Vocabulaire Hoofdstuk 10 Flashcards
dwingend (dwingen)
forceful (to force)
ontvangen
to receive
massaal
en masse
omarmd (omarmen)
to embrace
rijk
rich
men
people
veroverde (veroveren)
to take over,
(also) to conquer
verrekend (verrekenen)
to settle (amounts owed)
stappen
to go out (in the evening), to party
opeens
suddenly
de uitgave
expense
redelijk
reasonable
concludeert (concluderen)
to conclude
telkens
constantly
volledig
completely, entirely
verdwenen (verdwijnen)
to disappear
ondanks (dat)
despite
leent zich … voor (zich lenen voor)
to be suitable for
gevolgen (het gevolg)
consequences
uit … gezet (uitgezetten)
to be removed from,
(also) to switch off, to tun off
raar
odd, weird
verontwaardigde (verontwaardigd)
outraged, indignant
de opmerking
comment
slechts
only