Voc trajet 3 pagina 1 moeilijke woordjes Flashcards
1
Q
Het nadeel
A
L’inconvénient
2
Q
de surfer op het internet
A
l’internaute
3
Q
de ontwikkeling
A
le développement
4
Q
zich herinneren
A
se souvenir de
5
Q
bewaren, opslaan
A
sauvegarder
6
Q
de boodschap, het bericht
A
le message
7
Q
het publiek
A
le public
8
Q
zich richten tot
A
s’adresser à
9
Q
De zoekmachine
A
le moteur de recherche
10
Q
de login, de gebruikersnaam
A
le nom d’utilisateur
11
Q
de melding
A
la notification
12
Q
digitaal
A
numérique
13
Q
toegang hebben tot
A
avoir accès à
14
Q
Zich uit de slag trekken
A
se débrouiller
15
Q
intikken
A
tapper