairy tales) Flashcards
(58 cards)
1
Q
spannend
A
exciting
2
Q
saai
A
boring/ dull
3
Q
onderhoudend
A
entertaining
4
Q
(on)voorspelbaar
A
(un)predictable
5
Q
avontuurlijk
A
adventurous
6
Q
geweldig
A
awesome
7
Q
indrukwekkend
A
impressive
8
Q
sprookjesachtig
A
glamorous
9
Q
alledaags, gewoon
A
ordinary
10
Q
teleurgesteld
A
disappointed
11
Q
geweldig
A
amazing
12
Q
spannend
A
thrilling
13
Q
‘feel-good’
A
feel-good
14
Q
hartverwarmend
A
heart-warming
15
Q
kinderachtig
A
childish
16
Q
gruwelijk
A
gruesome
17
Q
choquerend
A
shocking
18
Q
verschrikkelijk
A
horrible
19
Q
ondertitels
A
subtitles
20
Q
nasynchroniseren
A
to dub
21
Q
verbieden
A
to ban
22
Q
een verhaal
A
a plot
23
Q
een regisseur
A
a director
24
Q
een script
A
a script
25
een scène
a scene
26
een (hoofd)acteur/ actrice
a (lead) actor
27
de hoofdrol spelen in
to star in
28
een vervolgfilm
a sequel
29
een droomprins
Prince Charming
30
een dwerg
a dwarf
31
een goede fee
a fairy godmother
32
een ridder
a knight
33
een held
a hero
34
een tovenaar/ tovenares
a sorcerer/ sorceress
35
een reus
a giant
36
een geest
a genie
37
een heks
a witch
38
een slechterik
a villain
39
een sprookjesbos
an enchanted forest
40
in een land hier ver vandaan
in a country far far away
41
een geheimzinnige grot
a mysterious cave
42
een griezelig kasteel
a creepy castle
43
een slechte stiefmoeder met een giftige appel
an evil stepmother with a poisonous apple
44
een toverspreuk uitspreken met een toverstokje/ betoveren
to cast a spell with a magic wand
45
een draak afslachten met een zwaard
to slay a dragon with a sword
46
de setting
the setting
47
een hoofdpersonage
a main character
48
een oplossing
a solution
49
een keerpunt
a twist/ a turning point
50
jaloezie, afgunst
envy/ jealousy
51
hebzucht
greed
52
Er was eens
Once upon a time there was
53
Eind goed, al goed.
All's well that ends well.
54
nog lang en gelukkig leven
to live happily ever after
55
een dappere ridder in een beslissend gevecht
a brave knight in a decisive fight
56
gevangenschap
captivity
57
een lange queeste
a long quest
58
de slang beet (bijten) zijn slachtoffer
the sake bit (to bite) its victim