Verlaten-verzinnen Flashcards
1
Q
Leave
A
Verlaten, verliet, verlieten, verlaten
2
Q
Lose
A
Verliezen, verloor, verloren, verloren
3
Q
Avoid
A
Vermijden, vermeed, vermeden, vermeden
4
Q
Betray
A
Verraden, verraadde, verraadden, verraden
5
Q
Appear
A
Verschijnen, verscheen, verschenen, is verschenen
6
Q
Understand
A
Verstaan, verstond, verstonden, verstaan
7
Q
Replace
A
Vervangen, verving, vervingen, vervangen
8
Q
Reject
A
Verwerpen, vierwierp, verwierpen, verworpen
9
Q
Acquire
A
Verwerven, verwierp, verwierpen, verworpen
10
Q
Make up
A
Verzinnen, verzon, verzonnen, verzonnen