Task 4 My socks are in the dryer Flashcards

1
Q

Informatie processing focust op

A
  • Geheugen
  • Aandacht
  • Oplossend vermogen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sensory memory

A
  • ongelimiteerd
  • exacte kopie
  • verblijft hier erg kort als je er niks mee doet
  • vervalt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Short-term of working memory

A
  • actieve informatie, kun je gebruiken/repeteren
  • gelimiteerde capaciteit (7)
  • 10-30s verblijven zaken hier als je er niks mee doet
  • vervalt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Long-term memory

A
  • relatief lang
  • ongelimiteerde capaciteit
  • all or non form (iets kan ineens terug in je op komen)
  • ontwikkelingsveranderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Executive function

A

Mogelijkheid om eigen cognitieve processen te coördineren en controleren in prefrontale cortex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 typen executive functies

A
  • remmen van acties die tegen kunnen werken
  • uitbreiden van werkgeheugen door gebruik van strategieën als herhaling
  • Cognitief flexibel zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Metacognition

A

Denken over denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geheugen strategieën met leeftijd

A
  • Repetitie 4-5j
  • Organisatie 6-7j
  • Uitbreiding 11-12j
  • Retrievement (vanuit lange termijn terug halen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cognitieve inhibitie

A

Mogelijkheid om afleidende stimuli te controleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Response inhibitie

A

Mogelijkheid om een actie in te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Ontwikkeling van aandacht strategieën

A
  • Product deficiëntie 3-4j
  • Controle deficiëntie 5-6j
  • Gebruik deficiëntie 7-8j
  • Effectief gebruik strategie 9-10j
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Componenten van probleem oplossing

A
  • Representatie
  • Planning
  • Strategie keuze
  • Verplaatsen van skills
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Perceptional analogy

A

speeltje buiten bereik maar op kleedje waaraan ze zouden kunnen trekken. Als ze dit van anderen hebben gezien konden ze deze anology ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Relational ananlogy

A

als je kind een vogel laat zien en dan een foto van een nest en daarna een hond en een hondenhok zullen ze dat hondenhuis noemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly