TW3 hoofdstuk 12 Flashcards
AB0-systeem
bloedgroep systeem bij mensen met de vier bekendste bloedgroepen
B-lymfocyten
(B-cellen) lymfociten die na activatie antistoffen aanmaken
Cytotoxische T-cel
(Tc-cel) T-cel die een met een ziekteverwekker geïnfecteerde cel of een kankercel opspoort en deze cel vernietigt
fagocyten
witte bloedcellen die van vorm kunnen veranderen en ziekteverwekkers kunnen opnemen
HLA-antigenenen
antigenen die een rol spelen bij transplantaties
macrofaag
fagocyt
mestcel
witte bloedcel in de slijmvliezen, bevat histamine
MHC-II-molecuul
molecuul op het celmembraan van een fagocyt waarmee een fagocyt antigenen presenteert aan lymfocyten
pectine
plakkerige polysacharide, bouwsteen van de middenlamel
middenlamel
laag van pectine tussen de celwanden van aangrenzende cellen; ontstaat als eerste na een celdeling
T-helpercel
(Th-cel) activeert bij de ziekteverwekker de passende B- en Tc-cellen
T-lymfocyten
(T-cellen) verzamelnaam voor Th-, Tc- en Ts-cellen
T-suppresorcel
(Ts-cel) T-cel die enige tijd na het opstarten van de afweerreactie de afweerreactie weer stopt en daarmee het lichaam veel energie bespaart