Thema 2 Flashcards
Cel
Zelfstandig functionerende biologische eenheid
Zelforganisatie: structuur cellen (celmembraan, cytoplasma, organellen)
Celmembraan
Scheidt cel van zijn milieu
- opname en afgifte stoffen geregeld
Zelfregulatie
Via chemische processen in stand houden cel
Cytoplasma
Inhoud cel
- organellen
Organellen
Compartimenten van een cel
- celkern, bladgroenkorrels, vacuole
- concentratie stoffen in organellen verschilt van cytoplasma
Lichtmicroscoop
Licht van onder door een preperaat
Vergroot tot 2000 keer
- vergroting oculair x vergroting objectief
Elektronenmicroscoop
Elektronenbundel
Tot meer dan 100 000 keer vergroten
TEM
SEM
TEM
Transmissie-elektronenmicroscoop
- elektronenbundel door preperaat > 2dimensionaal beeld
lijkt op lichtmicroscoop
SEM
Scanning elektronenmicroscoop
Elektronenbundel tast preparaat af > beeld met diepte
Bouw plantaardige cel
Plastiden en grote vacuolen
Celwand
Dierlijke cellen bouw
Geen plastiden
Geen celwand
Vacuolen klein of afwezig
Cytoplasma (celplasma)
Water met organellen en opgeloste stoffen
Celmembraan
Buitenste laag cytoplasma
Kern
Chromosomen
Kernmembraan
Buitenste laag kernplasma
Vacuole(n)
Blaasje(s) in cytoplasma, gevuld met vacuolevocht
Omgeven door vacuolemembraan
Vacuolevocht
Water + opgeloste stoffen
- zouten, glucose, reservestoffen, afvalstoffen, kleurstoffen etc.
Plastiden
Groep organellen bij planten en sommige protisten
- chloroplasten (bladgroenkorrels)
- chromoplasten (kleurstofkorrels)
- leukoplasten (kleurloos) o.a. zetmeelkorrels
Celwand
Stevig laagje om de cel heen
- tussencelstof
- intercellulaire ruimte
Intercellulaire ruimte
Holten tussen celwanden
Gevuld met lucht of vocht
Dierlijke cellen
Geen grote centrale vacuole, geen plastiden, geen celwand
Weefsel
Groep cellen met dezelfde vorm en functie(s)
- vorm cellen hangt samen met functie
- meestal is er tussencelstof
Weefsels: gespecialiseerde cellen
Stamcellen: niet gespecialiseeerd - uitgroeien tot specifiek type
Embryonale stamcellen: tot ieder type cel uitgroeien
Adulte stamcellen: uitgroeien tot cel weefsel waar ze in zitten
Orgaan
Deel organisme met 1 of meer functies
- bestaat uit verschillende weefsels
- organenstelsels
Middenrif
Scheidt romp in de borstholte, en de buikholte
Celkern met chromosomen
Belangrijke rol zelforganisatie cel
Kernporiën
Kleine openingen in het kernmembraan waardoor stoffen kn en jit de kern kinnen
- eiwitcomplex: transport boodschappermoleculen