Vangen-verkopem Flashcards
1
Q
Catch
A
Vangen, ving, vingen, gevangen
2
Q
Sail
A
Varen, voer, voeren, gevaren
3
Q
Fight
A
Vechten, vocht, vochten, gevochten
4
Q
Hide
A
Verbergen, verborg, verborgen, verborgen
5
Q
Prohibit
A
Verbieden, verbood, verboden, verboden
6
Q
Disappear
A
Verdwijnen, verdween, verdwenen, is verdwenen
7
Q
Compare
A
Vergelijken, vergeleek, vergeleken, vergeleken
8
Q
Forget
A
Vergeten, vergat, vergaten, is vergeten
9
Q
Elevate
A
Verheffen, verhief, verhieven, verheven
10
Q
Sell
A
Verkopen, verkocht, verkochten, verkocht