Tekst Flashcards
Tekst
Afgeleid van het latijnse woord voor weefsel, Een tekst bestaat uit woorden die in zekere zin aan elkaar hangen
Medium
De tekst als ‘drager’ die betekenis kan genereren
Drie dimensies van een medium:
Het materiële aspect, het semiotische aspect en het sociale aspect
Paratekst
Alle stukken tekst die voorkomen ‘naast’ de auteurstekst gepresenteerd in boekvorm. Bijv: omslag, colofon, voorwoord, voetnoten.
Semiotiek
Studie van taal en tekensystemen
Signifiant / Signifié
Betekenaar en het betekende
Langue / Parole
Langue; taal als systeem, een structuur van talige tekens die voor ieder de zelfde betekenis heeft, zoals de afspraken over klankverschillen en hun betekenis
Parole
spraak, taalgebruik
Discours
Het vocabularium waarmee wij de wereld ordenen, interpreteren, bekendmaken
Esthetiek van de identiteit
Esthetiek van de identiteit: Een attitude ten opzichte van conventionaliteit waarin een positieve houding bestaat ten opzichte van bestaande modellen. Tot aan de Romantiek
Esthetiek van de tegenstelling
Een attitude ten opzichte van conventionaliteit waarin een positieve houding bestaat ten opzichte van nieuwe modellen, originaliteit, afwijken van de norm, innovatie en oorspronkelijkheid. Vanaf de romantiek
Stilistiek
Studie van schrijfstijl en bijzondere stijlkenmerken
intertekstualiteit
Alle mogelijke relaties tussen tekst en eerder taalgebruik. Er zijn meerdere vormen van intertekstualiteit. Allusie, creatieve navertelling, pastische en parodie
Allusie
Vorm van intertekstualiteit waar in een tekst verwijzingen worden opgenomen naar een eerdere tekst als onderdeel van de uitwerking van de eigen thematiek
Creatieve navertelling
Vorm van intertekstualiteit waar een tekst een aangepaste versie van een bekend verhaal navertelt
Pastische
Vorm van intertekstualiteit waar een schrijver een tekst schrijft die bewust zo geschreven is dat hij doet denken aan de stijl van een eerdere tekst
Parodie
Vorm van intertekstualiteit waar een schrijver een pretest nadoet op humoristische wijze
Hypertekst
Een tekst die bestaat uit een tekst + links naar andere teksten, zodat de gehele tekst een verzameling is van verschillende losse teksten
Hyperfictie
Vorm van fictie die de hypertekst als medium gebriukt
Plagiaat
De tekst van een andere auteur geheel of gedeeltelijk overschrijven
Copyright
Claim op het recht om een tekst uit te geven/ te reproduceren
‘de dood van de auteur’
Begrip van Roland Barthes: her begrip ‘auteur’ is geen referentiepunt meer, hij wordt niet meer beschouwd als ‘schepper’ van de tekst. De taal die hij gebruikt is niet van hem, de boeken worden voorzien van paratekst; dus zijn coproducten van uitgever en auteur, een tekst wordt pas gefinaliseerd in het hoofd van de lezer. Dus: de auteur is ‘dood’