Voca 2 Fr—> Nl Flashcards
Suivre
Volgen
Garder
Passen
espérer
Hopen
Aller au restaurant
Naar het restaurant gaan
Aller à la salle de sport
Naar de sportschool gaan
Faire dus fitness
Fitnessen
Sortir
Uitgaan
Faire la vaiselle
Afwassen
Ça me rend fou
Daar word ik gek van
Plein
Een heleboel
D’abord
Ten eerste
Intéressant
Interessant
Passionnant
Boeiend
Pas mal
Niet slecht
Nul
Waardeloos
Ennuyeux
Saai
Terrible
Vreselijk
Le voyage
De reis
Le monde
De wereld
La tête
Het hoofd
L’endroit
De plek
La vitesse
De snelheid
La victime
Het slachtoffer
L’habitant
De inwoner
Le jour
De dag
Déranger
Storen
Choisir
Kiezen
J’en ai assez
Ik heb er genoeg van
Long
Lang
Amoureux
Verliefd
Curieux
Nieuwsgierig
L’etoile
De ster
Le moyen
Het middel
Le scientfique
De wetenschapper
La trottinette
De step
L’entreprise
Het bedrijf
L’espace
De ruimte
Le commecre
De handel