Tweede deel: de algemene leer van de verbintenis Flashcards
- Wat is het verschil tussen de zuivere of onvoorwaardelijke en de voorwaardelijke verbintenis?
- een zuivere verbintenis is een verbintenis zonder voorwaarden, altijd opeisbaar, onafhankelijk van een toekomstige gebeurtenis.
- Een voorwaardelijke verbintenis is een verbintenis waarbij er een vooraarde of een termijn om de rechtsgevolgen van de overeenkomst in de tijd aan te passen: ze zorgen ervoor dat de beloofde prestatie niet onmiddellijk opeisbaar is of niet onmiddellijk definitief.
- Wat is het verschil tussen een voorwaarde en een tijdsbepaling?
Een voorwaarde kan als modaliteit worden toegevoegd aan een verbintenis. Een voorwaarde is in deze context een toekomstige en onzekere gebeurtenis waarvan men de uitvoering of de uitdoving van de verbintenis laat afhangen (artikel 1168 BW).
Een tijdsbepaling, ook wel een termijn hangt af van een toekomstige, doch zekere gebeurtnis: partijen zijn zeker dat de gebeurtenis zich zal verwezenlijken, ook al is het exacte tijdstip niet bekend, maar het gaat zeker gebeuren.
Wat is het verschil tussen een ontbindende en opschortende voorwaarde?
Bij een ontbindende voorwaarde zal de toekomstige en onzeker gebeurtenis bij haar intreden automatisch de verbintenis uitdoven en zelfs retroactief tenietdoen (artikel 1183, lid 1 en 2 BW).
Bij een opschortende voorwaarde wordt de uitvoering of de opeisbaarheid van de verbintenis opgeschort tot aan de vervulling van de voorwaarde (art. 1181 BW)
Wat is de ontbindende voorwaarde? Wat zijn de gevolgen?
Een ontbindende voorwaarde is een beding waarmee de partijen het retroactief en automatisch tenietgaan van hun verbintenissen laten afhangen van de verwezenlijking van een toekomstige en onzekere gebeurtenis (art. 1168 en 1183 BW).
Het beding krijgt automatisch of van rechtswege retroactieve uitwerking bij de realisatie van de toekomstige, onzekere gebeurtenis.
Gevolgen:
- Hangende voorwaarde = pendete conditione
Een bepaalde wachttijd tussen contractsluiting en of de voorwaarde in vervulling gaat, of definitief uitblijft. Zij bestaat dan als een zuivere verbintenis en als een afdwingbare verbintenis moet worden uitgevoerd. - De voorwaarde gaat in vervulling
De vervulling van de voorwaarde heeft de retroactieve ontbinding of uitdoving van de verbintenis tot gevolg. Volgens artikel 1179 BW geldt dit retroactief. Partijen mogen hier echter contractueel van afwijken. - De voorwaarde gaat niet in vervulling
Het recht van de schuldeiser van de voorwaardelijke verbintenis wordt definitief wanneer de voorwaarde niet in vervulling gaat. De verbintenis is niet bedreigd meer.
Wat is de opschortende voorwaarde?
Een beding waarmee de partijen de opeisbaarheid/uitvoering (<-> bestaan) van een verbintenis schorsen tot bij de vervulling van een toekomstige en onzekere gebeurtenis.
Zie artikel 1181 BW.
In principe zijn ze geldig
Uitzondering: artikel 1174 BW
- verbod op een zuiver potestatieve opschortende voorwaarde aan de zijde van de schuldenaar. –> nietigheid van de voorwaarde en de verbintenis zelf.
- Maar wat mag wel:
- Een gewone of gemengde potestatieve voorwaarde
- Een ontbindende voorwaarde
- Aan de zijde van de schuldeiser
Gevolgen:
- Hangende voorwaarde (pendente conditione)
verbintenis bestaat maar schorsing van de uitvoering - Bij vervulling van de voorwaarde (eveniente conditione)
Automatische en retroactieve eopeisbaarheid en verplichting tot uitvoering. - Bij niet-vervulling van de voorwaarde (deficiente conditione)
verbintenis zal nooit uitvoering krijgen en gaat teniet door verval.
Wat houdt de ontbindende tijdsbepaling in?
Een verbintenis waarvan de uitdoving/tenietgaan afhankelijk is gemaakt vand e vervulling van een toekomstige doch zeker gebeurtenis.
Tijdens de tijdsbepaling: de verbintenis is opeisbaar maar beperkt in haar duurtijd. bv. huurcontract voor 3 jaar
Bij intreden van de tijdsbepaling: verbintenis dooft automatisch uit zonder retroactiviteit: de betaalde huurgelden moeten niet worden teruggegeven.
Wat houdt de opschortende tijdsbepaling?
Verbintenis waarvan de opeisbaarheid/uitvoering afhankelijk is gemaakt van de vervulling van een toekomstige doch zekere gebeurtenis.
Tijdens de tijdsbepaling:
- verbintenis bestaat maar schorsing van de uitvoering.
- De betaling is verschuldigd (=afstand van termijn)MAAR enkel mogelijk als termijn bedongen in het voordeel van 1 partij.
Bij intreden van de tijdsbepaling:
- Automatische opeisbaarheid en verplichting tot uitvoering.
Wat zijn respijttermijnen?
Respijttermijnen zijn de bevoegdheid van de rechter omn niettengestaande ieder andersluidend beding, aan de schuldenaar een respijt- of genadetermijn toe te staan voor de betaling van zijn schuld, rekening houdend met de toestand van de partijen (artikel 1244, tweede lid BW)
–> Rechter schort de opeisbaarheid van de verbintenis tijdelijk op (cfr. opschortende tijdsbepaling)
= uitzondering oop artikel 1134 BW, eerste lid BW en artikel 1244, eerste lid BW.
= Correctie van de billijkheid.
De draagwijdte is echter beperkt:
- Respijttermijn mag de schuldenaar niet bevrijden
- Respijttermijn doet geen afbreuk aan de niet-nakoming en de toepassing vand e sancties voor de laattijdige betaling van de schuld
- Respijttermijn beperkt tot contractuele verbintenissen (<-> algemeen rechtsbeginsel)
Uitzonderingen:
- Situaties waarin de betaling van de schuld beschouwd wordt als levensnoodzakelijk voor de SE.
- Bijvoorbeeld: betaling van het loon door de werkgever aan de werknemer
- betaling van bepaalde onderhoudsschulden.
Opgelet:
- Consumentenrecht = bevoegdheid van de rechter wordt uitgebreid: bv. ARtikel VII, 107 WER.
Wat zijn de voorwaarden van respijttermijnen?
Zie artikel 1244, tweede lid BW = van openbare orde met strikte contouren voor de rechter en de schuldenaar.
- Grote omzichtigheid van de rechter
- Slechts gematigd uitstel
- Schuldenaar moet ongelukkig en te goeder trouw zijn.
- De rechter moet de concrete omstandigheden bekijken.
Welke verbintenissen met meerdere voorwerpen kunnen we onderscheiden?
-
Cumulatieve verbintenis (én)
Voorwerp 1 en voorwerp 2 die samen één ondelebaar geheel vormen -
Alternatieve verbintenis (of)
Voorwerp 1 of voorwerp 2 -
Faculatieve verbintenis
In de eerste orde: voorwerp 1
in ondergeschikte orde: voorwerp 2
Wat is de regel bij verbintenissen met een pluraliteit van subjecten? Wat zin de gevolgen hiervan en de mogelijke nadelen? Welke 3 uitzonderingen kennen we?
De regel bij deelbaarheid is de automatische verdeling –> artikel 1220 BW mbt erfgenamen).
Gevolgen
- Bij pluraliteit aan de actiefzijde (= meerdere SE): elke SE kan slecht nakoming vragen van een deel van de verbintenis. Bv: lening toegestaan door verschillende banken aan 1 schuldenaar
- Bij pluraliteit aan de passiefzijde (=meerdere SA) Elke SA moet slecht een deel van de verbintenissen nakomen. bv. huur van een gemeenschapshuis.
Nadelen:
- inflatie van rechtsbanden
- bij pluraliteit van SA’s draagt de SE het risco van insolvabiliteit van één van de SA’s.
Uitzonderingen:
- Ondeelbaarheid
- Hoofdelijkheid
- In solidum-gehoudendheid
Wat is ondeelbaarheid?
Het is een uitzondering op de regel van deelbaarheid bij een pluraliteit van subjecten.
A. Bronnen:
-
Natuurlijke ondeelbaarheid: de aard of de strekking van de verbintenis:
1. Materiële of fysische ondeelbaarheid (artikel 1217 BW)
2. Intellectuele ondeelbaarheid (artikel 1218 BW): bij opdeling verliest de verbintenis elk nut. - Contractuele ondeelbaarheid: Komt voort uit de overeenkomst (clausule van ondeelbaarheid).
B. Gevolgen
-
Obligatio
__Bij pluraliteit aan de actiefzijde (artikel 1224 BW): Elke SE kan nakoming vragen van de gehele verbintenis. De schuldenaar die nakomt, is bevrijd tegenover andere SE’s
Bij pluraliteit aan de passiefzijde (artikel 1222 BW): Elke SA kan aangesproken worden tot nakoming van de gehele verbintenis.
Als 1 SA nakomt, zijn de andere SA’s bevrijd jegens de SE. -
Contributio: verdeling en afrekening:
Bij pluraliteit aan de actiefzijde: SE betaalt evenredig aandeel aan anderen.
Bij pluraliteit aan de passiefzijde: SA heeft verhaal op de andere SA’s.
Gaat wel over naar erfgenamen.
Wat is hoofdelijk?
-
Actieve hoofdelijkheid
Enkel contractuele actieve hoofdelijkheid Gevolgen:
A. Obligatio
Elke SE kan nakoming vragen van de gehele verbintenis.
De SA die nakomt, is bevrijd tegenovere andere SE’s (tenzij reeds door 1 SE in rechte vervolgd, artikel 1198, eerste lid 1, BW)
Elke SE mag daden van behoud stellen, ook ten behoeve van andere SE. bv. verjaring stuiten, SA ingebrekestellen.
B. Contributio
Verdeling in gelijke delen (tenzij afwijkende verdeelsleutel in de overeenkomst). -
Passieve hoofdelijkheid
De SA’s zijn dezelfde prestatie verschuldigd aan de SE.
De SE mag aan elke SA de nakoming vragen van het geheel. De nakoming van het geheel door 1 SA bevrijdt de ander SA’s.
De betalende SA heeft een verhaal jegens de andere SA’s.
De hoofdelijkheid gaat niet over op erfgenamen.
1. Bronnen
- BW: bv. artikel 222 BW en bijzondere wetten artikel 50 Sw
- Overeenkomst: moet uitdrukkelijk bedongen zijn
- Gewoonterecht: bv. vermoeden van hoofdelijkheid tussen handelaars.
- Algemeen rechtsbeginsel van hoofdelijkheid bij een gemeenschappelijke fout = fout waarbij verscheidene personen wetens en willens hebben samengewerkt tot het ontstaan van het schadeverwekkend feit. ⇔ samenlopende fouten (in-solidum-gehoudenheid)
2. Afstand van hoofdelijkheid door SE - Mogelijk uidrukkelijk of stilzwijgend.
- Ofwel: algemene afstand (jegens alle SA’s) ⇒ Geen hoofdelijkheid meer, deelbaarheid herleeft.
- Ofwel: Individuele afstand (jegens één SA) ⇒ Hoofdelijkheid blijft tussen de andere SA’s onder aftrek van het aandeel van de uit hoofdelijkheid ontslagen SA.
3. Gevolgen
- Obligatio: Hoofd- en bijkomende gevolgen zie schema.
- Contrabutio: Afrekenen is verdelen, geen hoofdelijkheid tussen de overige SA’s, verhaalsrecht van nakomende SA op andere SA’s. Grondslag: artikel 1213-1214 BW, artikel 1251, 3° subrogatie, Verrijking zonder oorzaak.
Wat is in-solidum-gehoudenheid?
A. Bronnen
= ontstaan in de rechtspraak voor gevallen waarin noch de wet, noch de overeenkomst in de passieve hoofdelijkheid voorziet.
B. Toepassingsgevallen:
- Erkenning vooral bij buitencontractuele aansprakelijkheid: wanneer de daders samenlopende fouten plegen (= onderscheiden fouten van verschillende daders die één enkele schade verzoorzaakt hebben en waarbij elke fout noodzakelijk heeft bijgedragen in de schade). ⇔ Geemenschappelijke fout = passieve hoofdelijkheid
- Ook mogelijk bij contractuele aansprakelijkheid: aansprakelijkheid uit eenzelfde of onderscheiden overeenkomst bv. tussen aannemer en architest, tussen chirurg en ziekenhuis.
- Ook mogelijk tussen contractuele en buitencontractuele aanspreklijkheid.
C. Gevolgen
-
Obligatio:
Enkel de hoofdgevolgen van de passieve hoofdelijkheid, niet de bijkomende gevolgen. -
Contributio:
Afrekenen is verdelen, verhaalsrecht van nakomende SA op andere SA’s. Verdeling in gelijke delen (tenzij afwijkende verdeelsleutel in vonnis).
Wat houdt het principe van ‘overdracht’ van een verbintenis in?
Overdracht is het ongewijzigd doen overgaan van de rechtspositie van de schuldeiser of schuldenaar op een derde.
-
Actieve overdracht
Overdracht van schuldvordering of Cessie. SE1 ⇒ SE2 -
Passieve overdracht:
Overdracht van schuld of schuldoverneming. SA1 ⇒ SA2 -
Combinatie:
Overdracht van schuldvordering + schuld= Contractoverdracht. SA/SE1 ⇒ SA/SE2
Wat is overdracht ten algemene titel?
= Geheel vermogen (of breukdeel) met alle rechten en plichten gaat van rechtswege over van rechtsvoorganger op rechtsopvolger zonder toestemming van de wederpartij van rechtsvoorganger.
- Fysieke personen: door overlijden (artikel 1122 BW)
- Rechtspersonen
Door fusie of splitsing van vennootschappen.
Door inbreng van een algemeenheid of van een bedrijfstak.
Wat is overdracht ten bijzonderen titel?
= Bijzonder goed uit een vermogen gaat over van een rechtsvoorganger op rechtsopvolger.
⇒ Gaat niet van rechtswege maar ingevolge overdracht ten bijzondere titel: bv. koop, schenking, bijzonder legaat.
⇒ Toestemming van de wederpartij van rechtsvoorganger nodig?
- Actiefzijde:
Cessie/overdracht van schulvordering en subrogatie - Passiefzijde:
schuldoverneming (voltooid of onvoltooid) en delegatie. - Passief+Actief:
Contractoverdracht.